Er ging geen dag voorbij dat ik niet bang was voor wat kon gebeuren. Elke dag had ik meerdere paniekaanvallen en wist ik niet meer wat ik met mijzelf aanmoest. Angst van vroeger stond niet in verhouding met hoe het nu was en deze angst stond weer niet in verhouding met de realiteit. Het duurde al met al zo’n vier jaar en in deze jaren had ik een heel ander beeld ontwikkeld van de werkelijkheid. Ik wist niet meer hoe het was om me goed te voelen omdat ik eigenlijk altijd misselijk was en spanning in mijn lichaam voelde… en juist dit was mijn grootste angst.
Op 17 jarige leeftijd ontwikkelde ik een angststoornis. Ik herinner mij nog goed dat ik in de zomer heel ziek werd en dat het herstellen daarvan moeizaam ging. Elke keer als ik dacht dat het beter ging, ging het weer slechter. Ik denk dat ik in die zomer zo’n drie keer ziek ben geweest maar dat dit allemaal met elkaar in verband stond. Achteraf denk ik dat dit ook samenhing met een heel stressvolle periode, maar daar kon ik op dat moment niet veel aan veranderen. Dat was toen eenmaal zo en daar moest ik doorheen. Doordat ik mij lichamelijk heel vaak heel slecht voelde die zomer, is er echt een soort litteken achter gebleven. Ik denk dat dit het begin was van mijn angststoornis.
De misselijkheid die ik had toen ik ziek was, is niet meer echt over gegaan. Natuurlijk ging het op gegeven moment weer wat beter en ben ik weer dingen gaan doen, maar toen het na een aantal weken nog steeds op de achtergrond aanwezig was, ben ik op aandringen van mijn ouders naar de dokter gegaan. Na een heel traject van onderzoeken, naar huis gestuurd worden, pilletjes, etc. heeft hij mij doorverwezen naar een arts die ook psychotherapeut was omdat de huisarts niks kon vinden en dacht dat het psychisch zou zijn. Ik dacht dat ik hier verder onderzocht zou worden maar dat leek niet echt het geval te zijn. Ik moest allemaal zweverige oefeningen gaan doen waarbij ik leerde om de grond meer te voelen en beter op de aarde te staan.. ehhhhh, wat had dit in hemelsnaam te maken met dat ik constant misselijk was? Ze leerde mij ademhalingsoefeningen aan die de misselijkheid alleen maar erger maakte en elke week weer was ik met haar in gesprek over hoe ik mij voelde en wat die ademhalingsoefeningen met mij deden.
Ik stelde mijn eigen diagnose
Het werkte niet. Ze was heel aardig hoor, maar ik kwam niet verder. Ik wilde weten wat er met mij aan de hand was want nog steeds voelde ik me elke dag slecht. Uiteindelijk heb ik mijn eigen diagnose gesteld en is dit later door haar bevestigd. Ik was bang voor overgeven en dat was waarschijnlijk de reden waarom ik vaak zo misselijk was. Dit werd in stand gehouden door mijn angst. Ik werd bang om misselijk te zijn en werd daardoor juist misselijk. Het was een vicieuze cirkel waar ik in zat en niet meer uit kwam. Ik had emetofobie en later werd de diagnose ‘paniekstoornis’ gesteld. Ik werd doorverwezen naar een psychotherapeut die hier ervaring mee had en bij haar had ik al snel het gevoel beter op mijn plek te zijn. Ondertussen ging het een stuk slechter en heb ik enorme dieptepunten meegemaakt.
Elke dag was het een strijd om naar school te gaan, dingen te ondernemen met vrienden en dingen te eten die ik lekker vond. Dingen waar ik eerst zo van kon genieten leken nu mijn grootste vijand. Mijn hoofd draaide overuren en bij alles dacht ik ‘wat als…’. Het was enorm vermoeiend om elke dag weer te leven in angst en mijn leven hierdoor te laten beheersen. Er waren momenten dat ik ‘s morgens al op stond met zorgen en paniek en dat ik misselijk wakker werd. In veel gevallen kon ik die misselijkheid ook niet verklaren, want ik maakte me niet altijd zorgen om iets. Dat zorgde er dan wel weer voor dat het me bezig hield en ik het niet kon begrijpen. Zou ik dan nu echt ziek worden? Griep hebben, waar ik niks aan kon doen?
Mijn dag begon al slecht als ik misselijk wakker werd en vervolgens moest ik mijzelf uit bed krijgen, douchen en aankleden om vervolgens een half uur in de trein naar school te zitten. Ik studeerde in die tijd en ik was ruim een half uur onderweg met de trein. Het was het eerste jaar van mijn studie. Niemand wist van mijn problemen en dat ik elke dag keihard aan het vechten was. Ik heb meerdere keren huilend op het station gestaan omdat ik niet durfde maar ook omdat ik zo misselijk was en dat dit de angst alleen maar versterkte. Ik was misselijk van angst en bang voor hoe ik mij voelde. Vervolgens maakte ik me weer zorgen omdat ik 2 uur lang in een collegezaal zat en dat ik niet makkelijk weg kon als dat nodig was. Ik heb geregeld in de les gezeten terwijl ik aan het vechten was tegen een paniekaanval en ondertussen met mijn moeder aan het appen was omdat ik maar niet rustig kon worden. Achteraf gezien kan ik ook niet begrijpen dat niemand dit in de gaten had en dat zelfs mijn vriendinnen niet wisten maar ook niet merkten dat het niet goed ging. Ik hield het voor mijzelf, wilde geen medelijden en ergens hielp het mij ook niet als veel mensen er van zouden weten. Ik was heel selectief in aan wie ik het wel of niet vertelde. Mijn directe omgeving en familie wist ervan en hier had ik veel steun aan.
Minder eten en afvallen
Op gegeven moment nam het steeds ernstigere vormen aan en begon de paniekstoornis invloed te krijgen op meerdere vlakken in mijn leven. Ik was veel selectiever in wat ik at, at veel minder en viel veel af. Zelfs eten was een angst geworden. Niet omdat ik dun wilde zijn, maar omdat ik wist dat alles wat er in ging, er ook weer uit kon. Ik vond het verschrikkelijk dat ik zo was afgevallen en vond mijzelf helemaal niet meer mooi. Daarnaast werd ik er natuurlijk alleen maar zwakker van en voelde ik me alleen maar slechter als ik niet goed at. Dit ging gelukkig wel weer iets beter toen ik merkte dat ik ook voeding nodig had om hier tegen te vechten en om me mentaal sterker te voelen.
Er ging eigenlijk geen dag voorbij dat ik hier niet mee bezig was. Ik probeerde de dingen in mijn leven te controleren omdat ik dan dacht het risico op misselijkheid en overgeven te kunnen beperken. Als dingen anders liepen, raakte ik in paniek. Ik moest van mezelf vooruit denken zodat ik controle had en mijn angst eigenlijk kon vermijden in plaats van aangaan. Ik raakte mezelf volledig kwijt en dit resulteerde er uiteindelijk in, in dat ik in mijn grootste dieptepunt niet meer naar buiten durfde. Zelfs de drempel van mijn huis overstappen resulteerde in enorme huilbuien, hyperventileren en paniek. Dit was het moment dat mijn ouders vanuit machteloosheid de huisarts hebben gebeld en dat medicatie voorgesteld werd.
Ik heb dat nooit gewild en vond het verschrikkelijk dat dit misschien wel nodig was. Ik heb me er erg tegen verzet en ben hier enorm boos om geweest maar ik was vooral bang. Bang voor de bijwerkingen en dat ik er misselijk van zou worden. Uiteindelijk had ik weinig keus, en moest ik beginnen met een lage dosis anti depressiva en oxazepam. Gelukkig heb ik maar een aantal maanden anti depressiva moeten slikken en weet ik achteraf gezien ook niet of dat me nou echt geholpen heeft.
Zoeken naar uitzonderingen
Er waren momenten waarop het beter ging en op veel momenten heb ik doorgezet en heb ik juist hetgeen gedaan waar ik zo bang voor was. Ik ben keer op keer weer de angst aangegaan omdat ik wist dat vermijden me niet ging helpen. Er zijn ook zeker momenten geweest waarop ik het wel vermeden heb, omdat ik het gewoon niet kon. Toch zag ik die overwinningen niet als overwinningen en kon ik niet trots op mezelf zijn. Die kleine stapjes in de goede richting zag ik als toeval en niet als iets wat ik had gedaan vanuit mijn eigen kracht. Ik was namelijk wel bang en van dat gevoel wilde ik af. Ik wilde dingen kunnen doen zonder dat ik misselijk was van angst.
Mijn therapeut zei dat het nooit helemaal goed zou komen
De angststoornis was heel hardnekkig en ernstig en beheerste al een hele tijd mijn leven. Ik kon alles relativeren, maar net zo goed kon ik daar ook weer van alles tegenin brengen. Dit hielp niet. Ik heb zo vaak gehoord ‘het is niet realistisch wat je denkt’, maar voor mij was dat het wel! Ik was toch misselijk? Dan is het toch niet zo raar dat ik bang ben dat het mis gaat? Ik snap dat angsten vaak onrealistisch zijn, maar dit is anders dan bijvoorbeeld een spinnenfobie. Ik stond namelijk constant oog in oog met mijn angst. Elke dag weer. Ik dacht of voelde het niet alleen zo, maar het was ook echt zo. Alleen waren de gedachten dat het dan altijd mis ging, niet realistisch.
Toen mijn therapeut op gegeven moment zei dat ik waarschijnlijk nooit helemaal van deze problemen af zou komen, verloor ik de hoop die ik tot dat moment altijd had gehouden. Ik kon het niet accepteren dat ik mij de rest van mijn leven zo zou voelen. Ik had dan ook nooit durven dromen dat het ooit weer zo goed zou gaan zoals het nu gaat. Ik heb geen angststoornis meer, maar het is wel een kwetsbaarheid. Soms, bijvoorbeeld als ik ziek ben of als er veel zieken in mijn omgeving zijn, kan ik wel weer bang zijn en komt deze angst weer even om de hoek kijken. Het is een kwetsbaarheid, maar niet meer iets wat mijn leven beheerst.
Ik had destijds nooit verwacht dat er meer dagen zouden zijn waarop ik mij weer goed voel en dat het is zoals het hoort. Dat mijn leven niet meer beheerst wordt door angst en dat ik nu zonder na te denken in de trein stap, op vakantie ga en leuke dingen doe met vriendinnen. Het zoeken naar uitzonderingen, momenten waar op het niet gebeurde terwijl ik het wel dacht of er wel bang voor was, heeft mij denk ik het meeste geholpen. Hoewel ik er soms nog wel van baal dat het niet helemaal weg is, kan ik het wel accepteren. Iedereen heeft zo zijn kwetsbaarheden en dit is die van mij. Ik ben enorm trots op hoe ik hieruit ben gekomen en dankbaar voor het eeuwige geduld en de steun van de mensen die het dichtst bij mij staan.
♥
Geef een reactie