Mateloos Moedig: ik dacht dat het normaal was

Vanuit Proud2Bme vinden we het belangrijk om de mensen die hersteld zijn van een eetstoornis wat vaker onder de aandacht te brengen. Niet alleen omdat we het mateloos moedig vinden dat ze hun angsten zijn aangegaan en hebben overwonnen, maar ook in de hoop jou hiermee te inspireren en nét dat beetje meer hoop te geven. Vorige keer kon je het verhaal van Evelien lezen, vandaag vervolgen we deze serie met de Nancy.

Nancy is 29 jaar en ik werkt sinds kort bij een nieuw team op de afdeling patiënten administratie van een ziekenhuis. Dit doet ze 32 uur per week en het werk is allemaal fysiek op de werkplek. Verder probeert ze af en toe te sporten (momenteel Aqua bootcamp lesjes), een rondje te wandelen en spreekt ze graag af met haar familie en vrienden. Hiernaast is ze een echte boardgame fan en probeert ook nog af en toe zichzelf een beetje keyboard aan te leren. 

Hoe zag jouw leven met een eetstoornis eruit? 

“Ik vind het nu nog steeds lastig om precies te vertellen wanneer mijn eetstoornis begon. Ik weet wel dat ik altijd al onzeker was over mijn lichaam. Ik ben best breed gebouwd en met handbal had ik altijd het grootste maatje van de shirts en broekjes. Ook kreeg ik al snel een grotere kledingmaat dan mijn twee oudere zussen. In groep 7 of 8 was ik volgens de gemiddelde waarden van Nederlandse kinderen te zwaar. Samen met mijn moeder woog ik me elke dag, schreef dit op in een boekje en kon zo bijhouden hoeveel ik woog. Dit met de bedoeling dat ik een paar kilo moest kwijtraken. Ik had sindsdien altijd in mijn achterhoofd dat het normaal was om je dagelijks te wegen en om op je gewicht te letten. Ik heb zelf nooit echt ervaren dat ik toen al een verstoorde relatie tot eten had. Ik gooide mijn lunch vaak weg, zodat klasgenootjes zagen dat ik echt niet veel at. Daarentegen was ik een stiekeme eter en waren de koekjes en chips ’s avonds niet veilig. Maar ik redde me wel, dus het was wel ‘prima’.
 
Toen ik ging studeren en op kamers ging, veranderde er veel. Ik was heel lui in het verzorgen van mezelf. Ik sloeg maaltijden over. Vaak omdat ik er geen trek in had of geen zin had om het te bereiden. Ik ben toen in korte tijd aardig wat aangekomen, omdat ik de honger compenseerde met beginnende eetbuien. Toen ik vond dat ik te veel was aangekomen, kwam ik in actie en begon het eerste crashdieet. Ik verhongerde mezelf en die rush voelde goed. Totdat mijn lichaam zo snakte naar voedsel, dat ik weer in de eetbuien herviel. Die rush van de eetbui voelde nét zo goed en misschien zelfs beter. Er zijn zo verschillende periodes van vasten en eetbuien geweest, waardoor mijn gewicht ook veel op en neer ging.
 
Ook was ik me altijd heel bewust van mezelf als het op eten in de buurt van anderen aankwam. Ik moest een maaltijd eten, maar mocht nooit een tweede keer opscheppen. Zo waren er nog veel meer regels die ik mezelf oplegde om het niet te laten opvallen dat ik of veel te veel at of helemaal niets. Ook plande ik alles om het eten heen en wist precies waar in welke supermarkt ik iets kon halen waar mijn eetstoornis op dat moment zin in had. Ik was eigenlijk elk moment van de dag wel bezig met de eetbui die kwam, het plannen of het compenseren door te vasten. 
 
Ik ben altijd erg goed geweest in het voorliegen van anderen, maar dat startte in het voorliegen van mezelf. Dit is het gedeelte van de eetstoornis waar ik de grootste hekel aan heb. Betrouwbaarheid is één van mijn belangrijkste eigenschappen, maar wanneer je last hebt van een eetstoornis, nemen die gedachten het over. Dan liegt de eetstoornis je voor. Ik ben wel betrouwbaar, maar de eetstoornis is een liegbeest. Ik vind het nog steeds moeilijk om dat verschil te blijven zien.” 

Wat zat er achter jouw eetstoornis? 

“Ik denk een combinatie van verschillende dingen, waaronder de punten die ik net heb uitgelegd. Een lichaam in fysieke hongerstaat, gecombineerd met een negatief zelfbeeld van kinds af aan. Daarnaast heb ik faalangst en was ik totaal niet mild naar mezelf. Ook kan ik minder goed met boosheid omgaan. Dat sloeg vaak naar binnen waardoor ik de emotie als het ware opat.”

Wanneer of waarom besloot je: nú is het tijd voor herstel? 

“Halverwege mijn afstudeeropdracht lukte het me niet meer om naar mijn stageplek te gaan. Ik was er mentaal heel slecht aan toe. Ik had ’s ochtends veel angsten waardoor ik thuisbleef. Daar schaamde ik me dan weer zo erg voor dat ik ook niet op straat durfde te komen en alleen soms heel snel naar de supermarkt ging om aan een eetbui toe te geven. In die tijd heb ik ook veel vriendinnen op afstand gehouden. Ik duwde alles om me heen weg. Daarnaast merkte ik dat ik veel te zwaar was, maar dat mijn lichaam wel alle voedingsstoffen miste; overgewicht, maar ondervoed. Ik merkte zelfs dat mijn nagels sneller afbraken en mijn haar dunner werd en uitviel. Toen ik door mijn stagebegeleider, een arts, werd doorverwezen voor psychische hulp besloot ik ook om eindelijk aan mezelf toe te geven dat ik een eetstoornis had en dat ik dan ook gelijk alles moest aanpakken.”

Wat was jouw grootste uitdaging tijdens herstel? 

“Eén van de uitdagingen is het mild zijn voor mezelf. En accepteren dat je nog zo goed kunt begrijpen wat er gebeurd en wat je vervolgstappen zijn, maar dat het dan toch vaak nog niet gelijk lukt. Ik wilde het gelijk perfect doen en de meest gebalanceerde maaltijden voor mezelf maken. Uiteindelijk accepteerde ik dat het oké is om klein te starten en dat eigenlijk de kleinste stappen het moeilijkste zijn.  
 
Een ander lastig punt is dat alles rondom eten bij mij kan doorslaan in obsessief gedrag. Het vasten en de eetbuien zijn daar een voorbeeld van, net zoals dat gebalanceerde maaltijden een andere vorm van controle is. Een half jaar terug merkte ik bijvoorbeeld op dat het vegetarisch eten vanwege het milieu doorsloeg in misselijk worden als anderen vlees eten om mij heen. Ik hield me toen weer alleen bezig met het niet eten van vlees en nam het mezelf kwalijk als ik daar wel zin in had. Het is voor mij dus een uitdaging om intuïtief te eten en goed te luisteren naar wat mijn lichaam nodig heeft, zonder mijn gedachten de overhand te laten nemen.”

Wat is de beste hulpverlening voor jou geweest? 

“Dat is een combinatie van verschillende dingen. Het therapietraject dat ik volgde, voornamelijk voor de andere punten waarin ik mentaal vastliep, heeft me geleerd om mijn emoties te delen en om hulp te vragen. Mijn vrienden en familie hebben me geholpen door te luisteren zonder oordeel en altijd de telefoon op te nemen als ik belde. Verschillende coaches op Instagram hebben me weer een ander inzicht in het omgaan met eten gegeven. Mijn advies is: zoek iets dat bij je past, iets waarbij je liefde voelt. Het blijven delen van mijn problemen heeft mij wel veel gebracht. Dat doe ik nu nog steeds als ik het even moeilijk heb. Gedeelde smart is halve smart.”

Hoe kijk je nu terug op jouw eetstoornis?

“Ik ben lang heel boos geweest op mezelf en op de wereld. Deze boosheid slikte ik in, letterlijk met het voedsel tijdens de eetbui. Nu vind ik het vooral heel vervelend voor mijn omgeving die zich zorgen om mij heeft gemaakt. Mijn ouders zijn soms bang dat ik weer terugval als ik me even niet zo lekker voel of als er iets vervelends gebeurt in mijn omgeving. Het doet me pijn als ik zie wat voor effect mijn problemen op hen hebben. Voor mijzelf zie ik nu vooral het positieve van de hele ervaring. De les die het mij heeft geleerd en alle inzichten die ik in mijzelf heb gekregen.”

Wat heeft het herstel jou gebracht? 

“Ik kan niet zeggen dat mijn relatie met eten al net zo normaal is als bij ieder ander. Vaak ben ik me nog wel bewust van wat ik eet als ik bij anderen ben. Maar ik laat me niet meer tegenhouden om dat chocolaatje te pakken of een tweede keer op te scheppen. En ik kan oprecht zeggen dat ik kan genieten van lekker eten. Daarnaast werkt mijn gedrag rondom het eten als een alarmbel. Als ik een mindere periode heb of stress ervaar, is het eten het eerste waar ik het aan zie. Ik zie het niet meer als probleem, maar als signaal van mijn lichaam dat er iets is wat mijn aandacht behoeft. Ik heb dan bijvoorbeeld meer tijd alleen nodig.”  

Wat zou je anderen mee willen geven? 

“Jij bent de eetstoornis niet. De gedachten die daarbij horen, ben jij niet. Probeer die gedachten los te zien van wie jezelf bent. En probeer mild te zijn naar jezelf, maar streng naar de eetstoornis. Het is niet gek dat je deze gedachten hebt. Het is niet erg als je een mindere dag hebt. Het is niet erg als je voor je gevoel een stapje terug zet. Het is niet gek dat je hulp nodig hebt. En mensen zijn vaak heel blij als ze kunnen helpen, het geeft hen ook een goed gevoel. Hou je dus niet in om je gedachten en emoties te delen met anderen.”  


Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en dietisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar. 

Lonneke

Geschreven door Lonneke

Reacties

5 reacties op “Mateloos Moedig: ik dacht dat het normaal was”

  1. wat een mooi verhaal van een prachtige krachtige vrouw. Je mag trots zijn hoe je nu met alles omgaat en wat je hebt bereikt!

  2. Hallo Nancy ik ben blij voor je dat het zoveel beter met je gaat dan eerst je bent goed bezig rot voor je dat eten op veel manieren nog moeilijk is maar wat fijn dat het met je herstel op heel veel manieren goed is gekomen je bent een mooi mens groetjes

  3. Trots op je Nance!! Heel krachtig hoe je je verhaal in woorden hebt gedeeld, en fijn dat ik zo een stapje in jouw belevingswereld kan zetten als vriendin. Heel blij voor je dat het beter gaat. Dikke knuffel!

  4. Super knap dat je je verhaal hier deelt!😘😘

  5. Heel herkenbaar en fijn om te lezen ❤️

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *