Eén van de onderdelen van de meeste therapieën is het opzoek gaan naar de oorzaken van je eetstoornis. Maar wat als er geen reden is voor mijn eetstoornis? Een eetstoornis ontstaat toch niet zomaar? Je vernietigt jezelf niet zomaar. Er moet dus een reden zijn waarom je jezelf slecht bent gaan behandelen en waarom je dus in de ellende van een eetstoornis bent beland. Ik heb veel verschillende vormen van therapie gehad. En overal ben ik, samen met mijn behandelaren en ouders, opzoek gegaan naar de oorzaak.
Een vorm van therapie die ik heb gehad is groepstherapie. Tijdens groepstherapie zijn ik en mijn groepsgenoten opzoek gegaan naar de oorzaak van onze eetstoornis. Hier hoorde ik de verhalen van andere meiden en jongens aan. Mijn groepsgenoten hadden de meest heftige dingen meegemaakt. Gescheiden ouders, overleden ouders, misbruik, pesterijen, huiselijk geweld, zelfmoord in omgeving en ga zo maar door. Al deze heftige gebeurtenissen speelden bij mijn groepsgenoten een grote rol in het ontstaan van de eetstoornis of ander destructief gedrag.
De eetstoornis gaf hen houvast, controle en verdoofde. Hierdoor hoefden zij niet meer te dealen met alle emoties en gevoelens die kwamen kijken die heftige gebeurtenissen en legden zij de aandacht ergens anders op: eten. Terwijl ik al deze verhalen aanhoorde, ontstond er bij mij een intens groot schaamtegevoel. En door de jaren heen werd dit schaamtegevoel alleen maar groter. Zulk soort extreem heftige gebeurtenissen had ik toen nooit meegemaakt. Mijn ouders leefden nog en waren gelukkig samen, ik kwam uit een warm en liefdevol gezin, ik ben vroeger nooit gepest en had nog nooit een sterftegeval in mijn omgeving meegemaakt. En toch had ook ik een eetstoornis en ging het niet goed met mij.
Dit had als gevolg dat ik niks van mezelf durfde te laten horen tijdens groepstherapie. Ik zat er maar en luisterde naar de verhalen van anderen, hopend dat ze niks aan mij zouden vragen. Ik vond mezelf nog minder waard en cijferde mezelf weg. Ik hoorde niet in therapie, dat verdiende ik ook helemaal niet. Ik stelde me gewoon aan. Andere mensen hadden de hulp veel harder nodig. Doordat ik niet over mijn gevoelens sprak, werd mijn eetstoornis erger en erger.
Zoals ik al zei ben ik lang opzoek gegaan naar oorzaken in het verleden die ervoor hebben gezorgd dat ik een eetstoornis ontwikkelde. De beste psychologen zochten mee, maar we leken nooit echt iets te vinden. Er was geen duidelijke situatie of patroon te vinden in het verleden die mijn eetstoornis getriggerd zou kunnen hebben. En als zelfs psychologen en behandelaren het niet begrepen, hoe moest ik het dan ooit zelf gaan begrijpen?
Na een hoop behandelingen zonder resultaat, kwam ik in contact met een therapeut die een andere manier van werken had. Opnieuw kwam ik in een groep terecht met lotgenoten, maar uiteindelijk was dit anders. Voor het eerst werd er geaccepteerd dat er bij mij geen duidelijke oorzaak is geweest in het verleden. Iets in mijn leven is zo gelopen waardoor ik een ontzettend laag zelfbeeld ontwikkelde, niet meer gelukkig was met mezelf en ineens extreem hoge eisen aan mezelf ging stellen. Zoals mijn therapeut toen ook zei:
“Wie in godsnaam ben jij? Jij hebt geen enkel idee wie je bent, je weet niet wat goed voor je is, je hebt geen idee wat je verdient. Jouw eetstoornis is daarom ook een vorm van afstraffen en je bent hier maar je identiteit aan gaan verlenen. Soms zijn dingen gewoon zo en is er geen oorzaak. Als jouw leven een huis zou zijn, dan staat de boel bij jou in de fik. We gaan eerst blussen en misschien komen we er dan ooit achter waarom het huis in de fik is gegaan, maar voor nu is dat niet belangrijk”.
Dit was voor mij echt een verademing. Zoals ik al zei werd er ineens geaccepteerd dat het bij mij zo is gelopen als dat het is gelopen. We zijn toen gestopt met zoeken en ook in gesprekken met mijn ouders werd er gestopt met zoeken naar patronen in het verleden.
Mijn therapeut (die zelf in het verleden te maken heeft gehad met verslavingen) vertelde dat hij, en een hoop andere verslaafden, ‘een stel ‘demonen’ in zich hebben die hebben die hen om zeep willen helpen’. Iets van binnen wilde hen kapot maken. En ik heb die ‘demonen’ ook. Ik heb iets destructiefs in mij waardoor mijn eetstoornis stand kon houden. Mijn eetstoornis was voor mij ook een manier om mezelf pijn te doen en mezelf af te straffen, zonder dat dit een oorzaak had. Deze manier van kijken naar mezelf en mijn eetstoornis gaf mij toen rust en acceptatie. Ik ben blijkbaar zo en ik heb iets in mij waardoor ik mezelf het slechtste toe kan wensen.
Dit heeft allemaal niks met mijn verleden of mijn omgeving te maken, maar het komt puur en alleen vanuit mijzelf. En als dat zo is, dan ben ook ik de enige die echt iets zal moeten en ook kunnen veranderen aan de situatie. Dan zal ík ertegen moeten vechten en dingen in mijn leven moeten veranderen en niet bijvoorbeeld mijn ouders. Mijn verantwoordelijkheidsgevoel werd hierdoor groter en groter. En tot op de dag van vandaag ben ik dankbaar voor dit inzicht, omdat het mij heeft gebracht tot waar ik nu sta: zonder eetstoornis, bewust van ‘demonen’ maar met veel aandacht en liefde voor mezelf.
Hoe is dat bij jou? Herken jij dit?
Fotografie: Carmela Nava en withbeautiful
Geef een reactie