Aan de ene kant wilde ik beter worden van mijn eetstoornis. Aan de andere kant kon ik tegelijkertijd allerlei redenen bedenken waarom ik die eetstoornis eigenlijk helemaal niet los wilde laten. Ik stelde het maken van stappen regelmatig uit omdat ik bang was om beter te worden en allerlei redenen had bedacht waardoor ik twijfelde of ik wel beter wilde worden. Er waren zoveel dingen die me tegenhielden om stappen te zetten.
Bang om aan te komen
Ik was ontzettend bang om aan te komen en me dik te gaan voelen. Dat gevoel was ondragelijk en wilde ik absoluut voorkomen. Ik was ook bang dat als ik weer zou gaan eten, ik niet meer zou kunnen stoppen of het aankomen alsmaar door zou blijven gaan. Ik wilde dun zijn en afvallen door mijn eetstoornis, maar eigenlijk wilde ik ook heel graag een gezond lichaam. Ik vond het echter onvoorstelbaar om te bedenken dat ik dat ooit zou kunnen accepteren.
Controleverlies
Door mijn eetstoornis had ik het gevoel controle te hebben. Wanneer ik beter zou gaan eten, aan zou komen en al mijn compensatietrucjes los zou moeten laten, zou ik de controle verliezen. Zo voelde het in ieder geval. Ik was bang dat ik dan geen grip meer zou hebben op gevoelens, het leven, mijn lichaam en op angsten. Ik was bang dat mijn hele leven een chaos zou worden en lief me daardoor tegenhouden om stappen te zetten.
Bang voor gevoelens
Ik was bang om gevoelens toe te gaan laten, als ik mijn eetstoornis los zou gaan laten. Doodsbang was ik voor alles wat ik dan zou gaan voelen en ik had faalangst over of ik daar wel mee om zou kunnen gaan. Het zou me misschien wel overspoelen of in paniek maken. Ik had er geen vertrouwen in dat dit goed zou komen en liet mij daardoor tegenhouden om te herstellen.
Anderen belasten
Ook wilde ik natuurlijk geen andere mensen verdriet doen. Dit heeft ervoor gezorgd dat ik het bekendmaken van mijn problemen heel lang heb uitgesteld. Ik was bang dat het hen pijn deed of dat ze me niet zouden begrijpen en er afstand zou komen. In de angst dat ze mij een aansteller vonden, bleef ik lange tijd met mijn geheim rondlopen. Veel te lang.
Verantwoordelijkheid
Als ik geen eetstoornis meer zou hebben, zou ik ook gewoon weer naar school of werk kunnen. Daarbij zouden mensen zich dan vast minder zorgen om mij maken. Waarschijnlijk zullen mensen meer van mij verwachten en zien ze mij als een sterker persoon. Ik kan wist niet zeker of ik dan ook nog wel om hulp zou mogen vragen en of ik dan nog steeds af en toe verdrietig of moe mocht zijn. Ik had het idee dat ik aan allerlei eisen moest voldoen en was bang voor de verantwoordelijkheden van een volwassen leven. Kon ik dat wel allemaal waarmaken?
Geen vertrouwen in herstel
Ik dacht dat herstellen van een eetstoornis voor mij niet was weggelegd. Ik liep al jaren rond met deze problemen en de gedachtes waren zo heftig en veel. Ik kon mij niet voorstellen dat het ooit rustig zou worden in mijn bovenkamer en ik niet meer zoveel over eten zou piekeren. Ik kon me ook niet voorstellen dat ik ooit met dit lichaam zou kunnen leren leven en dat de weegschaal niet meer belangrijk voor me kon zijn. Ik dacht dat ik niet sterk genoeg was om dit te bereiken, dat ik een van de weinigen was die helaas niet zou kunnen herstellen en uiteindelijk een chronische eetstoornis zou krijgen. Ik dacht dat ik een van de uitzonderingen was die zou falen in herstel.
Bang voor het onbekende
Als ik mijn eetstoornis los zou gaan laten, zou ik niet weten wat er zou gaan gebeuren. Dit gaf me een ontzettend machteloos en bang gevoel. Wie zou ik worden zonder eetstoornis? Zou ik mezelf ooit kunnen accepteren? Hoe moet ik omgaan met al die gevoelens? Zou ik ooit gelukkig kunnen zijn? Grijp ik niet naar iets anders, als ik de controle over eten kwijtraak? Hoe zal ik er uit zien met een gezond, bij mij passend gewicht? Wat vinden anderen van mij als ik beter word? En ga zo maar door. Ik was doodsbang voor de toekomst en wat er allemaal zou gebeuren als ik richting herstel zou gaan.
Toch stappen zetten
Natuurlijk was het eng om ondanks de redenen hierboven stappen richting herstel te gaan zetten. Ik had niet gedacht dat ik ooit het lef zou hebben en het goed zou komen met mij. Hooguit had ik gedacht dat ik enkele stappen zou maken, maar dat ik langzaam het vertrouwen zou krijgen om helemaal te genezen, dat had ik niet. En toch sta ik nu waar ik nu sta in mijn leven en ben ik hersteld.
Veel mensen vragen mij, wanneer ik over mijn herstel vertel, hoe ik dat dan heb gedaan en hoe de knop om ging. Helaas heb ik dan nooit echt een pasklaar antwoord voor hen. Er ging niet van de een op andere dag een knop om, dat was een heel proces waar ik doorheen ben gegaan. Wel heb ik geprobeerd om mijn neus altijd richting herstel te laten wijzen. Natuurlijk liet ik me soms nog tegenhouden door de punten hierboven, maar uiteindelijk hield ik mijn doel voor ogen; Beter worden, gelukkig worden, eetstoornisvrij leren leven. Hoe weinig ik me daar in het begin ook bij voor kon stellen, ik wilde niet meer ziek zijn.
Herstellen van een eetstoornis is een dubbelzinnige kwestie. Natuurlijk wil je beter worden, want je bent ziek. Maar tegelijkertijd zijn er allerlei eetgestoorde gedachtes die je in de war maken. Wees je dan ook bewust van het feit dat je die dubbele gedachtes voorlopig nog wel zult hebben. Als je kiest voor behandeling, zul je vast ook tegelijkertijd denken waarom je het beter niet kunt doen. Als je aan gaat komen tot een gezond gewicht, ga je je echt niet meteen goed voelen. Als je open gaat zijn over je gedachtes, zul je deze echt neit meteen om kunnen draaien. Maar het begin is er wel.
Zolang je door blijft zetten en de juiste kant op blijft kijken wat jouw toekomst betreft, gaat het gebeuren. Richt je iedere dag opnieuw op je herstel, al zijn het maar kleine stappen. Blijf herhalen, blijf proberen, blijf fouten herstellen en opnieuw beginnen. Herstellen van een eetstoornis is mogelijk. Volledig genezen is mogelijk. Ook voor jou. Laat je niet tegenhouden, je bent veel sterker dan je denkt!
Geef een reactie