Ik ben inmiddels al weer drie maanden uit de kliniek en bijna drie weken klaar met de dagbehandeling. Ik dacht, dat doe ik wel even. Gewoon volhouden, vasthouden aan de eetlijst en gewoon doen wat ik al die tijd heb gedaan… valt me dat even vies tegen. Eigenlijk meteen na het stoppen van de dagbehandeling trekt de eetstoornis weer harder en harder aan me. Ik ben meteen bij het stoppen weer begonnen met werken. Niks rustig opbouwen, meteen twee nieuwe banen en dat combineren met mijn drukke gezinnetje van 5 personen, de daarbij behorende huistaken en gewoon mijn leven weer oppakken zoals ik dat voor de eetstoornis deed… Ik weet nu weer waarom ik de eetstoornis zo hard nodig heb.
Ik wil al mijn taken in het leven perfect doen. Ik wil de perfecte lieve moeder zijn, de geduldige en knuffelige vrouw. Ik wil laten zien dat ik een goede werknemer ben en dat ze er goed aan gedaan hebben om mij aan te nemen. Ik wil me op allerlei vlakken bewijzen en dat maakt dat de eetstoornis meer ruimte krijgt. Ik heb weer meer behoefte aan ergens grip op krijgen.
Ik mis mijn hoofdbehandelaar
Daarnaast loop ik ook nog tegen het probleem aan dat ik me in mijn opname en dagbehandeling enorm gehecht heb aan de behandelaren, met name aan mijn hoofdbehandelaar. Die zag ik tijdens de dagbehandeling 3 keer in de week. Soms maar 5 minuten om even te wegen en de stand van zaken te bespreken, maar ik zag haar in ieder geval. Ik mis de contacten met haar, ik mis dat ik even kan spuien over wat er allemaal shit voelt, even dat moment dat zij mij weer met de neus de goede kant op stuurt.
De perfecte patiënt
Ik weet dat het normaal is dat de contacten afgebouwd worden maar ik heb het er wel even moeilijk mee. Van dagelijkse contacten met behandelaren in de kliniek, naar twee dagen per week in de dagbehandeling, naar 1 uur per week. Ik weet dat ik haar ook altijd wel mag mailen als het even niet gaat zoals het moet, maar ook daar in ben ik perfectionistisch: ik wil de perfecte patiënt zijn, niet lastig voor haar en niet moeilijk doen over dingen die ik tijdens het klinische traject ook gewoon deed.
Wat wel echt fijn is, is dat ik tijdens mijn opname heb geleerd om te praten en mijn emoties te laten zien. Hoewel het me niet lukt bij de meeste mensen, lukt me dat in ieder geval wel al een beetje bij mijn man. Wat een geluk heb ik met hem. Ik durf te wedden dat de meeste mannen al lang de hoop op beterschap hadden opgegeven, het hadden opgegeven bij alle shit die ik hem voor de voeten heb gegooid. En zelfs nu.. als ik helemaal overloop, omdat ik verstrikt zit in mijn perfectionisme en niet meer weet hoe ik het allemaal goed moet doen, is hij er voor me. Neemt me taken uit handen thuis, luistert naar me als ik even wil spuien.
Hulp accepteren
Eigenlijk krijg ik van alle kanten aangeboden om me te helpen, naar me te luisteren en met me mee denken. Ik vind het alleen lastig om de hulp te accepteren. Ik vind dat ik het allemaal zelf moet kunnen, dat ik niet mag klagen dat ik het moeilijk heb, dat ik moet doorgaan ook al ben ik echt heel erg moe. Mijn kritische kant en mijn eetstoorniskant zijn beste vriendjes.
Ik moet nu echt hulp gaan accepteren zodat die vriendschap echt naar de achtergrond verdwijnt, zodat mijn gezonde kant kan groeien en ik me gelukkiger ga voelen. Ik ben gezegend met een super lieve man, drie schatjes van kinderen en een hoofdbehandelaar die na al die tijd de hoop nog niet heeft opgegeven. Samen kunnen we het vast redden!
Geef een reactie