Terwijl ik deze blog schrijf, leven we al bijna twee maanden in de zogenaamde ‘intelligente lockdown’. Als mensen vragen aan mij hoe het met me gaat dan antwoord ik: “Goed, prima eigenlijk.” Toch merk ik aan mezelf dat deze crisis me meer raakt dan dat ik zou willen. Oud zeer wordt naar boven gehaald…
We leven momenteel in een tijd met bijna alleen maar onzekerheid. Wanneer mogen we weer naar ons werk? Wanneer mogen alle zorgafspraken weer doorgaan? En wanneer mag ik iemand weer een knuffel geven? De vragen kennen nog geen antwoord. De vragen houden me onbewust veel bezig. Ik denk terug aan de periode dat ik drie maanden lang voor mijn anorexia was opgenomen in het ziekenhuis. Ook daar was geen einddatum. Ook daar was het voor mijn gevoel een lange, donkere tunnel, waarbij het licht nog ver te zoeken was. Ook daar verlangde ik naar zekerheid die nergens te vinden was.
We leven nu, anno 2020. De opname was in 2008. Moet ik hier dan nog aan denken? Moet ik juist niet nu vooruitkijken? Ik zou met heel mijn hart willen dat dit zo makkelijk zou gaan, maar helaas kan ik bepaalde beelden niet in één keer uit mijn geheugen en gedachtes wissen. Bepaalde herinneringen zijn vastgeankerd in mij. Naast de vele therapieën die ik onder andere voor mijn nare ervaringen heb gehad, zullen deze altijd in mij aanwezig blijven. Tijdens mijn ziekenhuisopname in 2008 had ik een kalender gemaakt om de dagen af te tellen. Ik begon met een maand, maar helaas moest er een maand aan vast worden geplakt. En ook dat was niet genoeg. Ik was radeloos, want intussen was ik voor mijn gevoel alle controle verloren. Mijn gewicht was gestegen, mijn eetpatroon bestond uit dwangmatige sondevoeding en ik zat gevangen in een kleine kamer waar een vriendin mij af en toe mocht bezoeken. Elke dag die zich voortzette, had ik weer overleefd. Elke dag was een stapje dichterbij mijn eigen leven. Een leven waarin ik zelf mocht bepalen hoeveel ik at, hoeveel ik bewoog en bovenal een leven waarin ik al mijn lieve mensen weer om me heen kon hebben.
Bron: Pexels
De coronacrisis raakt heel de wereld. Mijn opname was een crisis die mij alleen raakte. Voor mijn gevoel is de crisis van nu hierdoor wel meer behapbaar, omdat iedereen voor dezelfde onzekerheid staat en iedereen dezelfde harde maatregelen moet doorstaan. We strijden samen en niet alleen. Maar toch… Toch slaat de paniek soms toe. Stromen de tranen over mijn wangen en voel ik me net als toen gevangen in mijn eigen leven. In het begin van de crisis was de keuze aan producten in de supermarkt beperkt. Mijn bewegingsvrijheid wordt opnieuw voor een deel ontnomen. En een knuffel aan iemand geven, voelt als een genadeklap. Hoe kan ik dit nog (lang) volhouden…?
Leef met de dag
Vóór de coronacrisis moest je me minimaal een maand van te voren ‘inboeken’. Elke werkdag stond bomvol met afspraken en elk weekend sprak ik met vrienden af. Dit was mijn normale leven. Een leven waarin ik me goed voelde. Maar sinds de dag dat corona uitbrak, is mijn horloge van m’n pols afgegaan. Mijn agenda werd opeens een stuk leger en er was geen mogelijkheid meer om een paar weken vooruit te kijken. Het nieuws sloeg als een bom in, maar ook mijn leven is voor 180 graden gedraaid. Ik ben verplicht geworden met de dag te leven. Natuurlijk had ik liever op een andere manier ondervonden dat dit mogelijk is. En ook ik verlang terug naar het normale ritme. Maar ergens geeft dit leventje me ook rust. Ik merk dat het voor mij belangrijk is om echt van het moment te genieten. Dat ik blij kan zijn met de werkdag die er op dat moment is en dat ik trots kan zijn als ik een personal record heb gelopen zonder dat dit een wedstrijd is. Het is voor mij goed om doelen te hebben, maar ik besef dat het ook zeer waardevol is om te kijken naar de situatie waarin ik per dag en per minuut leef.
Herinneringen en dromen
Zoals ik al schreef, haalt deze corona-periode bepaalde herinneringen naar boven. Deze herinneringen zijn verreweg van mooi of fijn. Maar zowel in de periode van mijn opname voor mijn anorexia als de periode van nu kan ik ook terug denken aan bijzondere en fijne herinneringen. Herinneringen die me kracht en moed geven. Want ook die heb ik gelukkig genoeg. Tijdens mijn opname keek ik vaak in fotoboeken waarin ik samen met mijn ouders op vakantie was en veel ijsjes at. Nu scrol ik door mijn mobiel en zie ik de meest gekke en vrolijke foto’s van mijn vriendinnen tijdens festivals. Deze herinneringen koester ik en op de momenten dat ik ze zie, kan ik spontaan een lach op m’n gezicht krijgen. Tegelijkertijd zijn deze herinneringen opnieuw dromen. Toen ik opgenomen was, droomde ik van de zomervakantie die in het vooruitzicht lag. Een droom die motivatie gaf om de sondevoeding te accepteren. En zo heb ik ook nu mijn dromen. Ik droom ervan om weer samen met mijn sportcoach op het podium een fietsles te geven. En ik droom ervan om samen met mijn vriendin volgend jaar weer naar ons jaarlijkse concert te gaan en helemaal los te gaan op de lekkere harde muziek. Het geeft me hoop om deze periode vol te houden.
Spreek het uit
Een groot verschil met mijn opname en deze crisis is dat ik nu mijn angst en verdriet durf uit te spreken. En ik merk dat het uitspreken veel meer oplucht dan alles voor mezelf te houden. Waar ik toen van binnen triester en triester werd, zijn mijn emoties nu behoorlijk goed in balans. Ik schreeuw het echt niet van de daken wanneer ik me down voel, maar er zijn wel een paar lieve mensen die me hierin mogen horen. Mensen waarbij ik me vertrouwd voel en die me hiervoor niet veroordelen. Wanneer je in je omgeving deze mensen niet hebt, dan is het ook heel goed om online contact te zoeken. Zo staan wij bij Proud2Bme altijd voor je klaar op het forum en in onze chats. In de tijd van mijn opname was dit nog veel minder mogelijk, maar nu zijn er gelukkig veel meer mogelijkheden. Het is en blijft belangrijk om je pijn niet alleen te dragen. En daarmee bedoel ik alle pijn die je verdraagt, de pijn van deze situatie, maar ook de pijn van jouw eigen problemen.
Houd hoop!
Elke week die tijdens mijn opname langer werd, verloor ik een klein beetje hoop. Ik verloor de hoop dat ik ooit weer verlost zou raken van al deze dwangmaatregelen. Ik verloor de hoop dat ik zou kunnen herstellen van mijn anorexia. Ik verloor langzaam de hoop van het leven. Deze hoop heb ik gelukkig teruggevonden. Hoop houdt me ook nu grotendeels op de been. Bij elke persconferentie die wordt uitgezonden heb ik opnieuw de hoop dat maatregelen weer wat versoepeld gaan worden. En heb ik opnieuw de hoop dat er steeds minder getroffen personen zullen zijn. Het is moeilijk om deze hoop bij elke teleurstelling vast te blijven houden, maar wel belangrijk. Want hoop doet leven!
Geef een reactie