Een signaal van jouw lichaam: honger. Je pakt wat te eten en het ebt weg. Maar wat als je niet kan vertrouwen op het signaal dat jouw lichaam je geeft? Of wat als je dit signaal wilt negeren? Toen ik worstelde met het eten gaf dit signaal me vooral paniek. Ik moet weer eten, maar ik wil het niet. Het signaal moest mijn vertrouwen weer winnen. Maar toen werd het opnieuw op de proef gesteld; zwangerschap.
Toen ik voor de eerste keer zwanger bleek te zijn, was er naast vreugde ook angst. Angst voor alle veranderingen aan mijn lichaam. Het aankomen en het dikker worden. Niet alleen zou het kind groeien, maar natuurlijk zouden er ook dingen veranderen in mijn eetpatroon. Het idee dat ik ‘voor twee zou eten’ vond ik lastig en spannend. Ik wist niet wat ik moest en kon verwachten. Uiteindelijk merkte ik gelukkig dat het niet écht ging om eten voor twee. Ik at niet twee keer zoveel. Maar ik at wel anders en dat was best zoeken. In plaats van tijdens één maaltijd meer te eten, merkte ik dat ik vaker honger had. Iets wat ik vroeger heel lastig vond. Hongergevoel; wanneer kon ik daarop vertrouwen?
Vertrouwen op je hongergevoel
Toen ik vroeger worstelde met eten gaf mijn hongergevoel me vaak een trots gevoel. Het was een bevestiging dat ik het goed deed en het gaf me het vertrouwen dat ik niet teveel aan het eten was. Het was dan ook een gevoel dat ik zo goed mogelijk negeerde. Als ik er naar zou luisteren, zou ik namelijk weer aankomen, dacht ik. Dat was allesbehalve wat ik wilde. Tot het moment dat de remmen los waren en ik niet eens meer wist waarom ik zoveel naar binnen werkte. Had ik echt honger of probeerde ik een leeg gat in mijn gevoel te vullen? Het vertrouwen in mijn hongergevoel is lange tijd weggeweest. Tijdens mijn weg naar een gezond gewicht bracht dit gevoel me vaak in verwarring. Hoe kon ik nog honger hebben terwijl ik net had gegeten? Hoe kon hetgeen wat ik gegeten had nou niet genoeg zijn?
Naarmate ik mijn hongergevoel los kon koppelen van de angst om aan te komen, kreeg ik ruimte om weer vertrouwen te krijgen in mijn lichaam. Ik kon nog zoveel redenen bedenken waarom ik geen honger zou mogen en moeten hebben, maar mijn lichaam wist het beter. Het vertrouwen moest groeien en dit hield voor mij vooral in dat ik het cijfertje op de weegschaal moest leren loslaten. Dit ging niet zonder slag of stoot, maar ik was het zat. Zat om mijn gevoel en vertrouwen af te laten hangen van een getal. Het kostte me veel angst en boosheid om het los te laten. Angst om enorm veel aan te komen, maar ook boosheid omdat ik niet eens kon genieten van het eten dat ik altijd zo lekker vond. Dat ik niet kon genieten van het gezellig aan tafel eten.
Ik besefte dat de weegschaal weg moest. Dat ik moest leren vertrouwen op mijn lichaam in plaats van op een getal. Een veelzeggende getal, dat eigenlijk niks hoort te zeggen. Ik denk dat de boosheid die ik had op dit getal me enorm hielp dit zo snel mogelijk los te laten. Ik heb me sindsdien eigenlijk nooit meer gewogen en het vertrouwen geheel gelegd op mezelf.
Hongergevoel tijdens zwangerschap
Toen ik zwanger was, bleek het wegen ook een onderdeel te zijn van de controles. Achteraf is dat natuurlijk hartstikke logisch omdat ze in de gaten moeten houden of een kindje goed groeit. Maar het moment dat ik voor het eerst op de weegschaal moest staan, kreeg ik het doodsbenauwd. Ik wilde ik absoluut niet weten hoeveel ik zou wegen of zou aankomen. Ja, aankomen hoort eenmaal bij een zwangerschap, maar ik hoefde niet te weten hoeveel dit zou zijn. In goed overleg probeerde ik het vertrouwen te leggen bij mezelf en mijn verloskundige. Ik hoefde me niet elke controle te wegen en als het al moest, werd dit blind gedaan. Ook werd het gewicht digitaal bijgehouden en werden de vakjes van ‘gewicht’ op mijn afsprakenkaart leeggehouden.
Het vertrouwen bij een ander leggen – terwijl ik ondertussen ‘last’ kreeg van hongeraanvallen en trek kreeg in gekke dingen – was niet altijd makkelijk. Ik weet nog goed dat ik tijdens mijn zwangerschap laat op de avond trek kreeg in friet met zout, maar wel zonder saus. Aan de ene kant was deze trek heel groot, maar aan de andere kant kwam er ook een onzekerheid naar boven. Kon ik dit wel hebben? Ook werd ik vaak midden in de nacht wakker met gigantische trek. Op een gegeven moment gaf ik eraan toe en sliep ik geen nacht zonder een pakje koekjes naast mijn bed. En ondanks dat ik me soms afvroeg of ik er niet doorheen kon slapen, won het hongergevoel vaak. Het pakje met koekjes was snel op en ik kon weer slapen.
Me hierbij neerleggen, ging me uiteindelijk makkelijker af dan ik had durven dromen. De angst voor het aankomen doordat ik vaker snaaide was niet meteen weg, maar het hield me niet tegen om mijn lichaam hetgeen te kunnen geven om iets heel belangrijks en moois te doen. Ik had namelijk geen honger omdat ik de hele dag niks had gegeten of omdat ik van alles moest doen zonder dat ik daar de energie voor had. Nee, ik had honger omdat in mijn lichaam een kindje aan het groeien was. Ik probeerde erop te vertrouwen dat het na de zwangerschap wel weer bij zou trekken.
Toen ik merkte dat ik na mijn zwangerschap alsnog meer at dan voorheen, vond ik dat even wennen. Maar achteraf kan ik dit goed relativeren. Naast het geven van borstvoeding – dat ook de nodige energie vergt – was ik op een andere manier bezig met het zorgen voor mijn kind. En ik moet zeggen dat ik sinds het hebben van kinderen juist beter en gestructureerder ben gaan eten. Ik zorg ervoor dat mijn kinderen goed eten; waarom zou ik dat niet ook doen voor mezelf?
Een betere versie van mezelf
Ook als mijn kinderen groter zijn en ik meer op mezelf gewezen ben, hoop ik dat ik nog steeds het vertrouwen kan houden in mijn lichaam zoals ik dat nu heb. Om te kunnen vertrouwen op de signalen die mijn lichaam me geeft en deze ook te erkennen. Een hongergevoel kan makkelijk genegeerd worden, maar het oplossen kan eigenlijk ook door wat te eten. Een oplossing op lange termijn. Elke dag kunnen de behoeftes om te eten variëren. De ene dag heb ik meer honger dan de ander. Soms is daar een duidelijke reden voor te vinden, maar soms ook niet. Het is een kwestie van geven en nemen. Niet alleen zorg ik daardoor beter voor mijn lichaam, maar hierdoor kan ik ook een betere versie van mezelf zijn. Iemand die niet continu geïrriteerd is omdat ze honger lijdt. Iemand die niet continu moe is, omdat er een tekort is aan energie. Maar iemand die fijne dingen kan doen zonder gevolgen, uit eten kan zonder de hele dag te vasten en vooral iemand die kan vertrouwen op haar lichaam.
Wat helpt jou om op jouw hongergevoel te vertrouwen?
♥
Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en dietisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.
Geef een reactie