Tegen m’n angsten in

Toen ik nog een eetstoornis had was ik totaal het vertrouwen kwijt in mijn eten en in mijn lichaam. Ik was bang om ongelooflijk dik te worden op het moment dat ik ook maar een cracker meer at dan gepland. Nu eet ik gewoon op gevoel. Als ik trek heb in een extra cracker of een extra boterham, dan neem ik die en dan weet ik 100% zeker dat ik er de volgende dag nog precies hetzelfde uit zie. Toch is dat vertrouwen er niet altijd geweest. Dat heb ik terug moeten winnen en dat betekende dat ik keihard tegen m’n eigen angsten in moest gaan.

Waar laat jij je keuzes eigenlijk vanaf hangen? Laat je je leiden door angst of zie je de kansen die je aan kan grijpen? Een kans op een leven zonder eetstoornis is onlosmakend verbonden met angst voor het onbekende. Mijn lichaam vraagt om die extra boterham. Ik merk het aan m’n hongergevoel en energieniveau. Waarom zou ik hem dan niet gewoon nemen? Verstandelijk weet ik ook wel dat ik niet dik word van een boterham. “Weet je dat wel zeker?” Fluistert de eetstoornis in mijn hoofd. Ik had al zo lang niet die extra boterham gegeten. Wist ik het wel zeker?

Wanneer je een eetstoornis hebt is dat vertrouwen zoekgeraakt. Nee, je weet het niet zeker. Dat wat je eetstoornis je wel een triljoen keer heeft ingefluisterd is uiteindelijk jouw waarheid geworden. Wanneer de angst zo groot is en de paniek toeslaat moet je voor je gevoel heel hard tegen je natuur in gaan. Alsof je tijdens de spits de A2 over gaat steken met een gekneusde enkel. Waarom zou je het gevaar zo recht tegemoet lopen? Nee, toch maar niet eten. Ja, toch maar wel die eetbui. Vooruit, toch maar compenseren, want de angst die ontstaat als je het niet doet is te groot. Het is onverdraaglijk. Het doet pijn.

Het vervelende van angst is dat hoe vaker je er aan toe geeft hoe meer het lijkt te groeien. Als je al zo lang niet die extra cracker hebt durven eten. Hoe kan je dan nog zo zeker weten dat dat werkelijk niks met je gewicht doet? Maar wat doet dat gewicht er dan toe? Alles! Alles toch?! Ik wist zo zeker dat als ik ook maar een paar kilo aan zou komen mijn hele leven ineen zou storten. Ik zou niks meer waard zijn. Slappe hap zijn. Mensen zouden me niet mogen. Mensen zouden me haten. Ik zou mezelf haten. Mezelf niet meer recht in de spiegel aan kunnen kijken. Ik had mezelf daar heilig van overtuigd, maar waar had ik het op gebaseerd? Ik wist het op gegeven moment niet meer, maar ik wist het zo zeker dat ik niks anders voor waarheid aan wilde nemen.

Het gevolg? Ik bleef luisteren naar mijn angst. Ik verlangde naar de veiligheid van mijn eetstoornis en begroef mij er diep in. Ik verdronk, ik verdween. Vol argwaan keek ik naar de wereld om mij heen. Het voelde allemaal niet veilig. Uit angst voor afwijzing nam ik maar geen ruimte in. Maakte ik mezelf onzichtbaar. Kleurde ik angstvallig binnen de lijntjes en nam ik nooit risico’s. Ik heb mijn lichaam en mijn gevoelens verwaarloost en beschadigd. Ik heb me jarenlang, dag in dag uit, gespannen en onzeker gevoelt. Het besef kwam en het besef ging, maar ik kwam tot de conclusie dat dit niet was hoe ik door het leven wilde gaan.

Een eetstoornis sluipt je leven in en neemt langzaam steeds meer stukjes vertrouwen weg. Stukjes vertrouwen die je stapje bij beetje weer terug moet winnen door je angst onder ogen te komen en er keihard tegenin te gaan. Nou ja, keihard… Zo voelt het soms wel, maar het mag echt stapje voor stapje. Het is immers niet niks. Geen kwestie van simpelweg doen. Het is uitproberen, waarnemen, gewaarworden, vertrouwen winnen en dat kost tijd. Te grote stappen kunnen juist voor te veel angst zorgen en dat kan heel goed averechts werken. Probeer goed aan te voelen waar die balans voor jou ligt. Wat haalbaar is, maar wel een uitdaging blijft.

Stukje bij beetje heb ik het vertrouwen in mezelf moeten terugwinnen en moeten leren dat ik die eetstoornis niet nodig had. Dit was een lang proces met vele ups en vele downs. Het lichaam is geen machine en het frustreerde mij dat je niet altijd alles precies kon controleren. Wanneer ik plots een zwaarder gewicht op de weegschaal zag raakte ik compleet in paniek en was de drang om daarnaar te handelen enorm. Dit, terwijl m’n gewicht vaak de volgende week alweer gezakt was terwijl ik precies hetzelfde had gegeten. Gewicht schommelt en dat is normaal. Hier kon ik echter alleen maar achter komen als ik niet naar de drang handelde. Zodra ik dat wel deed viel er ook geen vertrouwen te winnen, want ja, dan had de eetstoornis het toch weer (onterecht) bij het rechte eind gehad.

Tijdens therapie heb ik al mijn angsten onder woorden moeten brengen en heb ik ze stuk voor stuk moeten aangaan. Ik heb mezelf een kans gegeven om het vertrouwen terug te winnen. Nu kan ik begrijpen en vertrouwen dat ik die extra boterham prima kan gebruiken. Nu kan ik zeggen dat ik met een paar kilo meer nog steeds een gezond gewicht heb en er prima uit zie. Nu kan ik zeggen dat mijn gewicht schommelt. Per dag, per week, per maand… Nu kan ik zeggen dat ik die eetstoornis niet nodig heb om me veilig te voelen. Nu kan ik zeggen dat ik vertrouwen heb in wat ik eet en vertrouwen heb in mijn eigen lichaam. Nu kan ik trots zijn op de strijd die ik heb moeten leveren, hoe zwaar en hoe rot het allemaal ook is geweest. Nu kan ik zeggen dat ik weet dat het kan. Voor mij, maar ook voor jou.

Waar kies jij vandaag voor? De angst of de kans?

Irene

Geschreven door Irene

Reacties

Eén reactie op “Tegen m’n angsten in”

  1. Ik moet hier ook gaan werken aan angsten aangaan. Maar ik wil altijd gelijk 200%. Dus ik zal jouw uitspraak goed meenemen:
    “Te grote stappen kunnen juist voor te veel angst zorgen en dat kan heel goed averechts werken.”

    Thanks! 🙂

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *