Angst: ik word gek van mezelf!

Misschien dat je hem kent onder de naam ‘Vet Gezellig’. Als documentairemaker die voor niets terugdeinst. Die niet bang is om zijn kwetsbare kanten te laten zien. Al eerder deelden we hier zijn nieuwste documentaire over vrouwen met autisme. Nu heeft hij een boek over zijn angsten geschreven: Gek van mezelf. Ik heb het over niemand minder dan Alwin Ritstier. Maar wie is Alwin eigenlijk? Waar is hij bang voor? Hoe uit zijn angst zich en schaamt hij zich ervoor? Alwin geeft antwoord op deze en meer vragen voor Proud2Bme!

Wie is Alwin en wat doe je precies?

“Dat is een goeie vraag. Wie is Alwin? Alwin is een creatieve maker van dertig die een YouTube kanaal heeft waar hij, naast video’s over eten en onderwerpen die hij leuk vindt om te bespreken, ook maatschappelijke thema’s en documentaires probeert te behandelen. Daarnaast ben ik freelance filmmaker en doe ik ook losse klussen.”

Foto: Kris Pouw

Op YouTube en Instagram heet je ‘Vet Gezellig’. Waarom deze naam?

“Ik ben ooit begonnen met een andere naam, maar ben hier na een tijd mee gestopt. Toen ik een relatie met Saske (de Schepper, ex-vriendin) kreeg, wilden we graag samen iets gaan maken. Er waren toen al heel veel YouTube kanalen en veel namen waren ook al vergeven. Ik heb toen wat namen aangemaakt en daaruit hebben we gekozen. We vonden ‘Vet Gezellig’ de leukste omdat dat ook een beetje een knipoog is naar het leven. Het leven hoeft niet altijd gezellig te zijn en hiernaast is het ook een naam die je goed onthoudt. Dus het was vooral de ironie die ons aansprak.”

Een belangrijk thema voor jou is angst: waar komt dit vandaan?

“Mijn angst komt voort vanuit mijn familie. Mijn ouders waren ook angstig aangelegd, ook al wist ik dit destijds niet van mijn moeder. Veel kinderen hebben het idee dat hun ouders superhelden zijn, dat er met hen niets zal gebeuren. Dat ze geen angsten kennen. Maar dat bleek één van de grootste illusies te zijn die ik als kind had. Toen ik een tijd geleden met mijn vader meeging naar een beurs, zag ik dat hij heel zenuwachtig was. En dan zie ik dus vooral mezelf en dan denk ik ook: ja, je hebt het niet van een vreemde. 

En waar het vandaan komt? Gewoon dingen die je meemaakt in je leven en die voor mij als kind vrij heftig waren. Zo heb ik ooit een keer in een groot warenhuis in mijn broek geplast en heb ik als kind in mijn slaap overgegeven. Ik ben hierna ook heel angstig geworden voor overgeven. Ik denk dat ik als kind misschien wel gevoeliger was voor dit soort dingen dan andere kinderen.”

“Angst is een slechte raadgever, maar is ook zo universeel.” 

 
 
 
Dit bericht bekijken op Instagram

Een bericht gedeeld door Alwin Ritstier (@vetgezellig)

 “Je moet het zelf doen. Maar hoe dan? Door de eerste stap te zetten en het aan te gaan. Jij weet wat het beste is voor jezelf.”

Hoe uit angst zich bij jou?

“Ik kan veel last krijgen van hartkloppingen. Hierdoor werd ik bang om een hartaanval te krijgen. En verder zweethanden, zenuwachtig, draaierig… Ik heb me zelfs een jaar lang buiten mezelf gevoeld. Een jaar lang heb ik gedissocieerd, heel de dag door. Ik vond dit heel eng en dacht er ook veel over na, waardoor de angst in een soort ‘loop‘ bleef hangen. Ik werd angstig van de symptomen die ik kreeg van angst en dan schoot mijn adrenaline weer omhoog waardoor mijn hartslag ook omhoog ging waar ik dan weer angstig van werd. Ik kwam daardoor terecht in een vicieuze cirkel waarbij alles elkaar enorm versterkte. Ik deed echt mijn best om mezelf een halt toe te roepen, maar de angst dat de hartkloppingen dit keer dan wél echt foute boel waren, overheersten dan.

Ik heb trouwens nooit gedacht om ermee naar de dokter te gaan. Ik had als kind ook last van hypochondrie – de angst om van alles te mankeren – maar mijn ouders konden mijn klachten wel herkennen als zodoende angst en deze relativeren. Zij hadden hun eigen angsten, maar gingen niet mee in mijn angst, misschien juist omdat ze het herkenden.”

Heeft jou dat geholpen? Dat jouw ouders niet meegingen in jouw angst? Of kreeg je hierdoor misschien het gevoel dat je niet serieus (genoeg) genomen werd?

“Ik denk beide. Aan de ene kant vond ik het fijn dat ze er begrip voor hadden en dat ze er juist niet in meegingen. Dat ze me wel motiveerden om, waar mogelijk, tegen die angst in te gaan. Dat heb je als kind ook wel nodig, iemand die zegt ‘Kom, we gaan dit gewoon doen’. Zo werd ik gestimuleerd om zelf te bellen en ik herinner me ook dat ik op vakantie bij een Franse fastfoodketen zelf om een ander speeltje moest vragen. Dus ze probeerden mij wel zelf de regie te geven en te steunen om zelf dingen te ondernemen. Dat is voor mij ook wel een redmiddel geweest. Dat ik mezelf nooit jaren op heb gesloten, dat ik wel de drive had om dingen te doen, te kunnen.”

“Vraag jezelf af of je iets doet of laat vanuit de angst. Heb ik echt geen zin om naar buiten te gaan of vind ik het eng om te doen?”

Heb je hier ooit hulp of medicatie bij gehad?

“Ja, ik heb best wel veel gedaan wat betreft behandeling. Ik ben bij de GGZ geweest als kind, ook bij het Wilhelmina ziekenhuis ben ik destijds geweest. Maar ik vond de psychologen daar iets te ‘aanstellerig’. Ze behandelden me met een slap handje, dat was echt niets voor mij. Ik heb ook nog hypnotherapie gehad, dat heeft me wel wat geholpen. Later heb ik ook nog bij een psycholoog gelopen die daarnaast energetisch masseur was. Maar ik heb bijvoorbeeld nooit EMDR gehad, ook omdat ik lang niet wist dat ik last had van angst. Het was me gewoon nooit echt duidelijk wat er nu aan de hand was, ook omdat het in mijn tienertijd wel veel minder is geweest. Ik trok me wel terug, maar de angstklachten hadden niet de hoofdrol. Het kwam pas weer terug toen mijn moeder overleed toen ik negentien jaar was. 

Ik vond het trouwens wel moeilijk om alles te vertellen tijdens de therapieën. Ik was heel snel bang dat ik raar zou zijn. Ik heb bij therapeuten gezeten waar ik niet volledig het hele verhaal heb gedaan. Dat ik zelf aan het filteren was wat nou relevant was voor de sessies en hoeverre ik mezelf in bescherming moest nemen.”

Je geeft aan dat de angst terugkwam nadat je moeder overleed. Dit lijkt me ook een enorme heftige gebeurtenis. Hoe heb je die tijd, voordat ze overleed, ervaren? Had je toen veel angstklachten?

“Ik was vroeger altijd heel bang dat mijn ouders of zus zouden overlijden. En toen mijn moeder daadwerkelijk overleed, kreeg ik die angst ook ineens richting mezelf. De gedachte dat ik ook kan overlijden, maakte me heel angstig. Ik was bang dat ik vergeten zou worden.

Mijn moeder heeft, toen ik negentien jaar was, euthanasie gepleegd. Op mijn veertiende kreeg ze de diagnose kanker en hierdoor werd ik zelf ook bang om ziek te worden. Maar in de tijd dat zij ziek was, heb ik zelf minder last van angstklachten gehad. Ik leefde in een soort roes, ik was erg met mezelf bezig. Ik stopte de angst weg, maar hierdoor kwam het later harder terug.

Het is nu twaalf jaar geleden, dus je leert er uiteindelijk ook wel mee leven. Ik denk dat we erop zijn ingericht om mensen te verliezen. Want hoe dan ook gaan we daar in ons leven mee te maken krijgen. Dat is een kwestie van tijd. Ik vind het bijzonder dat er toch iets in onze hersenen of een stofje in ons lichaam zit dat deze pijn uiteindelijk verzacht.  “

Hoe voel jij je over je angst? Heb je je wel eens geschaamd voor je angst?

“Ik heb me heel veel voor mijn angst geschaamd. Ik was er ook best boos over en ik vond mezelf ook wel raar. Ik begreep niet waarom ik het zo moeilijk vond om naar de supermarkt te gaan. Ik heb de afgelopen jaren wel echt geleerd om minder oordelend te zijn. Het is raar dat wij tegen onszelf praten alsof we misdadigers zijn, terwijl wanneer dit om een vriend zou gaan, je veel aardiger zou zijn. Dat is echt niet goed. Als er iemand is die van jou zou moeten houden, dan ben je het zelf wel. Dat werkt door in alles. Ik probeer dit ook wel steeds meer, ook al zit het heel diep in me om negatief over mezelf te zijn. Maar ik probeer echt steeds positiever naar mezelf te kijken. Dat stukje zelf acceptatie, dat ik mag zijn wie ik ben en mezelf hier ook de tijd voor mag geven. De angst is ook ontstaan in twintig jaar, dat kun je niet binnen een maand afbreken.”

“Ik laat mezelf in het boek niet van mijn mooiste kant zien, maar als ik daardoor iemand kan helpen…”

Ik las dat je in je boek ook beschrijft hoe een paniekaanval bij jou precies werkt. In de documentaire gaf je aan dat meditatiemuziek en een stressbal je hielp om rustig te blijven. Zijn er nog meer dingen die jou helpen op het moment dat je last hebt van een paniekaanval?

“De documentaire is in 2018 uitgebracht, maar we begonnen in 2014 al met filmen. Ik ben heel blij dat ik kan zeggen dat ik al heel lang geen paniekaanval meer heb gehad. Het gevoel dat ik helemaal ‘down the drain’ ga en leeggeknepen word, dat heb ik gelukkig niet heel vaak ervaren, maar ik ben hier wel altijd heel bang voor geweest. Ik vind het nog steeds lastiger om echt iets te noemen wat me op die momenten dat ik angst voel, helpt. Ik heb een cursus gedaan waardoor ik mezelf wel beter uit die angstige momenten kan trekken. Ik heb daar veel inzichten gekregen en de stappenplannen die ik hier kreeg, kon ik goed toepassen. En de gedachtes die me hielpen om ‘mee te gaan’ in de angst, in plaats van me ertegen te verzetten, zoals ‘het is oké’ helpen me ook.”

Wat zou je willen dat mensen weten over angst?

“Dat heel veel mensen er last van hebben. Angst kan je zo in de macht, in de greep houden. Dat zie ik nu, in de coronatijd, ook om me heen. Angst is een slechte raadgever, maar is ook zo universeel. Het komt in zoveel soorten en maten voor, het is zo breed.”

Heeft het maken van die documentaire voor jou iets veranderd?

“Nee, het boek wel. Het heeft me vooral inzicht gegeven. Het proces was ook anders en langer. De documentaire heeft vier jaar geduurd, maar ik ben er niet vier jaar elke dag mee bezig geweest. Het boek is wel iets dat tweeënhalf jaar elke dag heeft gespeeld.”

De titel van je boek is ‘Gek van mezelf’. Wat is de gedachte daarachter?

“Het is een dubbele titel. Aan de ene kant ben ik altijd heel kritisch op mezelf geweest. Ik werd altijd gek van alle gedachtes die ik had. Maar het kan ook lijken alsof ik gek ben óp mezelf. Laatst deed ik een kleine tour door Nederland om mijn boek weg te geven en ik maakte een foto en iemand zei toen ‘Ben je gek van jezelf?’. Ja, zo kan je de titel ook opvatten natuurlijk. Daardoor lijkt het haast narcistisch, maar als je het leest wordt het wel duidelijk. Het gaat om de denkprocessen en de herhalingen, júist die herhalingen. Je denkt zo vaak hetzelfde, dat wilde ik in het boek ook benadrukken. En daar werd ik gek van; dat je steeds hetzelfde riedeltje blijft herhalen. De ondertitel is trouwens ‘Bang voor bijna alles’, dus ik denk dat je de link wel snel legt eigenlijk.”

Voor wie heb je het boek geschreven?

“Voor iedereen. In eerste instantie voor mensen die het herkennen, maar ook voor mensen die het niet herkennen. Ik denk namelijk dat het ook veel zegt over andere mentale klachten. Veel andere problematiek heeft ook met angst te maken. Je hoeft geen angststoornis te hebben om angst te herkennen.”

Je hebt dus al een documentaire gemaakt. Wat heeft je ertoe bewogen om ook een boek te schrijven over angst? Is dit een aanvulling of staat het echt los van elkaar?

“Het is een aanvulling én het staat er los van. Het is verwikkeld in elkaar. Het boek begint een half jaar nadat de documentaire online is gezet en ik grijp dan ook terug op dingen die in de documentaire al aangeraakt zijn. Toen wist ik nog niet hoe ik ermee moest leven en daarnaast deed ik het samen met Saske. Ik was toen nog niet waar ik nu wél ben. Ik ben nu drie jaar ouder en wijzer.”
 
Wat hoop dat je dat het uitgeven van het boek teweeg zal brengen?

“Dat mensen er meer over leren en misschien zelf er meer open over durven te zijn. Dat ik ze iets mee kan geven hoe het in hun hoofd kan werken en wat je zelf zou kunnen doen. Ik hoop dat mijn verhaal ook een steun zal zijn voor jongeren die zich hierin herkennen. Ik heb me destijds heel alleen gevoeld en ik zou het mooi vinden als bijvoorbeeld ouders dit lezen en hierdoor in gesprek kunnen raken met hun kinderen. Dat je wat eerder gerichter te werk kunt gaan.”

Waarom is het belangrijk dat er meer over angst wordt gepraat?

“Ik weet niet wat beter is, om thuis vroeg over angsten te praten of niet. Het kan juist heel relativerend en normaliserend werken, maar het is ook als jong kind zijnde fijn om toch vast te kunnen houden aan die illusie dat jouw ouders superkrachten hebben. Maar ik kan me wel voorstellen dat er een leeftijd komt om daar openheid in te geven. Ik heb me op de middelbare school bijvoorbeeld heel alleen gevoeld. Ik krijg nu berichten van oude klasgenoten die zich herkennen in mijn verhaal en destijds wisten we het niet van elkaar. En ik vind het dan nu heel rot dat we toen zo gesloten waren. Ook als maatschappij. Ik had gewild dat ik op die leeftijd leerde dat die gevoelens niet raar waren en we elkaar konden steunen.”

Ik vind het heel mooi en krachtig hoe je jouw proces vast hebt gelegd en die openheid durft te geven. Kun je hier zelf ook trots op zijn?

“Ja, ik ben er wel trots op. Eigen vooral door de mensen die mij nu berichten sturen naar aanleiding van het boek, daardoor begin ik er ook wel trotser op te worden. Dat het anderen helpt. Dat ze zichzelf herkennen in mijn verhaal. Dat geeft mij ook wel extra motivatie en daardoor kan ik ook zien dat het wel echt iets bijzonders is en voel ik die trots ook echt.”

“Het is raar dat wij tegen onszelf praten alsof we misdadigers zijn, terwijl wanneer dit om een vriend zou gaan, je veel aardiger zou zijn. Als er iemand is die van jezelf moet houden, dan ben je het zelf wel.”

Het boek ‘Gek van mezelf’ is nu te koop via gekvanmezelf.nl en de (online) boekhandels.


Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en dietisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.

Lonneke

Geschreven door Lonneke

Reacties

4 reacties op “Angst: ik word gek van mezelf!”

  1. Goed interview! Heb zelf ook veel last van angsten.

  2. Wow, wat een goed interview. Veel herkenning en veel respect voor Alwin!

  3. Weer zoveel herkenning. Maar waar jouw ouders je (op hun manier) hielpen, daar mochten de angsten en emoties bij ons niet bestaan of werden weggelachen. Eén van mijn eerste, bijna belachelijk te noemen, angsten werd ik als klein kind (twee, drie, vier jaar?) Elke dag weer, vreselijk om uitgelachen: een reclame van een druppel afwasmiddel, die met onheilspellende symphonische muziek, tergend langzaam uit een fles droop …. ik rende naar de gang en verstopte me in alle dikke jassen aan de kapstok om die vreselijk enge muziek en vallende druppel niet te hoeven zien en horen. Elke keer weer doods en doodsbang. En sommige dromen uit mijn kinderjaren die ik me als de nacht van gisteren kan herinneren.
    Jeetje wat roept dit weer veel op.

  4. Kun je hert boek in de bieb lenen? Hb nmlk geen geld…

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *