De diagnose Anorexia Nervosa kwam totaal uit de lucht gevallen, niet alleen voor mijn omgeving. Ik was niet ziek, ik was mooi en voelde me beter dan ooit! Dat was wat ik mezelf en iedereen voorhield, maar als ik dieper ga nadenken zie ik in dat dat allesbehalve de waarheid was. Wat geweten is, is dat vechten tegen eender welk eetprobleem een strijd is die je elke dag levert. Soms heb je mindere of betere dagen, en genezen is absoluut niet makkelijk. Jammer genoeg ook niet voor mij.
Als klein meisje was mijn leventje geweldig. Ik had een lieve moeder, vele barbiepoppen om mee te spelen en iedereen die ook maar gedag tegen me zei was meteen mijn vriend. Ik sliep goed, at genoeg en hield me stil wanneer nodig. Een droomkind zou je denken, maar dat weet ik zo nog niet. Natuurlijk had ik ook zo m’n driftbuien waardoor ik af en toe eens gestraft werd, en mijn vader agressief uit de hoek kon komen, maar dat vond ik doodnormaal. Vervolgens ging alles weer zijn gewone gangetje. Ik voelde me net een prinses; Alles om me heen was rozengeur en maneschijn. ###
Mijn eerste breekpunt kwam samen met de komst van mijn 1e bril. Van de ene dag op de andere werd mijn zicht slecht. Ik dacht echt dat er iets goed mis met me was, totdat het gelukkig niet zo erg bleek en ik enkel versterkte glazen nodig had. De volgende dag op school vergeet ik nooit. Ik zat in het 2e leerjaar van de basisschool (groep 4), en hoewel iedereen daar nog vrij jong is, kunnen ze toch hard voor elkaar zijn. Iemand heeft me toen gezegd dat ik, zonder of met bril maakte geen verschil, lelijk was en altijd zou blijven. Ik ben die avond huilend in mijn moeders’ armen in slaap gevallen en dat tot vandaag nooit vergeten. Enkele jaren later begon mijn lichaam met veranderen, waardoor ik heel vroeg in de puberteit ben terecht gekomen. Ik krijg een serieuze groeispurt, ontdekte een roze vloeistof in mijn ondergoed (‘mam, wat is dat?!’) en kreeg borsten. Ik kwam ook bij in gewicht, en dat alles als 1e van mijn klasgroep.
Kan sindsdien heel moeilijk met leeftijdsgenoten omgaan. Ze zijn mij veel te kinderlijk. Verschillende mensen hebben me toen gezegd dat ik dik was, en ik ging het zelf nog geloven ook. Ik werd ook gepest, dat was het jaar vlak voordat ik naar de middelbare ging. Ik ging nadenken over mezelf, en over de rol van mijn vader in huis. Vanaf toen was het zowat elke dag ruzie thuis en op school. In diezelfde periode zijn mijn beide grootvaders, allebei aan kanker, gestorven. Er was amper een maand tussen, veel tijd om te verwerken had ik niet. Ik heb mijn toevlucht gezocht in eten, en trok me niets aan van de kilo’s die er maar bleven aanvliegen totdat ik mijn zwaarste gewicht had bereikt.
Dat was tevens nog altijd niet te veel, maar dat er zoveel kilo bij was gekomen in 2 maanden tijd vond ik erover. Toen ben ik samen met mama begonnen met ‘minder en gezonder’ eten. Hier werd mijn eetprobleem gevormd.
Dat hield ik even vol, totdat thuis de bom volledig barstte en ik me overgaf. Zoveel kilo ‘zwaarder’ (ik zat op gezond gewicht maar voelde me echt g-gan-tisch) en ongelukkiger, heb ik ergens 2 jaar geleden zo diep gezeten dat niets me meer uit mijn bed kreeg. Mijn vader draaide helemaal door, en praten met hem dat ging gewoon niet. Ik werd ziek, en bleef weken lang thuis. Mijn vader geloofde me niet eens, en ging gewoon door. Ik ontdekte het “magische wereldje” van automutilatie en moest bijna mijn schooljaar over doen.
Dat was de druppel waardoor we zijn begonnen met de lange rit van crisishulp – huisarts – psycholoog – terug naar crisis en andere hulpgroepen. Desondanks heb ik mijn schooljaar goed afgerond en ging het thuis wat beter. Maar ik voelde me nog steeds vreselijk, zag mijn lichaam met de minuut volwassener worden en was het gekleineerd worden thuis volledig zat. Hoorde via een reportage op tv van pro-ana, en ging nieuwsgierig op zoek. Ik ben in totaal 3 keer écht op zo’n site geweest. De eerste keer vol afschuw en uit pure nieuwsgierigheid.
Als 2de keer toen ik besloot te gaan lijnen. Ik wilde afvallen omdat ik dacht dat daarmee de ruzies, het gepest en de zelfhaat zouden ophouden. Iedereen zou me mogen als ik lichter en dunner was. Toen is mijn eetgestoord gedrag begonnen. Zoals eerst probeerde ik samen met mijn moeder de ‘overtollige kilootjes’ kwijt te raken door snoepjes te schrappen.
Bij mezelf zag ik geen resultaat, en door gebrek aan een weegschaal kon ik het ook niet nakijken zeg maar. Naarmate de tijd vooruitging voelde ik me alleen maar dikker en dikker worden, en dat is waar ik ben doorgeslagen. Ik kocht mezelf een weegschaal, en stond na elke maaltijd mezelf te bekijken. Het ging niet snel genoeg, dus probeerde ik elke week dieper te gaan, minder te eten. Ik ging in zo’n 4 maanden tijd van een gezond gewicht en goede eet stijl, naar gevaarlijk ondergewicht en zwaar anorectisch gedrag.
Ik stelde doelen, die uiteindelijk altijd maar lager en minder gingen en ik gewoon niks meer at. Dat ging zo door tot ik eind september 2010 op school gewoon in elkaar ben gezakt 2x na elkaar en ze mijn moeder hebben gewaarschuwd. Vanaf toen ben ik langs honderden dokters gelopen en de laatste heeft me uiteindelijk naar het ziekenhuis gestuurd. Ik werd onderzocht en kreeg de diagnose anorexia nervosa. Als we later waren gekomen was het misschien te laat geweest zeiden ze, waarop ik onmiddellijk en verplicht in opname moest. Ik had geen enkele eigen inbreng, maar ook absoluut geen eetprobleem. Ik heb dit tot op het laatste met klem ontkend.
Daar zat ik dan, 1 oktober 2010, volledig mislukt en vol pure zelfhaat. Ik heb 3 weken op pediatrie in het ziekenhuis in Antwerpen gelegen, en ben vervolgens in residentiële behandeling gegaan voor even lange tijd in de eetstoornissenafdeling van de kinderpsychiatrie, vlak ernaast. Ik dacht dat ik gek werd daar, ik moest alle controle afgeven en had niets meer te zeggen. We kregen een eetlijst die vaak verhoogd werd, verschillende therapieën, waaronder PMT en SOVA, moesten alles opeten of mochten niet naar huis, en moesten verplicht x g/week bijkomen. Het ergste waren de spiegeloefeningen: onszelf en lichaamsbeeld grondig observeren om dan uiteindelijk ‘Ik ben het waard!’ te zeggen. Het is mij geen enkele keer gelukt. Ik at alles wat moest, bewoog niet te veel, kon praten met de andere meisjes en deed alles vrolijk mee maar voelde me vreselijk.
De stem in mijn hoofd bleef. Ik kwijnde daar volledig weg, en heb mijn moeder van begin af aan letterlijk gesmeekt me daar weg te halen. Dat heeft ze uiteindelijk gedaan tegen doktersadvies in, iets waarvoor ik haar toen zwaar dankbaar was. We zouden samen de vooruitgang verder voortzetten en ik zou mijn best doen maar niets was minder waar. Nog voor ik de deur uit was had ik heel mijn ‘terugvalplan’ al klaar. Ik ben uiteindelijk een maand thuis geweest.
Mijn eetlijst vloog regelrecht de afvalbak in, ik telde en telde calorieën alsof mijn leven ervan afhing (wat het op dat moment ook echt deed) en loog over mijn gewicht. Mama had immers genoeg vertrouwen in me en geloofde me keer op keer. Ik ben doorgaans blijven automutileren, waar ik nu al even vrij van ben. vraag me vandaag nog steeds af hoe ik het klaar kreeg zonder gelukkig éen van de goed zichtbare aders te raken. Van de 5 opnamevrije weken heb ik x niet gegeten tot ik op controle moest en uiteindelijk met veel tranen en tweestrijd een halve rijstwafel naar binnen heb gewerkt.
Ik zag de bui al hangen en ben totaal hysterisch met alles beginnen gooien wat ik vast kreeg, gilde zo luid dat je me letterlijk tot op straat hoorde. Ik zou niét, absoluut niet gaan! Mijn vader nam me vast en zette me in de auto, hop naar mijn persoonlijke hel. Mijn gewicht bleek nog lager te liggen dan bij vorige opname, het was ‘een wonder dat ik daar überhaupt nog zat’. Sterk hartje had ik! Ik heb zitten schelden tegen alles en iedereen om me heen, waar ik me achteraf echt heel erg om schaam. Ik kreeg opnieuw dezelfde kamer, diagnose, verplegers, jankbuien, eetlijst, bezoekuren en onderging dezelfde onderzoeken.
Ik heb de eerste van uiteindelijk 8 lange weken aan de hartmonitor gelegen, er is me een paar keer de optie van sondevoeding voorgesteld maar die weigerde ik resoluut. Als ik dan toch moest eten kon ik het beter zelf doen, zo had ik nog enigszins controle. Da’s waar het al die tijd om draaide.
Na opnieuw op lange wachtlijsten te staan ben ik opnieuw in behandeling gegaan in de jeugdpsychiatrie, voor ongeveer een maand. Kwam opnieuw in dezelfde groep en regelmaat met dezelfde, en enkele gewijzigde rituelen. Ik doorliep opnieuw alle fases/programma’s zoals we ze noemden. Van 1, totaal geen vrijheid en doodziek naar 2, +-5 kg ondergewicht en al wat meer dingen mogen doen. Ik kwam sneller dan verwacht bij 3, waarvoor ik nog niet helemaal klaar was. Daarvoor deed ik heel erg mijn best en speelde zelfs een beetje vals.
Mijn gewicht ging in steigende lijn omhoog, maar de dwangmatige en ongelukkige gedachten zijn altijd gebleven.
Het absolute dieptepunt was tijdens een gezinsgesprek, waar mijn papa 2 keer rechtuit heeft gezegd dat alle problemen, al de shit die we thuis hebben en mijn eigen problemen, allemaal mijn fout zijn. Als je bedenkt dat ze al meer dan 20 jaar aanslepen en ik bij lange zo oud niet ben, slaat dat tegen de kop. Dat was een week voor ik, 10 februari 2011, op ontslag ging. Door het negeren van mijn innerlijk stemmetje, die ik tevens het duiveltje noem, heb ik in die periode wel geleerd hoe ik haar kan onderdrukken.
Ik ben een half jaartje thuis en nog lang niet genezen, maar op goed gewicht. Langzaam probeer ik nog wat bij te komen, dat gaat met vallen en weer opstaan. Kreeg te horen dat ik dit schooljaar met glans geslaagd ben, ondanks amper 5 maanden les. Ik put kracht uit mijn dromen, wil later graag psychologe worden. Ik hoop ook voor eens en nu ook voor altijd te kunnen zeggen dat ik niet meer in opname ga en doe er ook mijn best voor dat zo te houden.
Het gaat goed, maar elke dag is nog altijd een gevecht. Mensen denken meteen dat het ‘over is’, maar dat is allesbehalve het geval. Leven met een eetstoornis is niet langer gebaseerd op leven, maar overleven.
Ik wil dat niet langer, ik wil terug kunnen genieten van een zonnestraaltje door de donkere wolken, een tekening waarop staat dat ik de beste zus ben; geschonken door mijn broer, een lekker vanille-ijsjes met meer slagroom dat ik op kan.
Ik weet dat ik sterk genoeg ben om dat op een dag weer te kunnen, al weet ik nog niet wanneer dat zal zijn. Ik heb véél dagen waarop ik het niet meer zie zitten, en liever overal mee zou stoppen om gewoon te verdwijnen. Zo’n mindere momenten zullen er altijd zijn, en dat is geen probleem zolang het leefbaar is.
Mijn eetstoornis heeft mij veel geboden, op zowel negatief als positief vlak. Het positieve is dat ik door deze ervaring weet wie ik ben en mijn negatieve punten ken. De slechte vlakken kan je denk ik zelf wel invullen, daar vallen boeken over te schrijven. Ik ben ook veel veranderd. Van ja-knikker naar eigen mening, zwak naar sterk en ben veel ‘vrienden’ verloren. Maar ik wil blijven doorgaan dit keer in goede richting en ik weet dat ik op een keer zal overwinnen.
Ik wil iets van mijn toekomst maken, daar ga ik voor! Via deze weg wil ik vooral anderen, ook mensen in mijn omgeving erop attent maken dat het zwaar is, echt heel zwaar en dat nooit mag vergeten worden. Of de mogelijkheid van genezing er echt is, dat weet ik niet maar ik wens het iedereen toe. Niemand staat alleen met zijn problemen en zeker niet bij een es, dat weet ik ook. De grootste uitdaging komt eraan maar mijn diepste wens is op een dag te kunnen ménen als ik zeg: Ik ben het waard.
En ik weet dat me dat ooit zal lukken, want niemand, zelfs en zeker geen anorexia, zal mij ooit klein krijgen!
Geef een reactie