Leven met een dwangstoornis is niet makkelijk. Zeker als het gaat om een ernstige dwangstoornis, dan dan dit je dagelijks leven enorm in de weg staan. Het houdt je tegen in alles wat je doet, belemmert vrij functioneren en tenslotte vreet het energie. Mensen met een dwangstoornis zullen bij elkaar bepaalde handelingen herkennen, maar tegelijkertijd is een dwangstoornis ook heel persoonlijk. Iedereen heeft op een eigen manier last van de dwang en volgt eigen dwanghandelingen op. Toch heb ik in deze blog geprobeerd een aantal veel voorkomende dwanghandelingen samen te voegen om zo voor de mensen die hier last van hebben wat herkenning te geven en voor de mensen die niet weten wat een dwangstoornis is, wat inzicht te verschaffen.
Ikzelf heb vooral als kind wel last gehad van dwang, maar heb dit door de jaren heen kunnen afleren door er tegenin te gaan. Dat was soms wel heel eng, want bij dwang kan je vaak het gevoel hebben dat er iets ernstigs gebeurt als je de dwanghandeling niet uitvoert. Toch is dit nodig om van de dwang af te komen. Het is het tenslotte meer dan waard, want het zorgt voor zoveel meer vrijheid.
1. Is de deur wel op slot? Checken, checken en nog meer checken.
Als je last hebt van een dwangstoornis is de kans groot dat je het wel of niet op slot zijn van de voordeur meerdere malen moet checken. Ookal weet je dat je de deur op slot hebt gedaan, jouw dwang wil dat je toch nog meerdere malen checkt. Dat kan betekenen dat je de deur nog vier keer opnieuw op slot moet doen, maar dat kan ook betekenen dat je nog 10 keer tegen de deur moet duwen om te voelen of hij goed dicht zit.
2. Is het fornuis wel uit? Checken, checken en nog meer checken.
Eentje die een beetje in het verlengde is van nummer 1, is het checken van het fornuis. Je gaat weg en twijfelt toch of het fornuis uit is. Ook als je niet twijfelt moet je per se gaan checken. Ookal is de deur al op slot, je moet weer naar binnen… 20 keer de knop aan en uit doen en weer naar buiten. Met een beetje pech eist je dwangstoornis dat je nóg een keer naar binnen gaat.
3. Links én rechts in evenwicht
Alles wat links staat moet ook rechts staan. Alles moet per se in een soort van evenwicht zijn. Is dit het niet dat voelt het niet goed en moet je doorgaan tot het in evenwicht is. Dit geldt voor spullen in je huis maar ook als je spullen ergens anders neerlegt. Links en rechts moeten in evenwicht zijn.
4. Even aantallen
Alles wat je doet of neemt moet per se in even aantallen zijn. Een oneven aantal brengt ongeluk. Je kunt dus niet een koekje in drie happen opeten, het moeten er dan vier zijn. Je kunt ook niet maar 1 koekje eten, je moet er dan 2 eten of 4 eten. Het volume van de televisie mag niet op 11 staan, maar moet dan op 10 of 12 staan. Als je van de trap afloopt moet je dit doen in een even aantal qua stappen en ga zo maar door.
5. Dingen moeten aanraken
Je moet van jezelf bepaalde dingen aanraken. Doe je dit niet dat brengt dat ongeluk en kunnen er ernstige dingen gebeuren. Je moet bijvoorbeeld altijd het lampje, hoe heet ook, aanraken, het middelste glas van de deur of de bovenkant van een glas. Het zijn vaak de meest onlogische plekken waar een ander niets van begrijpt.
6. Aan je gezicht blijven zitten
Sommige mensen kunnen niet gewoon even snel in de spiegel kijken. Die moeten dan dwangmatig aan alle oneffenheden van hun gezicht zitten. Sandra schreef hier een tijdje geleden al een blog over met de titel: Obsessief puistjes uitknijpen.
7. Rechtervoet of linkervoet
Waar je ook heengaat je moet altijd starten met je linker -of rechtervoet. Rechts staat bijvoorbeeld voor goed, dus als je het huis uit gaat en start met je linkervoet denk je dat alles buiten het huis die dag verkeerd gaat lopen. Je moet dan weer opnieuw naar binnen en starten met je rechtervoet.
8. Bepaalde woorden niet gebruiken
Bepaalde woorden mag je niet gebruiken. Woorden die ongeluk over je af kunnen roepen. Dit kunnen woorden zijn als dood en overlijden, maar ook totaal andere niet logische woorden. Je mag een zin nooit met zo’n woord, als je het al gebruikt, eindigen.
9. Rituelen
Je hebt voor heel veel handelingen bepaalde rituelen bedacht. Jouw dwang eist van je dat je die dingen alleen doet volgens het ritueel. Dit zorgt ervoor dat veel dingen 10 keer zo ingewikkeld of traag gaan dan nodig.
10. Tellen
Tenslotte dan nog tellen: je moet altijd bepaalde dingen tellen. Zit je in de auto, dan moet je per se bijvoorbeeld het aantal lantaarnpalen tellen dat je tegenkomt. Wandel je ergens, dan moet je bijvoorbeeld het aantal stoeptegels tellen. Trek je een jas met knopen aan dan moet je tellen hoeveel knopen die jas heeft. In je hoofd ben je voortdurend aan het tellen. Ook kan het zijn dat je sommige dingen dwangmatig opnieuw moet tellen om te controleren of je wel goed geteld hebt.
Heb jij last van dwang?
Geef een reactie