Vandaag wordt een goede dag. Ik voel het, ik kan best iets extra’s eten ook. Van dit soort dagen moet ik het hebben. Ik stop een tweede koekje in mijn mond. Jezus wat lekker, een mens wordt hier gewoon gelukkig van. Go Daph. Een derde kan ook wel. Dat is toch ook gewoon normaal, om af en toe wat extra’s te eten? Nee stop, genoeg. Waar ben ik mee bezig? In drie koekjes tijd is de ontspannen snack-sfeer omgeslagen naar totale eet-paniek.
Ik verkramp. Het was vast niet te veel, er is nog niets verpest, maar toch voelt het niet goed. Het liefst begin ik de hele dag opnieuw en gooi ik deze weg. Blijkbaar kan ik het toch niet aan, die extra koekjes. De verleiding om dat ‘opnieuw beginnen’ zelf in de hand te werken, is te groot. Ik wil het ongedaan maken, want wat als die extraatjes toch ineens een groot verschil gaan maken op de weegschaal? Wat als die extraatjes ineens geen extraatjes meer zijn, maar normale hoeveelheden? Wat als ik dat totaal niet goed in kan schatten. Dan worden die extraatjes straks ineens heel wat extra buik en billen. Nee ik kan dit niet, nu nog niet. Het moet eruit.
Subjectieve eetbui
Vaak wordt compenseren in één adem genoemd met eetbuien. Dat is iets wat veel voorkomt, maar het is niet uitzonderlijk dat compenseren ook voorkomt zonder het hebben van eetbuien. Een eetstoornis heeft geen regels en telkens als ik hem dacht te kennen, werd ik weer verrast. Ook na een subjectieve eetbui, een avondmaaltijd of een doorsnee ontbijt, was er een drang om te compenseren. Om toch te braken en toch, voor mijn gevoel, weer opnieuw te kunnen beginnen. Het verlangen leeg te zijn, is iets wat ook na een gewone maaltijd kan opkomen. Een gevoel van totale paniek en angst kan ook na die paar extra koekjes even heftig aanvoelen als na een eetbui.
De paniek is er, het eten is er, maar het is belangrijk om te beseffen dat het geen echte eetbui is. Dat maakt de drang om te compenseren misschien niet minder en maakt in je gevoel misschien geen verschil, maar helpt misschien wel om te relativeren. Het is allebei even vervelend, maar het even van een afstandje bekijken kan wel helpen om er misschien anders op te reageren. Je mag er namelijk anders op reageren. Altijd, dus ook nu.
Wat is de situatie nu werkelijk? Hoe veel was het eigenlijk en is dat echt reden tot paniek? Of komt de angst, de angst voor mogelijk controleverlies, misschien heel ergens anders vandaan? Ik voelde dezelfde onrust na een subjectieve eetbui, maar vond het best verwarrend dat dat tegelijkertijd niet ‘terecht’ was. Ik was bang voor wat ik had gegeten, maar vond dat ik er normaal over moest doen. Want zo erg was het niet. Terwijl ik mij wel net zo vies, vol en mislukt voelde. Dat was wat het eten met mij deed, veel of weinig. Dat maakte eigenlijk dat er gelijk minder plek was voor mijn eigen onrust. Misschien mag je altijd plek maken voor die onrust, maar kan dat denk ik alleen maar als het niet ‘weg hoeft.’
Gewoonte
Iets wat compenseren in alle gevallen zo lastig maakt, is dat het een gewoonte wordt. Of je het nu doet na de eetbuien of na een ogenschijnlijk gezond ontbijt, dat doet er vaak niet eens echt toe. Wat je ook gegeten hebt, blijkbaar keurt je eetstoornis het af. Grote hoeveelheden, kleine hoeveelheden, een bepaald product… Je eetstoornis is het er niet mee eens en wil nu overgaan op actie. Als die afkeuring je telkens overdondert en je reactie daarop heel vertrouwd wordt (het braken), wordt het misschien een gewoonte om het zo te doen. De vervelende, tevens vertrouwde, route die je telkens bewandelt. De bekende cirkel. Die de afkeuring voor het eten, de afkeuring voor jou, telkens in stand houdt.
Ook na een ‘normale’ hoeveelheid eten is compenseren nog altijd heel slecht voor je gezondheid. Het lijkt misschien een minder grote aanslag op je lijf, maar het overgeven heeft net zulke grote gevolgen. Bovendien dient het, elke keer weer, alleen maar de eetstoornis en verdooft het jou. Het dient de angst, dient die drang naar controle, terwijl je je als een slaaf voelt. Want je wist zelf al; zo veel is er niet misgegaan met het eten vandaag. Had iemand anders dit ook teveel gevonden? Had iemand anders jou ook veroordeeld hiervoor?
Waarom?
Het klinkt misschien idioot. Want vragen naar waarom je het doet, is ongeveer hetzelfde als vragen waarom je een eetstoornis hebt? Bij mij was er elke dag een ander antwoord mogelijk en vaak had ik helemaal geen antwoord. Toch merkte ik ook dat het overgeven wel degelijk verschillende functies kon hebben en dat dat juist samenhing met het moment waarop ik het deed. Een lange tijd was het de standaard na de eetbuien; om simpelweg met de eetbuien om te kunnen gaan. Dat was voor mij onlosmakelijk met elkaar verbonden. De eetbuien kwamen regelmatig op ongeveer dezelfde momenten terug, dus het braken ook.
Daarnaast was er ook een tijd dat ik na een normale maaltijd of een subjectieve eetbui ging compenseren. Dezelfde handeling, maar ergens voelde het wel degelijk anders voor me. Die maaltijd of die subjectieve eetbui voelde anders dan die echte eetbui. Ik voelde het aan mijn lichaam, het was toch echt iets minder vol dan ik gewend was van een eetbui. Maar waarom moest ik dan toch overgeven? Waar was ik bang voor? Voor het aankomen? Voor de angst dat dat extraatje normaal zou gaan worden en ik mijzelf daar niet mee vertrouwde? Angst voor controleverlies? Voor het feit dat ik mijzelf afkeurde? Dat ik mijzelf altijd en overal afkeurde, maar dat het eten daar nu de beste aanleiding toe gaf? Nu mocht ik er iets mee. Misschien een beetje van dat alles…
Wat te doen?
Tijdens de eetbuien wilde ik vooral de eetbuien onder controle krijgen. Dat was het enige waar ik last van had, want als ik dat niet meer deed, had ik dat overgeven ook niet meer nodig. Een redenering die niet werkte, want de mogelijkheid tot compenseren hield de eetdrang altijd in stand als het moeilijker werd. Het kan er toch weer uit. Juist voor die stap naar de wc moest een vervanging komen en dat is in dit geval denk ik niet anders. Want het argument; het kan er toch weer uit, kun je inderdaad altijd gebruiken. Maar is dat wat je wilt? Dat je bij elke normale maaltijd, elk eetmoment waarbij je jezelf gevoed hebt, het er weer uit gooit? Dan zou je daar altijd en overal aan moeten twijfelen, terwijl je die optie juist niet meer wilt.
Je strenge kijk op het eten maakt dat er misschien altijd iets mis mee is, altijd wel een reden om het te compenseren. Altijd wel iets te veel, iets te ongezond, iets te afwijkend van wat ‘mag’. Maar als je weet dat het eten niet uit de hand is gelopen, is dat dus het laatste wat je aan zou moeten passen. Daar nog strenger in zijn, gaat het overgeven niet stoppen. Dat gaat misschien juist bij elk extra koekje nog meer reden zijn tot destructief gedrag. Misschien is het juist een kwestie van dat compenseren een halt toe roepen. Daar afleiding voor in de plaats brengen. Daar iets meer zelfzorg, liefde en aandacht voor in de plaats brengen. Of misschien om te beginnen; gewoon iets meer rust en relativerende gedachten. Je kunt altijd nog tot actie over gaan, maar je kunt eerst ook even pas op de plaats maken. Even ademen.
Op dat moment een appje naar iemand sturen. Op dat moment naar buiten gaan. Op dat moment iemand bellen of voor de vierde keer een motivatie-moodboard maken. Iets wat jou kan helpen om het compenseren uit te stellen en zo hopelijk af te stellen. Iets of iemand die jou eraan kan herinneren dat er helemaal niets verpest is, maar dat je je tegelijkertijd mag voelen hoe je je voelt. Iets dat jou eraan herinnert dat, ook als je jezelf en je eten vandaag hebt afgekeurd, je gewoon verder mag gaan met je dag. Dat dat gewoon kan en dat er dan ook een avond aanbreekt, waarbij je misschien niet hebt gecompenseerd en het gevoel zelfs een beetje is gezakt.
Het braken gaat je twijfel en je angst niet wegnemen. Elke keer dat je overgeeft, ook zonder eetbui, is een reden voor je eetstoornis om te denken dat het wel nodig is geweest. Grote kans dat er de dagen daarna niet zo veel veranderd is, niet aan je lichaam en niet op de weegschaal. Grote kans ook dat je eetstoornis denkt: Ja zie je, anders was dat zeker wel gebeurd. Zonder braken was je vast aangekomen.
Maar er is tegelijkertijd een hele grote kans dat dat helemaal niet was gebeurd. Je hebt normaal gegeten. Normale maaltijden en misschien soms iets extra’s, ook dat is normaal. Maar geef jezelf dus ook de kans om dat te zien en om dat te ervaren. Je zult het jezelf moeten bewijzen. Bewijzen dat je het braken niet nodig hebt en dat je goed bezig bent.
♥
Geef een reactie