Toen ik nog een eetstoornis had vond ik kerst erg lastig. Veel mensen om me heen genoten van de fijne tijd en probeerden me vaak tevergeefs op te vrolijken. Onhandige, maar goedbedoelde opmerkingen over hoe leuk kerst was en tips over wat ik wel of niet zou moeten doen met eten. Heel lief, maar toch kan je deze dingen beter niet zeggen tijdens kerst.
1. Hoe kan je je rot voelen tijdens de feestdagen?
Feestdagen! Het is toch feest! Lekker eten, gezellig samen zijn, lichtjes in de bomen. De mensen om mij heen hielden van kerst en mijn vrienden begonnen al weken van tevoren recepten met elkaar uit te wisselen. Ik hield me vaak wat afzijdig. Deze vreugde kon ik helaas nog niet met hun delen.
Thuis had ik eetbui na eetbui met kerstkransjes en de luxe producten die tijdelijk te koop waren in de supermarkt. Een feest voor mijn eetstoornis. Al die dingen die ik niet mocht hebben en normaal gesproken ook niet te koop waren lagen nu in de winkel. Het was nu of nooit! Wanneer ik door de supermarkt liep schreeuwden de versierde stands vol eetbuivoedsel me tegemoet. Er leek geen ontkomen aan. Wanneer ik wel mee probeerde te doen met het eten voor kerst en zelf met een recept aan de haal ging had ik al een eetbui voordat ik de deur uit ging naar m’n vrienden. “Sorry, het gerecht is mislukt, ik heb het maar thuis gelaten!” Loog ik.
Nee, de feestdagen waren voor mij geen fijne tijd. Ik voelde me niet goed en had geen zin om gezellig naar de kerstmarkt te gaan om een glaasje glühwein te drinken. Ik kon beter thuis blijven, veilig, tot de storm weer voorbij was. Ontkennend dat die stom niet buiten, maar binnen in mij zat. Weer een jaar voorbij dat het me niet is gelukt om te herstellen van mijn eetstoornis. Geen fijne tijd.
2. Doe niet zo ongezellig
Wanneer ik bij familie was had ik vaak helemaal geen zin om te praten met iedereen. Ik voelde me dom en niet interessant. Iedereen in de kamer leek de leukste en gezelligste gesprekken met elkaar te voeren. Zo’n leuk gesprek zouden ze nooit met mij kunnen voeren, dacht ik. Ik vond mezelf niet leuk. Ik vond mezelf te verlegen, te ongemakkelijk en had niet het gevoel dat iets boeiends te melden had. Mijn hoofd zat immers vol met gedachten over eten.
“We hebben speciaal allemaal lekker eten voor jou gehaald, dus ga nou niet moeilijk lopen doen. Je kunt heus wel één dagje voor ons je best doen en gewoon gezellig meedoen. Wij doen ook ons best!”
Er is helemaal niks mis mee als je je af en toe even terug trekt, omdat het allemaal een beetje te veel voor je is. Al zeg je de hele avond niet zo veel, als jouw hoofd er niet naar staat, hoef je helemaal niets. Het gaat er om dat jij het (zo) fijn (mogelijk) hebt. Het gaat er niet om wat anderen van jou verwachten.
3. Ik kom ook gewoon een paar kilo aan tijdens kerst
Het was bedoeld om me gerust te stellen. Dat het normaal is om tijdens kerst aan te komen en dat ik me daar niet druk over hoefde te maken, maar in mijn hoofd gingen de alarmbellen keihard af: “Waaaaat?! Kom je een paar kilo aan tijdens kerst?!“
Wanneer je de hele maand december flink gaat eten zou je inderdaad wat kunnen aankomen, maar één of zelfs meerdere dagen iets meer eten dan normaal zal heus geen enorme gevolgen hebben voor je lichaam en gewicht. Wat meer eten betekent niet direct dat je te veel eet!
“Jij kan dit prima hebben, bij mij komt het direct op mijn heupen terecht. Neem het nou! Het is lekker. Ik heb het speciaal voor jullie gehaald. Nee, ik hoef het niet. Ik eet al genoeg!”
Bovendien had de vriendin die dit zei heel andere ideeën bij ‘wat meer eten’ dan ik had. ‘Wat meer eten’ was voor mij al een extra boterham, terwijl zij gerust een half brood vooraf eet en vervolgens hele fles wijn, uitgebreid avondeten en 3 toetjes naar binnen werkt. Als je je daar goed bij voelt is dat prima, het is immers kerst en zelfs dan zal je lichaam dat uiteindelijk wel weer uitbalanceren als je vervolgens weer normaal gaat eten. Net zoals dat je niet meteen zal aankomen als je 1 eetbui hebt gehad. Wanneer je dit echter regelmatig doet, zal je inderdaad wat kunnen aankomen in gewicht. Daarnaast gaat het er ook nog om welke gedachten er achter het eten zitten. Ben je gewoon lekker aan het eten en heb je het gezellig? Of moet je van je eetstoornis al dat eten eten en voel je je helemaal niet op je gemak?
4. Kerst hoor je te vieren met familie en vrienden
De laatste jaren vier ik inderdaad kerst met mijn vrienden, maar daarvoor was dat niet altijd zo. Misschien is dit ook een dingetje dat pas komt als je wat ouder bent en op jezelf woont. Wel ging ik rond kerst vaak langs mijn tante. We aten dan pizza of afhaalchinees, speelden Risk en gingen met de honden door het bos wandelen. Of het feit dat het kerst was hier nou echt een speciale rol in speelde, nee, dat niet echt. Ik heb het nooit een probleem gevonden dat ik niet op die manier kerst vier met mijn familie. Sterker nog, eigenlijk vind ik dat veel leuker dan dat hele overdreven kerstgedoe.
Ik ben blij dat ik familie heb met wie ik het goed kan vinden, maar dit is niet voor iedereen zo. Er zijn een hoop mensen die geen fijne thuissituatie hebben en voor wie een liefdevolle familie niet zo vanzelfsprekend is. Misschien ben je wel net een geliefde verloren of kan je je familie door omstandigheden niet zien dit jaar. Voor deze mensen is kerst een lastige periode. Zeker wanneer iedereen maar op dat vrienden en familie zien zit te hameren.
“Nou, dat vind ik heel ongezellig. Jij zorgt er op deze manier voor dat we nooit meer als familie samen zijn! Hè bah, wat vervelend. Kan je niet op een andere dag wat voor jezelf plannen. Ik vind dat je best wel gewoon mee kan doen!”
Sommige mensen hebben gewoon helemaal geen behoefte aan het vieren van kerst. Welke reden je ook hebt dat je dit jaar alleen bent met kerst: Wees lief voor jezelf tijdens kerst. Kook bijvoorbeeld extra lekker voor jezelf of maak je huis gezellig met lichtjes en ga warm op de bank een leuke kerstfilm kijken. Er is niet mis met kerst vieren in je eentje. Geniet daarom ook van die quality time met jezelf. Dat mag.
5. Zou je dan nou wel allemaal eten?
Waar mijn eetstoornis begon met anorexia, eindigde mijn eetstoornis in boulimia. Ik had regelmatig last van eetbuien en mijn directe omgeving was hier ook van op de hoogte. Mijn vrienden lieten me vaak gewoon m’n ding doen, maar m’n ouders probeerden me uit alle macht te helpen om geen eetbui te hebben. Dit werkte soms helaas juist averechts. “Zou je dit wel eten?” “Eet jij maar wat meer groente.” “Geef Irene maar een klein stukje.” Ik begreep het wel en ik snap ook wel dat het goed bedoeld was, maar het was heel verwarrend voor mij dat anderen wel iets mochten eten wat mij vervolgens werd afgeraden.
“Neem je nou nog meer kruidenboter op dat broodje, dat is allemaal vet hoor! Zou je dat wel doen? Je moet jezelf niet overeten hè. Dat is niet nodig. Geef het anders aan je broer, die kan het wel hebben”
Ik voelde me een vreetzak, omdat ik toch naar het eten dat me afgeraden werd verlangde. Soms zei ik dat ik toch wel meer wilde en dan had ik het gevoel dat alle ogen op mij gericht waren. Of dit echt zo was weet ik niet, maar ik voelde me totaal niet op m’n gemak. Ik voelde me schuldig over wat ik had gegeten en had het gevoel alles verpest te hebben. Dit resulteerde vaak diezelfde dag, de volgende dag of zelfs nog een paar dagen later in een eetbui.
6. Ergens anders op de wereld hebben mensen het veel slechter
Dat is waar. Ergens anders op de wereld hebben ze andere en ergere problemen, maar ergens anders op de wereld hebben ze ook minder erge problemen. Er zal altijd wel iemand zijn die iets erger of minder erg heeft dan dat jij hebt, maar betekent dat dan dat jouw problemen niet mee tellen? Het is geen wedstrijdje wie het het ergst heeft. Je hoeft het niet met elkaar te vergelijken. Dat is niet eerlijk. Jij beleefd je leven zoals jij dat doet, met jouw gevoelens en jouw gedachten. Als jij je ergens rot over voelt, is dat echt en mogen die gevoelens er zijn.
“Nou, je mag ook wel een beetje dankbaar zijn voor dat je dit allemaal kunt eten. Aan de andere kant van de wereld zijn ze blij met 1 rijstkorrel en jij gaat lopen klagen over een beetje saus over je groentes. Probeer het eens even een beetje in perspectief te zien!”
7. Één drankje kan toch wel?
Alcohol en eetbuien gingen bij mij vaak hand in hand. Niet dat ik altijd alcohol dronk tijdens mijn eetbuien, maar wanneer ik alcohol dronk was de kans groot dat ik mezelf ging overeten. Ik word losser, roekelozer en reageer meer vanuit m’n emotie. Kortom: Vrij spel voor mijn eetstoornis. Als jij iets niet wilt heb je alle recht om daar nee op te zeggen. Misschien heb je wel medicatie of is er een andere reden dat jij liever niet drinkt. Het is niet voor een ander om te bepalen wat jij beter wel en niet kan doen.
“Hè, doe nou niet zo ongezellig. Je kunt toch prima 1 glaasje wijn nemen. Daar word je toch niet direct dronken van. Ik vind het niet gezellig om in mijn eentje te drinken hoor. Doe nou even gezellig mee!”
Wat zouden mensen juist wel tegen je kunnen zeggen?
Fotos: Pexels
Geef een reactie