Toen ik in therapie was, had ik regelmatig hele moeilijke momenten. Momenten waarop ik alleen thuis was, geen daginvulling had, me vreselijk eenzaam voelde en het allemaal niet meer zag zitten. Mijn toekomst voelde uitzichtloos en alles wat ik kon doen voelde te moeilijke en zwaar aan. De drempel van de voordeur was 10 kilometer hoog en mijn schoenen 100 kilo zwaar. Met mijn negatieve gevoelens kon ik niet omgaan. Ik probeerde er op alle mogelijke manieren voor te vluchten. Het hebben van eetbuien was daar eentje van. Een eetbui zorgde even voor verlichting, maar als snel voor een dubbel zo slecht gevoel. In die tijd maakte ik kennis met het begrip bellen naar de crisisdienst en telefonische afspraak. Beide zaken waren voor mij een extreem ver van mijn bed show.
Altijd was ik bang dat ik me aanstelde en dat ik niet zo moest zeuren. Mijn problemen kon ik moeilijk serieus nemen. Ik maakte alles altijd kleiner dan het was en probeerde dingen weg te lachen, hoe ongelukkig ik me ook voelde. Dit maakte dat ik ook erg slecht was in het vragen om hulp. Daar schaamde ik me voor. Om hulp vragen doe je alleen als het écht nodig is en dat was het voor mijn gevoel alleen als ik op het punt stond om dood te gaan. Kortom: ik vroeg nooit om hulp.
De weekenden waren tijdens mijn behandeling het meest zwaar omdat ik dan weinig mensen zag, niet veel daginvulling had en volledig op mijzelf was aangewezen. Als het niet zo goed ging werd me vaak aangeraden om iemand te bellen in het weekend. Ik zei dan altijd netjes dat ik dat zou doen als het nodig was, maar ik deed het nooit. Niet alleen omdat ik belangst had, maar ook gewoon omdat ik helemaal niet tegen iemand durfde te zeggen dat het niet zo goed ging. Ik wilde niemand daarmee lastig vallen, ik had geen idee hoe dat te communiceren en dacht bovendien altijd dat de ander het toch zwaarder had dan ik.
Na een tijdje werd het in therapie wel duidelijk dat ik geen gebruik ging maken van mijn telefoon en om die reden gingen we concrete belafspraken inplannen. Vreselijk vond ik dat! Ik moest verplicht iemand bellen om een bepaald tijdstip in het weekend. Of het nu wel of niet goed ging, dat maakte niet uit. Ik moest gewoon leren bellen en even kort iets te zeggen over hoe het met me ging. Ik weet nog precies hoe die eerste keer ging. Ik belde een enorm sympathiek groepsgenootje, schaamde me dood, het zweet zwom onder mijn oksels vandaan en binnen 20 seconde zorgde ik ervoor dat het gesprek over haar ging in plaats van over mij. Dat voelde een stuk veiliger.
Later werd het me nog een stukje lastiger gemaakt door tijdens een aantal officiële feestdagen een belafspraak te krijgen met een therapeut. Mijn god, wat schaamde ik me. Ik wist gewoon niet hoe ik op dat groene telefoontje moest drukken van mijn mobiel. Ik kon wel door de grond zakken, zo ongemakkelijk voelde ik me. En waarom? Ik voelde me een sukkel, een loser, minderwaardig en een aansteller. Ik ging voorbij aan het feit dat ik hiermee kon leren vragen om hulp en dat het volkomen normaal was om even iemand te bellen als het wat slechter met je gaat.
Tijdens de behandeling werd er ook weleens gepraat over de crisisdienst. De crisisdienst is voor directe hulp bij psychische nood en is 7 dagen per week, 24 uur per dag bereikbaar. De crisisdienst is vaak onderdeel van een GGZ instelling. De instantie waar ik in therapie was, had zo’n crisisdienst waar weleens door groepsgenoten naar toe gebeld werd. Ik begreep daar niet zoveel van. Waarom zou je naar een totaal onbekend iemand bellen? Hoe krijg je het überhaupt voor elkaar om naar zoiets te bellen?
“Ik kreeg voor het eerst te maken met de crisisdienst nadat ik door de huisarts was doorverwezen. Ik heb daar verschillende gesprekken gehad en kreeg aan het eind van zo’n gesprek een speciaal telefoonnummer waar ik naar kon bellen als het echt niet goed met me ging. De gedachte dat ik dat nummer had, vond ik al geruststellend. Wel vond ik het lastig om daadwerkelijk te bellen. Ik wist niet goed wanneer het ”erg genoeg” was om te bellen en was bang dat ik een onaardig iemand aan de lijn zou krijgen. Ik vond bellen sowieso altijd al erg spannend dus die drempel was behoorlijk hoog. Uiteindelijk heb ik een keer ‘s nachts gebeld toen ik heel erg in paniek was en toen bleek het heel erg mee te vallen. Ik kreeg een vriendelijke mevrouw aan de telefoon die me netjes te woord stond en uit liet huilen. Natuurlijk kon ze de situatie niet voor me oplossen en hebben we geen uitgebreid gesprek gehad aangezien we elkaar niet kenden, maar het hielp wel om wat rustiger te worden en het was prettig om met iemand afspraken te maken over hoe ik de nacht door kon komen. Nadien heb ik nog een aantal keer gebeld en dit is altijd goed verlopen.” Sandra
Ik zou dat in geen miljoen jaar durven, dacht ik… Totdat het vrij slecht met me ging en ik op een vrijdag de afspraak met mijn psycholoog had gemaakt om sowieso op zaterdag contact te hebben met de crisisdienst.
Ik had de afspraak gemaakt omdat ik wist dat het goed voor me was én omdat ik mijn psycholoog erg graag mocht en haar tevreden wilde stellen. Ik had echter geen idee hoe dit de volgende dag ook daadwerkelijk klaar te spelen. Wat stond me te wachten en wat moest ik zeggen? Die volgende dag voelde ik me slecht. Ik wist echt niet hoe weer een weekend door te komen en belde uiteindelijk met vreselijk veel zenuwen volgens afspraak naar de crisisdienst.
De crisisdienst was gelukkig op de hoogte van mijn telefoontje en de man aan de andere kant van de lijn was direct uiterst vriendelijk en stelde me diverse vragen. Het voelde prettig om even contact met iemand te hebben en even een steuntje in de rug te krijgen, ook al kende ik deze man helemaal niet. Ik had zo tegen dit telefoontje op gezien, maar het was eigenlijk helemaal niet zo erg. Sterker nog, het hielp me om te gaan douchen en een paar uurtjes later het huis uit te gaan. Ik kwam mijn weekend minder slecht door als wanneer ik niet had gebeld. Het voelde sterk dat ik had gebeld en het zorgde voor een extra beetje vertrouwen in mezelf en de mensen om me heen.
Om hulp vragen is niet makkelijk, zeker niet als je jezelf niet zo serieus neemt en een negatief zelfbeeld hebt. Toch is het heel belangrijk om hiermee te oefenen. Nu krijg je misschien automatisch hulp omdat je in therapie bent, maar als je over een tijdje weer op eigen benen staat en zonder therapie door het leven trekt is het knap handig als je de telefoon durft te pakken en iemand om hulp durft te vragen. De crisisdienst bellen is niet iets wat je zomaar doet. Dat doe je alleen als het heel slecht met je gaat en je in je omgeving geen hulp kan of durft te vragen. Mocht hier bij jou sprake van zijn, dan kan ik je echt aanraden om die telefoon te pakken en gewoon te bellen.
Ik weet hoe eng, ongemakkelijk, schaamtevol en vreselijk het is om te bellen en om hulp te vragen, maar ik weet nu ook, erop terugkijken, dat het goed is om te doen en helemaal niet gek is. Bellen naar je therapeut of naar de crisisdienst als het heel slecht met je gaat is juist krachtig. Je neemt hiermee verantwoordelijkheid voor jezelf en je stelt je kwetsbaar op. Dat levert je niet alleen op dat moment iets op, maar ook op de lange termijn. Je leert er hulp door te vragen en je neemt jezelf en problemen serieuzer. Je komt voor jezelf op en vecht voor je toekomst.
Voel je je wanhopig, weet je niet hoe je verder moet en heb je de afspraak dat als het slecht met je gaat, dat je naar de crisisdienst kan bellen: DOEN! Verwacht geen pasklare oplossing, maar wel steun, tips en een luisterend oor, dat kan soms al een heel verschil maken.
Fotografie: Garrett
Geef een reactie