In de tijd dat ik een eetstoornis had, hield ik in een schriftje precies bij wat ik allemaal at. Zelfs de halve kcal van een stukje suikervrije kauwgom schreef ik op. Het was ontzettend obsessief en helemaal niet helpend. Ik was alleen maar bezig met de getalletjes en was constant alles in mijn hoofd aan het berekenen. Geen moment rust. Het klinkt alsof je daar vanaf wilt. Toch moest ik tijdens mijn behandeling een eetdagboek bij gaan houden. Dat vond ik heel lastig. Er zitten zowel voor- als nadelen aan het bijhouden vaan een eetdagboek, maar uiteindelijk heeft het mij wel geholpen.
Hou jij bij wat je eet? En helpt het je bij je herstel of versterkt het juist je eetstoornis? Die balans vond ik zelf heel lastig om op te maken. Want ik heb het allebei wel meegemaakt. Hoe houd je je eetdagboek constructief en wanneer merk je dat het destructief is? Waar liggen de kansen en waar liggen de valkuilen? In deze blog zet ik mijn bevindingen hierover voor je op een rijtje.
De nadelen van een eetdagboek
Calorieën tellen
In eerste instantie kende ik vooral de nadelen van een eetdagboek. Door mijn eetstoornis was ik uit mijzelf zo’n boekje bij gaan houden. In een stiekem schriftje schreef ik alle calorieën op die ik die dag had gegeten. In het begin nog met de producten erbij, maar later zelfs alleen nog de getallen – die ik zo laag mogelijk wilde houden. Wanneer je een eetdagboek bij gaat houden, is het verleidelijk een optelsom te maken van de calorieën. Toen ik voor therapie een eetdagboek bij moest houden, ging ik dit ook weer doen en kwam de focus vanzelf weer op de calorieën te liggen. Het was erg moeilijk niet vanzelf die optelsom te maken, omdat ik alle getallen inmiddels wel uit mijn hoofd wist. Toch moest ik dit bewust niet doen. Soms deed ik dat wel grofweg, maar ik mocht geen lijstjes meer maken of mijn rekenmachine erbij pakken.
Het triggert minder willen eten
Het bijhouden van een eetdagboek triggerde dan ook om minder te gaan eten. Ik werd me namelijk hyperbewust van wat ik at en dus ook van wat ik minder kon eten. Het eetdagboek zorgde ervoor dat ik over elk eetmoment ging nadenken, waardoor de eetstoornis gemakkelijk meer ruimte kreeg in de beslissingen die ik op gebied van eten maakte.
Schuldgevoelens door schaamte
Iets anders dat ik lastig vond aan het bijhouden van een eetdagboek was wanneer ik vond dat ik te veel had gegeten of een eetbui had gehad. Ook schaamde ik me voor sommige producten die ik at. Zo vond ik dat ik geen donuts mocht eten, zelfs al at ik verder niet te veel. Ik wilde niet dat mijn therapeuten zagen zien dat ik zo iets ‘ongezonds’ had gegeten. Ik wilde niet dat anderen wisten dat ik dat lekker vond. Ik schaamde me voor deze dingen en kon dan een enorm schuldgevoel krijgen. Schuldgevoelens die mijn eetstoornis juist weer voedden. Waardoor ik nog meer in het geheim wilde leven en me nog slechter over mijzelf ging voelen.
Niet vrij kunnen eten
Tijdens herstel heb ik lange tijd met een eetlijst gewerkt; een vaste structuur van hoeveelheden en eetmomenten. Zo werd mijn eetdagboek ook ingevuld na elke dag. Ik was hierdoor erg gefocust op een bepaalde structuur, waardoor ik het lastig vond om buiten die structuur iets te eten. Dit was heel lastig bij sociale gelegenheden of als ik gewoon ergens trek in had. Past dit wel binnen mijn eetschema? Doordat ik het bijhield in een dagboek, was ik erg op die structuur gefocust en dat maakte me niet vrijer, maar eerder meer rigide. Geen gezonde structuur, maar controle drang, zoals in deze blog ook wordt beschreven.
De voordelen van een eetdagboek
Het brengt ritme en structuur
Hoewel de structuur tegen me kon werken wanneer het obsessief werd, had ik er aan de andere kant ook heel veel baat bij. Door mijn eetstoornis was mijn structuur en ritme rondom eten behoorlijk in de war. Ik had niet echt vaste eetmomenten meer en mijn dagen waren aan elkaar geplakt met periodes van lijnen en eetbuien. Ik had geen idee waar ik moest beginnen om het eten weer op een gezonde manier op te pakken. Daar was die eetlijst heel handig bij. Ik merkte dat, wanneer het lukte die structuur vol te houden, mijn lichaam ook weer in balans kwam en mijn honger- en verzadigingsgevoel zich weer herstelde. Vanaf dat punt kan je oefenen met het loslaten van die eetlijst en meer op gevoel gaan leren eten.
Het is confronterend
Zo letterlijk opschrijven wat ik at, ook als ik geen goede dag had, was ontzettend confronterend. Dat kon zorgen voor schuldgevoelens en schaamte, waardoor ik mezelf meer ging haten. Maar met behulp van therapie kon ik deze confrontatie ook leren omzetten in iets constructiefs. Soms moet je even geconfronteerd worden met wat er misgaat voordat je het daadwerkelijk kan veranderen. Klaar met mijn kop in het zand steken, maar tijd om mijn problemen te erkennen en ze aan te pakken. Ik wilde dit niet meer!
Het geeft meer overzicht
Los van het ontwikkelen van een gezond eetpatroon kon een eetdagboek me ook vertrouwen geven in dat het al goed was. Ik kon namelijk snel het gevoel hebben dat ik te veel had gegeten of alles had verpest met dat koekje te veel. Door op te schrijven wat ik die dag had gegeten kreeg ik mee overzicht. Ook kon ik zien dat wat ik gegeten had als veel meer voelde dan dat het daadwerkelijk was. Daarover schrijf ik meer in de blog ‘Heb ik vandaag te veel gegeten?‘. Ook de gesprekken met mijn diëtist en het bespreken van mijn twijfels met mijn omgeving hebben me veel geholpen in een realistische blik op mijn voeding.
Inzicht in mijn gevoelens
Een ander onderdeel – waar je misschien niet zo snel aan denkt, maar wat ontzettend belangrijk is geweest voor mij – is het inzicht krijgen van je gevoelens door middel van een eetdagboek. Huh, gevoelens? Maar het gaat toch over eten? Ja, het gaat over eten, maar het gaat toch ook niet over eten. Zoals je misschien wel eerder hebt gelezen op Proud2Bme en zelf ook wel eens hebt ervaren, gaat een eetstoornis niet enkel over eten. Het gaat juist ook over wat daarachter zit. En ook wat erachter zit kan je meer in kaart brengen door het bijhouden van een eetdagboek. Zo moest ik bij therapie naast elk eetmoment ook opschrijven hoe ik me voelde. Wat er tijdens of vlak daarvoor was gebeurd en of dat een verband hield met elkaar. Hierdoor kreeg ik veel meer inzicht in hoe bepaalde gevoelens en gebeurtenissen een rol hadden bij het ontstaan van eetbuidrang of de drang minder te willen eten. Met deze gevoelens kon ik vervolgens verder aan de slag. Dat was heel waardevol!
Tips voor het bijhouden van een eetdagboek
Zoals je merkt kunnen bepaalde voor- en nadelen elkaar ook een beetje overlappen. Opnieuw op een gezonde manier leren eten en met eten om leren gaan is dan ook lastig. Je kan niet zoals bij alcoholgebruik denken: als ik het lastig vind om er gezond mee om te gaan, dan doe ik het maar helemaal niet! Je moet er met voeding wel een weg in vinden. Jouw eigen balans. Een daar kan je best wat tips bij gebruiken! Wil of moet jij aan de slag met een eetdagboek? Lees dan eens de blog ‘Jouw eetdagboek bijhouden‘.
Hoe vind jij het om met een eetdagboek te werken?
Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en dietisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.
Geef een reactie