Het was vrijdagavond. De bus was half leeg, bij mij in de buurt zat een groepje jongeren onderweg naar het centrum. “Wat een emo, die snijdt vast thuis in haar polsen.” Hoorde ik iemand zeggen over een meisje verderop in de bus. Het in het zwart geklede meisje staarde uit het raam terwijl ze naar haar muziek luisterde. Onbewust van de situatie. Dit, terwijl mijn hartslag plots in mijn keel zat. Hij zei het alsof het niets was. Ik trok mijn mouwen wat verder naar beneden om de littekens op mijn armen te verbergen en weken later echoden zijn woorden nog altijd door mijn hoofd.
Het maakte mij boos en verdrietig, omdat hij niks van dat meisje wist en ik dat soort vooroordelen verschrikkelijk vind om te horen. Ik hou er zelf ook een wat alternatievere kledingsstijl op na en kreeg vooral vroeger regelmatig vooroordelen naar mijn hoofd geslingerd waar helemaal niks van klopte. Nog kwader maakte ik me over het feit dat hij het als een soort grapje door de bus schreeuwde. Ik wilde dat ik er wat van had durven zeggen, maar zelfs terwijl dit een grijs verleden van mij is, voelde het alsof ik de gek was in het hele verhaal. Ik heb mezelf in het verleden immers beschadigd en dat was blijkbaar raar en iets om om te lachen. Het maakt me verdrietig dat er grapjes over dit soort dingen worden gemaakt. Dat er over wordt gesproken alsof het raar is en je je er voor zou moeten schamen.
Hoe vaak heb jij iemand wel niet horen grappen: “Zij is echt mentaal niet in orde hoor, wat een gek!” “Ik heb zo veel gegeten, ik denk dat ik ga overgeven.” Of “Ik pleeg nog liever zelfmoord dan dat ik met mijn ouders op vakantie ga.” Mensen hebben het misschien niet door, maar dit soort woorden zijn zo pijnlijk om te horen voor degene die echt mentale problemen hebben. Wat voor de één een grapje lijkt te zijn is voor de ander een pijnlijke waarheid. Een waarheid die niet serieus genomen lijkt te worden, waardoor het alleen maar lastiger en enger wordt om je er over uit te spreken.
Ik had een eetstoornis en beschadigde mijzelf. Of ze nou wel of niet naar mij bedoeld waren, de gemene grappen en luchtig gemaakte opmerkingen die ik hier over opving deden mij pijn. Ik weet nog goed dat ik een keer een meningsverschil met iemand had. Tijdens deze ruzie zei hij plotseling. “Ik weet wel wat jij zou willen, je zou het liefst nu 5 hamburgers eten en weer uitkotsen, omdat je niet met dit gesprek om weet te gaan!” Dit kwetste mij onwijs, hoe kon je zo iets zeggen? Hoe kon een mens zo weinig begrip hebben en zo gemeen zijn? Ik schaamde me, dacht dat er iets mis met me was. Ik had iemand in vertrouwen genomen en dat vertrouwen werd keihard de grond in getrapt. Ik voelde me onbegrepen en niet serieus genomen. Ik wilde alles behalve dat. Ik wil wel een meningsverschil kunnen hebben zonder aan mezelf te hoeven twijfelen. Ik wil kunnen leven met mijn imperfecties en mezelf goed vinden zoals ik ben. Ik doe dit niet voor de lol. Ik wil een leven zonder eetstoornis.
Door deze opmerkingen kreeg ik steeds meer de neiging om me maar niet over mijn problemen uit te spreken. Ik trok me terug en voelde me alleen op de wereld. Ik kreeg steeds meer het gevoel dat er iets mis met mij was en dat ik hier alleen in stond. Ik had het gevoel dat ik niet thuis hoorde in deze wereld, dat ik gek was. Tijdens mijn therapie heb ik steeds meer geleerd mijn gevoel te kunnen verwoorden. Ik leerde mensen kennen in groepstherapie die dezelfde of vergelijkbare problemen hadden als ik. Ik durfde me steeds beter open te stellen en uit te spreken waar ik mee zat. Het viel mij op dat hoe meer ik het met mijn vrienden over mijn problemen had, hoe meer mensen zich plotseling ook openstelden om over hun problemen te praten. Ik kwam er achter dat ik niet de enige was die wel eens in therapie was geweest. Ze gaven aan het prettig te vinden dat ik er zo open over was en dat zij nu ook eindelijk het gevoel hadden er over te kunnen praten. Ze gaven aan dat ze dat eerder moeilijk hadden gevonden, omdat mensen het misschien raar zouden vinden.
Ik ben blij dat ik me er over heb durven uitspreken en serieuze, waardevolle gesprekken met mensen hier over heb kunnen voeren, maar de botte opmerkingen die ik regelmatig voorbij hoor komen hebben hier niet aan bij gedragen. Daarom wil ik zeggen tegen iedereen die grapjes maakt over mentale stoornissen en psychische problemen, bewust of onbewust: Het doet pijn. Woorden kunnen zo kwetsend zijn. Het floept binnen een seconde uit je mond, maar spookt nog dagen, weken, maanden, zelf jaren door het hoofd van iemand die hier echt problemen mee heeft. Hetzelfde geldt voor fatshaming of thinshaming. Je weet niet wat er in een ander omgaat. Je weet niet hoe erg je iemand kan kwetsen met de woorden die je uitspreekt. Je weet niet hoe woorden iemand anders nog dieper de grond in kunnen trappen, want dat doen ze.
Dus sta voor elkaar open, probeer de ander te begrijpen en luister naar elkaars verhalen. Een klein gebaar kan al zo veel voor iemand betekenen. Sluit de ander niet buiten, maar help elkaar om ons minder eenzaam te voelen. Iedereen hoort er bij. Herstellen doe je zelf, maar we hebben elkaar nodig. Wie weet red je wel een leven, of je je er nou bewust van bent of niet.
♥ Liefs, Irene
Geef een reactie