Angst is iets wat vrijwel iedereen wel kent en ooit heeft ervaren. Het is eigenlijk een heel normaal en ook functioneel gevoel. Het waarschuwt ons namelijk voor gevaarlijke situaties en het zorgt ook voor grenzen waardoor we beslissingen nemen om bepaalde (gevaarlijke) dingen niet te doen. Naast het feit dat het ons soms helpt, kan het ook vervelende en nadelige effecten hebben. Angst zorgt er namelijk ook voor dat het ons weerhoud om dingen te doen die we graag willen en angst is ook heel vaak onrealistisch. Ik heb heel wat angst meegemaakt in mijn leven en heb mij hierdoor laten beperken maar ik heb er ook veel van geleerd. In deze blog beantwoord ik vijf vragen over angst vanuit mijn eigen kennis en ervaring.
1. Wat is het verschil tussen angstig zijn en een angststoornis?
Iedereen is weleens angstig maar dat betekent niet dat je direct een angststoornis hebt. Er zijn bijvoorbeeld heel wat mensen bang voor spinnen zonder dat dit direct een fobie is. Angst is zoals eerder gezegd in eerste instantie een nuttige menselijke reactie die ons beschermd. Het waarschuwt ons als gevaar dreigt. We hebben het nodig om bepaalde signalen te herkennen en om snel over te kunnen gaan tot actie. Gezonde angst kan echter ongezond worden. Van een fobie of angststoornis is sprake als de angst buiten verhouding is en het dagelijkse functioneren belemmerd. De angst is vrijwel altijd aanwezig. Een angststoornis kan grote gevolgen hebben zoals vermijden, beperkt worden in het functioneren, angst voor de angst etc.
Er zijn verschillende angststoornissen. Bijvoorbeeld een gegeneraliseerde angststoornis, een specifieke fobie, paniekstoornis, dwangstoornis, hypochondrie, sociale fobie en een posttraumatische stressstoornis.
2. Waardoor ontstaat een angststoornis?
Er zijn verschillende dingen die een rol spelen bij het ontstaan van een angststoornis. Zo speelt bijvoorbeeld erfelijkheid een rol. Het is nou eenmaal zo dat in bepaalde families meer angststoornissen voorkomen dan in andere families. Het is wel lastig na te gaan hoe groot die invloed precies is. Opvoeding speelt namelijk ook een rol. Een kind kan namelijk sneller angstig zijn door erfelijke factoren maar het kan ook komen doordat bijvoorbeeld de moeder erg angstig is en het kind dit aanleert in de opvoeding. Daarnaast is de ene persoon er ook gewoon gevoeliger voor dan de ander.
Ook de dingen die je meemaakt in je leven spelen een grote rol. Wanneer je bijvoorbeeld in je omgeving van dichtbij meemaakt dat mensen ernstige ziektes krijgen, zal er wellicht eerder een angst ontstaan dan wanneer je dit niet zou meemaken. Hetzelfde geldt voor bijvoorbeeld misbruik of wanneer je altijd gepest bent. Wanneer je dan in een nieuwe situatie komt, kan je heel bang zijn dat dit weer gebeurt. Want waarom zou het niet weer gebeuren? Op die manier kun je jezelf nog banger maken. Daarnaast heeft het ook wel te maken met risico overschatting. Vliegen is het veiligste vervoersmiddel en alsnog zijn er heel veel mensen met vliegangst die voor geen goud het vliegtuig in stappen. Die mensen stappen overigens vaak wel zonder moeite in een auto. Verder spelen ook allerlei biologische processen een rol zoals de hoeveelheid serotonine in de hersenen.
3. Hoe voelt een paniekaanval en wat kun je er tegen doen?
Paniek is iets wat de meeste mensen wel kennen en wat je bijvoorbeeld kunt voelen wanneer je ontdekt dat er iets gestolen is, wanneer je een grote fout hebt gemaakt, wanneer je het gevoel hebt dat je achtervolgd wordt, wanneer je een examen doet en er achter komt dat je je niks meer herinnert, etc. Paniek is een heel vervelend gevoel maar in veel situaties wel begrijpelijk en het vermindert en verdwijnt vaak redelijk snel weer. Wanneer je een paniekaanval hebt, zijn de gevoelens vaak een stuk heftiger. Ik heb meerdere keren een paniekaanval gehad en het is echt vreselijk. Paniek gevoelens lijken vaak uit het niets te komen en hebben meestal weinig te maken met de bovengenoemde situaties. Doordat het vaak zo onverwachts komt en niet altijd direct gelinkt is aan een bepaalde gebeurtenis of situatie, is het heel eng en heb je meestal het gevoel dat er iets heel ergs aan de hand is of gaat gebeuren. Paniekaanvallen zijn echter niet gevaarlijk.
Veel mensen kunnen echter niet direct geloven dat het een paniekaanval is. Het gevoel kan met zoveel lichamelijke symptomen gepaard gaan, dat je in eerste instantie vaak niet door hebt wat er aan de hand is. Lichamelijke symptomen die bijvoorbeeld veel voorkomen bij paniekaanvallen zijn dat je hart sneller gaat kloppen, dat het lijkt te stoppen, pijn in de borstkas, verandering in ademhaling en hyperventileren, een bonkend hoofd, misselijkheid, gevoelloosheid of tintelende vingers, tenen, etc, misselijk zijn en het gevoel flauw te gaan vallen. Lichamelijke symptomen zorgen vaak ook voor nog meer angst en nare (onrealistische) gedachten. Veel mensen die last hebben van paniekaanvallen worden ook bang op de plekken of in de situaties waar ze bijvoorbeeld eerder een paniekaanval hebben gehad.
Signalen herkennen van een paniekaanval is de eerste stap in het omgaan ermee. Wanneer je het herkent, kan het alsnog heel eng zijn, maar het kan wel helpen om jezelf gerust te stellen. Het is een paniekaanval en het gaat wel weer over. Vaak helpt het om op deze momenten ademhalings- en ontspanningsoefeningen te doen. Bij mij hielp afleiding zoeken heel erg. Ik kon mij lichamelijk zo slecht voelen waardoor ik weinig kon doen op zo’n moment, maar soms hielp het alleen al als iemand gewoon even wat vertelde aan mij of het hielp relativeren. Wanneer je vaker een paniekaanval hebt gehad, helpt dit vaak ook bij het relativeren. De voorgaande keren was het ook heel eng en vervelend maar toen ging het ook over. Meer lezen over paniekaanvallen? Dat kan hier!
4. Wat kan je doen tegen een angststoornis?
Mensen die kampen met een angststoornis, hebben vaak te maken met een heftige strijd die hun dagelijkse functioneren en hun leven beperkt. Dit is heel vervelend en natuurlijk wil je daar graag van af. Vaak wordt dit echter door henzelf in stand gehouden. Bij een angststoornis kom je al snel in een vicieuze cirkel doordat bepaalde situaties vaak vermeden worden. Een specifieke fobie waarbij je bijvoorbeeld doodsbang bent voor spinnen, is heel vervelend en kan ook heel belemmerend zijn, maar het beïnvloed waarschijnlijk in mindere mate je leven dan wanneer je agorafobie hebt en niet meer naar buiten durft. Bij een angststoornis is het van belang dat je die cirkel van angst gaat doorbreken. Therapie kan hier heel goed bij helpen. Therapieën als cognitieve gedragstherapie, exposure en EMDR worden veel toegepast bij angst en zijn vaak ook erg effectief. Daarnaast worden er ook weleens medicijnen voorgeschreven. Hulp vanuit de omgeving en je eigen netwerk kunnen ook veel bijdragen.
5. Kom je ooit van een angststoornis af?
Ik ben er van overtuigd dat je van een angststoornis af kunt komen, al is dit natuurlijk wel per persoon en situatie verschillend. Soms is angst verweven in de persoonlijkheid en de ene persoon zal misschien altijd wel wat gevoeliger blijven voor angst dan de ander. Het hangt samen met ontzettend veel factoren. Met therapieën, hulp en heel veel vechten tegen de angststoornis kun je er in ieder geval op een andere manier mee leren omgaan en kun je het meer leefbaar maken voor jezelf. Het komt ook voor dat mensen volledig van hun angst afkomen en dat zij op een normale en gezonde manier naar een bepaalde situatie of hetgeen wat eerst een angst was kunnen kijken. Bij veel mensen blijft het echter wel een kwetsbaarheid, maar dit hoeft een fijn en gelukkig leven niet in de weg te staan. Iedereen heeft wel een bepaalde kwetsbaarheid toch? Angststoornissen zijn vaak wel hardnekkig en het kan een behoorlijk gevecht worden om hier tegenin te gaan. Je wordt tenslotte geconfronteerd met hetgeen dat je eng vindt.
Heb jij zelf nog vragen over angst?
Geef een reactie