Het valt allemaal wel mee. Ik ben echt niet zo veel afgevallen. Het komt wel weer goed. Ik weeg niet echt te weinig. Mijn lunch is wel goed zo, dat heb ik ook gewoon zo afgesproken. Nee, het is niet erg om hard te lopen met dit gewicht. Ik heb het wel in de hand. Ik zorg heus wel dat het niet slechter gaat of dat ik meer afval. Ik kom die kilo’s wel weer aan hoor. Het komt wel weer goed – Toen ik een eetstoornis ontwikkelde, maakte ik mezelf regelmatig allerlei dingen wijs. Ik probeerde mijn omgeving gerust te stellen, maar eigenlijk hield ik mezelf vooral voor de gek. Ik wist ergens misschien best dat het niet oké was waar ik mee bezig was, maar wilde het soms gewoon niet weten en ik dacht dat ik het allemaal wel onder controle had…
I’ve got it, …under …control ~ To The Bone
Ik wist wel dat mijn lunch te klein was, dat mijn gewicht niet goed was, dat hardlopen niet hoorde bij de hoeveelheid die ik at en woog en dat het zonder hier iets aan te veranderen niet goed zou komen. Tegelijkertijd wilde ik in geen geval dat mijn familie en vrienden zich zorgen om me zouden maken. Ergens had ik namelijk wel het gevoel dat het wel goed zou komen. Ik moest gewoon een keertje die knop omzetten en weer wat beter gaan eten en minder gaan bewegen. Het omzetten van die knop stelde ik alleen iedere dag weer uit. Nog heel even op deze manier, dan zou ik binnenkort wel veranderen.
Ik dacht dat niemand het aan me zag, dat ik mijn lichaam wel met de juiste kleding kon verhullen. Toch kwamen er soms vragen. Vragen over of ik weer afgevallen was. Vragen over of ik wel voldoende at. Ik ben geen goede leugenaar, zeg maar gerust dat ik bij ieder leugentje dat ik wil vertellen door de mand val omdat ik begin te lachen. Ik moest dus mijn uiterste best doen om het vertrouwen te winnen. Dat vond ik eigenlijk heel naar, want ik had een hekel aan liegen. Tegelijkertijd voelde het niet als liegen, omdat ik dacht dat ik alles in de hand had en dat ik morgen wel weer beter zou gaan eten.
Ik had overal een antwoord op. Als iemand opmerkte dat ik niet had ontbeten, zei ik direct dat dit ergens door kwam en niet mijn schuld was. “Er was ook niets in huis en bovendien heb ik twee glazen met melk gedronken en ik eet nu ook extra ananas”. Ik moest altijd lachen als ik zo’n antwoord gaf, omdat ik ergens ook wist dat het allemaal bullshit was. Voor de ander was het eigenlijk helemaal niet grappig. Het zorgde voor onmacht en irritatie richting mij. Iets wat ik helemaal niet wilde. Juist in deze periode had ik heel veel behoefte aan liefde, begrip en steun, maar door mijn eigen gedrag zorgde ik ervoor dat ik het tegenovergestelde kreeg.
Ik wilde wel eerlijk zijn, maar om één of andere reden maakte ik wat betreft mijn eetstoornis een uitzondering. Dan kon ik er zogenaamd niets aan doen, dat ik niet helemaal eerlijk was. Het was voor het bestwil van mijn omgeving, zodat zij zich geen zorgen zouden maken. Ik deed het voor hen, niet voor mijzelf.
Onzin natuurlijk, want uiteindelijk loog ik niet enkel om hen gerust te stellen, maar vooral ook om zelf niet tegen mijn eetstoornis in te hoeven gaan. Zolang ik bleef ontkennen dat er daadwerkelijk iets aan de hand was, viel het allemaal wel mee. Het was mijn geheim, mijn veiligheid en niemand mocht dat van me afpakken. Alleen ik zou bepalen wanneer ik weer normaal ging eten. Alleen ik had die controle, niemand anders.
Helaas had ook ik die controle niet, want ik wist zelf niet eens wanneer dat moment kwam. In mijn hoofd had ik het idee dat er wel een soort signaal voor zou komen, misschien een soort van symbolische gebeurtenis of een bepaalde goedkeuring die ik zou ervaren. Die kwam echter nooit.
Het spijt me! …had ik soms willen gillen terwijl ik met de zoveelste excuses gooide als ik weer eens te weinig had gegeten. Ik wilde dat niemand zich zorgen om me maakte, maar verlangde tegelijkertijd ultiem naar zorg en liefde. Ergens wist ik wel dat ik die zorg en liefde pas écht zou kunnen krijgen als ik open was over mijn gevoelens, angsten en verlangens. Als ik de controle los zou laten, wellicht deels uit handen zou geven en mijn gevoelens de vrije loop zou geven. Ik durfde het niet. Ik was veel te bang dit alles te verliezen en met niets te eindigen. Onveilig, mislukt en alleen.
Door te liegen, niet open te zijn en voortdurend een excuus te hebben voor alles, nam ik mijn gevoelens niet serieus. Ik nam mijzelf niet serieus en ik nam mijn lichaam en leven niet serieus. Ik hield de schijn op en belazerde mezelf. Ik hield mezelf nog het meest voor de gek door te doen alsof ik het allemaal wel op kon lossen. Ik was een junk die aan zijn omgeving wijsmaakte dat die morgen wel zou stoppen met gebruiken. Het maakte mijn omgeving radeloos en mijzelf kapot.
Het mag je dan een veilig gevoel geven, maar uiteindelijk maakt het je hele leven juist onveilig. Geef die controle uit handen, geef je over aan de mensen die van je houden. Het voelt alsof je je laatste drugs weggeeft, maar het is uiteindelijk je redding…
Fotografie: Freelyhaylee
Geef een reactie