‘Als ik met dit lichaam moet leven, dan hoeft het voor mij niet.’ Huilend zit ik voor de spiegel. In complete paniek voel ik wild aan mijn lichaam, op zoek naar alles wat ik afstotelijk kan vinden. Elke dag opnieuw die confrontatie, elke dag opnieuw een gevecht. Hoe kan ik mijn lichaam ooit accepteren als ik alleen maar zie wat er fout aan is? Ik haat mijn lichaam! Ik haat het!
Heel lang heb ik mij zo gevoeld. Elke dag weer een gevecht om de dag door te komen. Het was zo vermoeiend om mij de hele dag overbewust te zijn van mijn lichaam. Elke dag besloot ik om er iets aan te doen en altijd wist ik ook dat het niet de oplossing was. Ik kon er elke ochtend opnieuw om huilen, elke dag voelde als een onafgebroken confrontatie. Als ik in bed lag, tijdens het douchen, tijdens het aankleden, tijdens het sporten. Als ik zat kon ik beter gaan staan, als ik stond kon ik beter weer gaan zitten. Het was slopend en het leidde mij af. Overal waar ik was, was ik eigenlijk alleen maar met mijzelf bezig.
Anderen zagen niet wat ik zag en dat leek mij ook altijd onbelangrijk. Ík moet blij zijn, ík moet tevreden zijn. Wat heb ik eraan als anderen mij wel mooi vinden, maar ik mijzelf walgelijk vind? Er moest iets gebeuren. Er moest iets veranderen en ik was er van overtuigd dat die verandering over mijn lichaam moest gaan. Maar die verandering moest in mijn hoofd plaatsvinden.
Het lukte mij heel lang niet om die rust te vinden. Om er gewoon te zijn, samen met mijn lichaam, waar dan ook. Alsof ik mijn aandacht erop moest houden, ik mocht niet vergeten hoe het eruit zag. Want als ik dat zou vergeten, zou het pas echt uit de hand lopen. Ik moest mijzelf er steeds bewust van maken dat het niet goed was, dat ik dik en lelijk was. Terwijl het alles alleen maar erger maakte, hoe meer ik erop lette hoe slechter ik mij voelde.
Dit was zelfs nog zo toen ik al best lang in behandeling was en heel veel andere dingen al een stuk beter gingen. Ik at genoeg en ik voelde mij comfortabel genoeg om mijn sociale leven weer op te pakken. Ik merkte dat, op de momenten dat ik met vrienden was en de sfeer echt goed was, ik soms heel even niet aan mijn lichaam dacht. Mijn vrienden waren daar namelijk al helemaal niet mee bezig en door de gezelligheid kreeg ik vaak niet de kans om erbij stil te staan. Dit soort momenten zorgde er soms voor dat ik thuis kwam en mij realiseerde dat ik een paar uur niet negatief met mijn lichaam bezig was geweest. Ik had echt even pauze gehad, per ongeluk.
Hoe moeilijk het ook was om mij niet te focussen op die haat, uiteindelijk moest ik toch echt mijn aandacht verleggen. Ik wist dat ik niets moest veranderen aan mijn lichaam, dus had het ook geen zin om mij zo bewust te blijven van die haat. Dat was natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan, maar ik merkte dat het mij hielp als ik leuke dingen plande. Ik hoor het mijzelf zo vaak zeggen; zoek afleiding, ga leuke dingen doen. Terwijl ik weet dat het niet makkelijk is om je daartoe te zetten, je lichaam neem je immers overal met je mee. Maar ik merkte dat wanneer ik leuke dingen deed, mijn leven leuker werd. Toen mijn leven leuker werd, vond ik mijzelf ook leuker.
Door leuke dingen te doen met leuke mensen, vergat ik even hoe ik mij voelde over mijzelf. Ik omringde mijzelf met mensen die mij ook een fijn gezelschap vonden, dus ik hoefde mijzelf daar niet naar beneden te halen. De fijnste herinneringen en de leukste dagen, zijn uiteindelijk niet de dagen waarbij je zo gefocust bent op jezelf. Dat zijn de dagen waarop je juist jezelf, je lichaam, even vergeet. Van deze dagen moest ik het hebben, deze dagen gingen mij er doorheen helpen.
Mijn leven zo leuk mogelijk inrichten, op alle vlakken. Ik probeerde van mijn huis echt een fijn plekje te maken, met spullen die ik mooi vond. Ik merkte hoe ook dat een uitwerking op mijn stemming kon hebben. Dat is mijn leuke, fijne plekje met dingen waar ik blij van wordt. Dingen die ik zelf uitgekozen heb en die ik mooi vind, dat zegt ook iets over mij! Leuke uitjes bedenken waar ik alleen of met een vriendin heen ging, dingen doen waar ik energie van kreeg. Zo kon ik mijzelf bijvoorbeeld uren verliezen in een museum en er dan echt van genieten dat ik dat zo fijn vond. Dat zei ook iets over mij, dat vond ik leuk aan mijzelf en dat had niets met mijn lichaam te maken.
Het is moeilijk om dat beeld van je lichaam te veranderen, maar door de aandacht te verleggen kun je daar met een omweg wel komen. Ik dacht dat een bepaald lichaam mij gelukkig zou maken, maar mijn lichaam bleek goed genoeg. De eetstoornis liet mij dat geloven, maar dat was in werkelijkheid het enige dat in de weg stond. Mijn lichaam bleek goed genoeg om leuke dingen mee te doen en de blijdschap die ik daar van kreeg, keerde zich op een bepaalde moment ook naar binnen. Een positief beeld over jezelf hoeft niet per se direct uit je lichaam te komen. Een positief beeld over jezelf kun je uit zoveel meer andere dingen halen en elk klein dingetje kan daaraan bijdragen. Na een tijdje kun je misschien weer een blik werpen op je lichaam, dat lichaam dat je altijd zo haatte, en zien wat anderen al die tijd al zagen. Een mooi lichaam, dat goed genoeg is, vol van liefde en fijne ervaringen.
♥
Geef een reactie