Het rapport van de psycholoog kan niet voorkomen dat de gezondheid van Aafke dag na dag achteruit gaat. Ondertussen krijgen we steeds meer reacties van familie en vrienden. Het is voor ons ondoenlijk geworden om iedereen telefonisch te woord te staan. Daar komt bij dat we veel tijd kwijt zijn aan de eetstoornis, en de schaarse tijd die we over hebben “op een normale manier” aan het gezin willen besteden. Vandaar dat we onze familie en een vaste kring van vrienden via de mail op de hoogte houden van de situatie. Eigenlijk reageert iedereen erg begrip- en liefdevol. Vrijwel iedereen begrijpt dat we de telefoon niet constant op kunnen nemen.
Mensen zijn bezorgd en willen graag iets doen. Dat iets willen doen uit zich in allerlei verschillende vormen. Eén van die vormen, is het geven van tips. Zo vraagt iemand zich af of hypnose wellicht een middel is om Aafke weer aan het eten te krijgen. Direct na deze tip volgt er een verontschuldiging: “Je lost daar uiteraard niet het basisprobleem op, maar de lichamelijke situatie wellicht wel enigszins. Wij zijn natuurlijk ook maar simpele leken, maar het hele drama houdt ons natuurlijk wel erg bezig.”
Het doet mij goed om deze zinnen te lezen. Er zijn ook vrienden die er iets positiefs uithalen: “We praten er veel over en realiseren ons dan, de onmacht die jullie moeten hebben; en het aardige is dan dat je eigen sores gelijk tot de categorie “minor problems” gaat rekenen.”
Anderen krijgen kippenvel van het verhaal. Mensen verbazen zich erover dat wij het nog maar zo kort weten, terwijl het al heel lang aan de gang is, zonder dat wij het doorhadden. Ik schrijf terug dat wij er zelf soms ook kippenvel van krijgen. Meiden in haar omgeving hadden al een hele tijd eerder aan de mentor doorgegeven dat ze dachten dat het niet goed ging met Aafke, en dat ze alle boterhammen in de pauze weggooide. Dat signaal hebben we helaas nooit gekregen van school. Ik denk dat scholen nog wel een slag te maken hebben, als het gaat om kennis over Anorexia.
De vraag van vrienden – “Hoe Aafke er zelf onder is”– raakt mij. “Is ze diep ongelukkig?”, vraagt een vriendin, “of is het besef er niet zo? Jullie hoeven niet te antwoorden hoor, maar die vragen komen dan zo bij me op.” Ik realiseer mij dat de vraag hoe Aafke er zelf onder is, moeilijk te beantwoorden is. Het is een volstrekt irrationele ziekte. Om gek van te worden. Het ene moment zegt ze dat ze dit leven niet meer wil, en dat ze haar oude leven weer terug wil. En vijf minuten later kan ze met het grootste gemak zeggen dat ze geen gram wil aankomen. Ze vindt zich nu nog te dik. Van die redeneringen worden wij als ouders radeloos.
Opvallend is dat mensen gelukkig ook aan haar zusje denken: “Jongens, ik wens jullie en Aafke heel veel geduld, kracht en sterkte toe, ook voor haar zusje. Voor haar is het toch ook zo moeilijk te snappen allemaal!” Dat is het inderdaad. Het is voor haar zusje niet te snappen. En hoe goed wij ons ook erin verdiepen: Voor ons is het uiteindelijk ook niet goed te snappen!
Door: Simon
Simon is de vader van Aafke en schrijft over zijn ervaringen met de eetstoornis anorexia. Simon en Aafke zijn gefingeerde namen
Volgende keer: Opname ziekenhuis onvermijdelijk
Geef een reactie