De enige met boulimia

Een 16-jarig, perfectionistisch meisje met boulimia. Ik zie de woorden staan, zwart op wit. Boulimia. Het woord echoot door mijn hoofd. Boulimia. Ik wil dit niet. Boulimia betekent zwak. Dik. Geen controle. Nep. Niet ziek genoeg. Mijn therapeut zit tegenover mij, maar wat ze zegt komt niet binnen. In mijn hoofd is het één grote storm aan negativiteit, zelfhaat en walging. Ik vind de diagnose enorm confronterend. Eerlijk? Ik had gehoopt dat ik de diagnose anorexia zou krijgen. 

Langzaam kom ik weer een klein beetje bij zinnen. De ruimte om mij heen wordt wat helderder en wat mijn therapeute tegen mij zegt, dring weer tot me door. Ze noemt iets als ‘dagbehandeling‘. Ik ben in de war en begrijp het niet zo goed. Een intensieve groepsbehandeling? Vijf dagen in de week ergens in een instelling? Waarom? Dat is voor mensen die écht ziek zijn toch? Ik heb dus blijkbaar boulimia heb ik net gehoord, dat valt wel mee. Zo erg is het niet met mij gesteld. Daarbij heb ik gewoon een gezond gewicht dus dan zou ik daar toch al helemaal niet voor in aanmerking komen? Zo’n dagbehandeling is toch alleen voor mensen met anorexia? Ik verdien die hulp niet

Mijn therapeute heeft door dat ik er niet bij ben met mijn hoofd. Ze is lief en geruststellend; ik mag er best even over nadenken. Ze geeft me een foldertje mee en we spreken af dat we het er volgende week nog eens over hebben. Op de weg terug naar huis voel ik mij slechter en slechter. Waarom heb ik boulimia?! De diagnose voelt als een bevestiging van alles wat ik verkeerd vind aan mijzelf en dan wil ze nog dat ik naar een groepsbehandeling ga ook! Wat moet ik daar? Ik weet zeker dat ik dan de enige ben met boulimia.

In de daaropvolgende week denk ik veel na over wat mijn therapeut gezegd heeft. Ondanks mijn angst, mijn onzekerheid en ondanks het gevoel dat ik ik de behandeling niet verdien, stem ik er toch mee in. Ergens is er iets in mij dat moe is van de eetstoornis. Een stukje dat hulp wil, dat verzorgd wil worden. Mijn eetstoornis grijpt de behandeling aan met het idee om van de eetbuien af te komen, zodat ik daarna mooi door kan met afvallen. Misschien krijg ik dan eindelijk anorexia…

Ik heb ‘geluk’, aldus mijn therapeut. Ik kan binnen een maand al op de dagbehandeling beginnen. Zo gezegd, zo gedaan. Nog geen vier weken later sta ik ruim een half uur te vroeg met mijn moeder op de parkeerplaats bij de Bascule. De zenuwen gieren door mijn lijf en ik voel me dikker dan ooit. Ik kan me niet meer herinneren waarom ik ‘ja’ heb gezegd op deze behandeling. Mijn eetstoornis schreeuwt: Sowieso zijn al die meiden mooier dan jij. Slanker. Zij hebben wel controle, jij niet. Je valt hoe dan ook buiten de groep met je boulimia. Daarbij ben ik bang voor de negativiteit die ik verwacht tegen te gaan komen. Het beeld van allemaal super dunne meisjes die als zombies aan tafel zitten en weigeren hun eten te eten is al meerdere malen aan mijn geestesoog verschenen. Ik ben bang dat ik me alleen zal voelen, ook al is het een ‘groepsbehandeling’. 

Hoe hard je soms ook wenst dat de tijd stopt en dat wat komen gaat niet zal gebeuren, het blijkt telkens weer onmogelijk. Vandaar ook dat ik even later aanbel bij de plek waar mij verteld was naartoe te gaan. Misselijk van de spanning loop ik de dubbele deur door en ik word direct van mijn stuk gebracht; het eerste groepsgenootje dat ik tegenkom, is een jongen. Error in mijn hoofd; ik had er geen rekening mee gehouden dat er een jongen in de groep zou kunnen zitten. Het tweede groepsgenootje dat al aanwezig is, is wel een meisje. Knap? Ja. Super dun? Nou, dat valt eigenlijk wel mee… Ze heeft een mooi lichaam maar gewoon, normaal, gezond. Ik ben nog geen 10 minuten binnen en al mijn vooroordelen en verwachtingen zijn met een flinke bezem van tafel geveegd. 

De jongen en het meisje zijn erg in mij geïnteresseerd. Ze stellen vragen en laten mij direct alle ruimtes zien. Het meisje vertelt dat het haar laatste week is, maar dat ze nog goed weet hoe zenuwachtig ze was op haar eerste dag. Alsof ze mijn gedachte kan lezen zegt ze: “De reden dat je hier ben is kut, maar deze groep is eigenlijk best fijn. De socio’s zijn best aardig en je zult wel merken dat we elkaar proberen te helpen, het komt wel goed.” Ik merk aan alles dat ze samen proberen om mij op mijn gemak te stellen en het werkt. Mijn zenuwen zijn een beetje gezakt.

Tot aan het eerste eetmoment in ieder geval. Inmiddels is iedereen van de groep binnengedruppeld. De groep is veel gevarieerder dan ik had gedacht. Ik zie meiden van verschillende leeftijden en met verschillende lichamen. Ja, ik, of eigenlijk de eetstoornis, vergelijk mijzelf direct met iedereen om mij heen. Het eetmoment loopt anders dan ik me had voorgesteld. Sommige groepsgenootjes zijn stiller dan anderen, maar er wordt best wat gekletst. De meesten vinden het lastig, maar iedereen ploetert zich er doorheen. Mijn gezonde kant voelt zich gesterkt. Zachtjes fluistert iets in mij: als zij het kunnen, dan kan ik het ook. 

Niet lang nadat ik gestart ben op de dagbehandeling wordt besloten dat ik opgenomen moet worden. Niet omdat ik niet eet, niet omdat mijn gewicht te laag is of iets in die richting, maar omdat ik de nachten niet doorkom zonder eetbuien. Geloof het of niet; de groep van de kliniek is zo mogelijk nog gevarieerder dan de groep van de dagbehandeling. Alle soorten eetstoornissen zijn aanwezig; anorexia, bed, nao en boulimia, maar eigenlijk gaat het daar zelden over. Hoewel we allemaal onze eigen strijd voeren en ik soms echt wel jaloers ben op groepsgenootjes die (in mijn ogen) dunner zijn dan ik, hebben we vooral steun aan elkaar. We helpen elkaar door de moeilijke moment, lachen samen, halen fratsen uit met de socio’s en hebben het als eerste van elkaar door als het met iemand niet goed gaat. 

Terugkijkend op mijn groepsbehandling realiseer ik me dat al mijn onzekerheden, angsten en negatieve gevoelens en gedachtes over het feit dat ik boulimia had, enkel voortkwamen uit mijn boulimia zelf. Ze kwamen voort uit mijn eetstoornis. Gedurende mijn behandeling zag ik dat mijn groepsgenootjes en ik het allemaal net zo zwaar hadden. Het ging niet over ons gewicht, niet over het eten. Het ging over alle pijn, verdriet, onzekerheid en angst die daar achter verborgen ging. Het kwam misschien in een ander jasje naar buiten, maar de inhoud was vrijwel hetzelfde. Daarin vonden we herkenning en in die herkenning vond ik de steun die ik nodig had om de groepsbehandeling sterker uit te komen dan hoe ik erin ging. 

Hannah

Geschreven door Hannah

Reacties

7 reacties op “De enige met boulimia”

  1. Mooie blog Hannah.

  2. Mooie blog, dankje voor het delen! ♥

  3. Wow, die laatste alinea. Wat goed gezegd is deze zin: Het ging niet over ons gewicht, niet over het eten. Het ging over alle pijn, verdriet, onzekerheid en angst die daar achter verborgen ging. Het kwam misschien in een ander jasje naar buiten, maar de inhoud was vrijwel hetzelfde.

  4. Prachtige blog ! Vooral dat laatste regeltje

  5. ♥ Liefde voor hoe je erop terug kijkt en erover schrijft!

  6. Heel mooi geschreven!

  7. Mooie blog ♡

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *