De weegschaal, een apparaat waar je waarschijnlijk een haat/liefde verhouding mee hebt. Je bent afhankelijk van het ding, je kunt er niet zonder, maar hij bezorgt je tegelijkertijd de meest slechte dagen en negatieve stemmingen. Niet alleen veel mensen met een eetstoornis, maar ook -voornamelijk- heel veel vrouwen zonder eetstoornis struggelen dagelijks met de weegschaal. Deze afhankelijkheid van de weegschaal zorgt voor de nodige gekke gewoontes die te maken hebben met het daadwerkelijke wegen.
In deze blog beschrijf ik 10 gewoontes die je kunt hebben tijdens het wegen. Gewoon om te laten zien welke gekke dingen we ons eigenlijk in ons hoofd halen als we bezig zijn met dat apparaat. Deze gewoontes spelen niet alleen bij mensen met een eetstoornis, maar ook bij gezonde vrouwen.
1. Naar beneden afronden
Je gaat op die weegschaal staan en ziet dat je 60,5 weegt. Wat veel mensen nu doen is automatisch naar beneden afronden. Dat voelt op één of andere manier toch fijner. Je weegt geen 61, maar je weegt 60.
2. Naakt
No way dat je op die weegschaal gaat staan met al je kleding aan. Dan zou je ineens veel meer wegen en dat getal wil je helemaal niet op die weegschaal zien staan. Kortom: Je weegt altijd poedel naakt. Als je dan toch een keertje met kleding aan of in pyjama weegt, wil je er het liefst minstens 2 kilo aftrekken… en als het je beter uitkomt: 3 kilo.
3. In de ochtend
je denkt er niet aan om ‘s avonds te gaan wegen, want je weet uit ervaring dat je dan zeker een kilo meer weegt. Je weegt in de ochtend, altijd. Je hebt dan sowieso het idee op je dunst te zijn en dat is ook hetgeen je terug wilt zien op die weegschaal.
4. Eerst plassen
Voordat je ‘s morgens op de weegschaal gaat staan wil je per se eerst even plassen. Je hebt het idee dat dat minstens een flink aantal ons scheelt en die wil je er niet bij zien staan als je op dat ding gaat staan. Eerst even naar het toilet en dan pas (naakt) wegen.
5. Voor het douchen
Je wilt wegen nadat je je hebt uitgekleed én nadat je naar het toilet bent geweest, maar wel vóórdat je gaat douchen. Waarom? Heel simpel! Nat haar zou er weleens voor kunnen zorgen dat je zwaarder weegt. En wat denk je van al die natte druppels aan je lichaam…? Onzin natuurlijk, maar voor de zekerheid weeg je toch maar voor het douchen.
6. Adem uit
Lucht is zoooo zwaar (not) en daarom adem je toch echt liever even flink wat lucht uit, alvorens je je voeten op die weegschaal zet. Opnieuw, onzin natuurlijk, maar in jouw hoofd maakt het wel degelijk verschil.
7. Nog een keer
Je bent op de weegschaal gaan staan en hebt je gewicht gezien, maar klopte dat gewicht wel echt? Voor de zekerheid ga je nog een keertje op de weegschaal staan. Gewoon om te kijken of het ding dan exact hetzelfde gewicht aangeeft.
8. Andere plek
Je bent op de weegschaal gaan staan en hebt je gewicht gezien, maar stond de weegschaal per ongeluk niet een beetje scheef of wankel? Dat kan uitmaken in het gewicht dat hij aangeeft. Om dit te controleren verplaats je de weegschaal nog even naar een vlakkere plek in het huis. Je besluit jezelf nog een keertje te wegen om te kijken of het gewicht hetzelfde is gebleven.
9.Goed afgesteld?
Alles leuk hoor, maar is die weegschaal wel goed afgesteld? Die wijzer lijkt niet helemaal op de 0 te staan. Misschien toch even ietsje bijdraaien. Bij een digitale weegschaal wil je toch even checken of de batterijen er nog wel goed inzitten. Je draait ze een paar keer rond in het bakje waar ze in de weegschaal zitten, je geeft de weegschaal nog even een corrigerende tik en je gaat er opnieuw opstaan.
10. Niet durven kijken
Je gaat op de weegschaal staan en bent, ondanks dat je per se op die weegschaal wilt staan, doodsbang om naar het getal te kijken dat op dat schermpje staat. Je durft nauwelijks te kijken omdat je weet dat het getal je waarschijnlijk niet happy gaat maken.
Dat waren de 10 weegschaal gewoontes die veel mensen hebben, maar waar we met elkaar niet of nauwelijks over praten. Gek eigenlijk hè, hoe extreem we bezig kunnen zijn met zo’n getalletje.
Toen ik nog een eetstoornis had, was dat ding echt een soort drugs voor me. Ik kon er absoluut niet zonder en sleepte hem overal mee naar toe. Als ik een ons was aangekomen was dit al een drama. Een paar ons aangekomen betekende een slechte dag waarop ik weinig mocht eten. Een paar ons afgevallen betekende aan de ene kant een positieve stemming, maar aan de andere kant meer angst om dit weer kwijt te raken en weer aan te komen. Ik moest mijn best dan dus doen om nog meer af te vallen.
Ik dacht dat de weegschaal me een gevoel van veiligheid en controle gaf, maar het ding gaf me op de langere termijn het tegenovergestelde. De weegschaal heeft er uiteindelijk ook nooit voor gezorgd dat mijn leven beter of gelukkiger werd. Ben je zelf obsessief bezig met de weegschaal, probeer dan eens te bedenken hoe lang je hier nog zo mee bezig wilt zijn. Vraag je af of je je leven over een jaar nog steeds wil laten beïnvloeden door dat ding. Is je antwoord hierop nee, bedenk dan wat jij nodig hebt om minder te gaan wegen.
Lees ook eens: De weegschaal en een eetstoornis.
Geef een reactie