Bijgerechten van Lonneke met recept

Hé! Een bijgerechtenblog hebben we geloof ik nog helemaal niet! Zonde eigenlijk, want bijgerechten zijn heel leuk en makkelijk om mee te variëren. Vaak val ik erop terug bij een soepje of wanneer we uit de diepvries eten en ik het gevoel heb dat het niet helemaal genoeg gaat zijn. Of juist heel veel bijgerechten bij elkaar als een soort mezze, hmm. Je kan er in ieder geval alle kanten mee op. Daarom deel ik vandaag een paar bijgerechten die ikzelf heerlijk vind en we hier thuis regelmatig maken.

Knoflookbrood met kaas

Ik dacht altijd dat ik knoflookbrood niet lekker vond, maar het blijkt dat ik die kant-en-klare gewoon echt niet lekker vind. Zo zelfgemaakt ben ik er namelijk gek op! Dit gerechtje is vrij simpel en makkelijk, als je de knoflookboter al hebt gemaakt (wij hebben vaak een bakje in de koelkast staan, waardoor dit soort dingen heel snel gemaakt zijn). 

Oké, de boter. Wat heb je nodig?

• roomboter natuurlijk, 125 gram op kamertemperatuur
• 1 bol knoflook
• 2 theelepels fijngesneden peterselie
• 1 theelepel olijfolie
• een halve theelepel chilivlokken
• een handvol Parmezaanse kaas
• zout en peper

Verder voor de rest van het recept heb je nog nodig:

• brood (stokbrood kan prima, wij hadden brood over uit een ‘Too Good To Go’-box waar al Italiaanse kruiden overheen zaten)

Hoe maak je het?

De boter

1. Verwarm de oven voor op 200 graden.
2. Snijd het topje van de bol knoflook – de teentjes moeten nog wel aan elkaar vast blijven zitten – en besprenkel deze royaal met olijfolie en zeezout. Pak goed in aluminiumfolie in en rooster ongeveer 30 minuten in de oven. Laat deze daarna goed afkoelen.
3. Gooi de zachte boter in een schaal met de peterselie, olijfolie, chilivlokken, kaas en zout en peper en meng goed met een vork. 
4. Knijp de knoflook – dit vind ik echt supersatisfying – uit boven de schaal en meng goed met de rest van de boter.

En daarna:

1. Snijd het brood (ervan uitgaande dat je een lang brood hebt) door de lengte door de helft en daarna in stukken.
2. Smeer de boter over het brood heen – dit mag best lekker veel zijn, en bestrooi daarna met extra kaas.
3. Bak de broodjes ongeveer 12-14 minuten in de oven. Tadaa!

Combineertip: wij aten dit bij paprikasoep. Doe 3 gehalveerde paprika’s (met het kontje naar boven), knoflook (topje eraf gesneden), en gehalveerd sjalotten met olijfolie in de oven (200 graden, 40 minuten). Meng dit in de blender met 500 ml bouillon, een theelepel balsamicoazijn, een flinke scheut kookroom, een goede hand Parmezaanse kaas en wat chilivlokken. 

‘Stoofpotje’ met olijven (van Halfbakedharvest).

Ja, dat klinkt een beetje controversieel, maar hear me out. Als je van olijven houdt, probeer het dan; je gaat er geen spijt van krijgen! Ik heb bij mijn eerste poging ‘gewone’ olijven gebruikt van de supermarkt, je weet wel, uit zo’n potje. De volgende keer haal ik ze denk ik op de markt, ik denk dat dat het nóg lekkerder maakt. Ook hadden ze bij mijn supermarkt geen burrata, dus ik heb mozzeralla gebruikt. Burrata smelt een stuk beter, dus dit kan alleen ook nog maar lekkerder worden. 

Wat heb je nodig?

– Een ovenvaste pan (of schaal)

• 400 gram zwarte olijven
• 43 gram extra vierge olijfolie
• 6 tenen knoflook – geplet
• 1 sjalot, in vieren gesneden
• 1 citroen, in vieren gesneden
• 2 takjes verse tijm
• 2 takjes (verse) oregano (ik heb hiervoor gedroogde gebruikt)
• chilivlokken naar smaak
• 3-4 bollen burrata
• 2-3 theelepels honing
• Verse basilicum en dille als topping (ik heb gedroogde dille gebruikt)

Hoe maak je het?

1. Verwarm de oven voor op 230 graden.
2. Meng de olijven, olie, knoflook (zonder schil!), sjalot, citroen, tijm, oregano en chilivlokken in een ovenschaal of ovenvaste pan en bak dit 25 minuten in de oven. (De knoflook begint dan lekker te sissen).
3. Laat de burrata uitlekken en dep ‘m droog. Schuif de olijven wat aan de kant en ‘breek’ de kaas en leg deze in de olie. Laat dit ongeveer 5 minuten rusten en giet er dan wat honing en de resterende kruiden (basilicum en dille) over. That’s it!

Hmmmm, kijk nou hoe lekker dit eruitziet!

Combineertip: wij aten er een flammkuchen bij met groenten en tonijn.

Sticky aubergines (van Mobskitchen)

Aubergines: je kan er zoveel kanten mee op. Dit bijgerecht kost wat werk, maar voor mij is dat het helemaal waard. 

Wat heb je nodig?

Oké, een hele waslijst. Ik heb dit recept gekozen omdat ik alles ervoor al in huis had, maar dat zegt misschien meer over de status van mijn keukenkastjes. :’)

– vijzel of kruidengrinder, wokpan, oven

• 4 aubergines
• 2 theelepels Sichuan peperkorrels
• 4 grote tenen knoflook
• 3 cm gember (geschild)
• 4 theelepels sojasaus
• 4 theelepels knoflookchilisaus (bij gebrek hieraan: ik heb zelf sambal oelek gebruikt, sriracha werkt ook)
• 4 theelepels suiker
• 2 theelepels rijstazijn
• 2 theelepels maïszetmeel
• 200 gram tahin
• 5 theelepels geroosterde sesamolie
• 1 lente-ui
• geroosterde pinda’s (handjevol)
• zout
• plantaardige olie
• 450 ml water

Hoe maak je het?

1. Verwarm de (hetelucht)oven voor op ongeveer 190 graden.
2. ‘Steek’ de aubergines (ja, precies wat ik bedoel, haha. Je pakt een mes en steekt ‘sneetjes’ in de aubergines) en masseer ze in met de olie. Bak ze een uur lang in de oven en keer ze halverwege om.
3. Rooster ondertussen de peperkorrels op middelhoog vuur tot ze lekker gaan ruiken (een minuutje is voldoende) en plet ze in de vijzel. 
4. Snijd de gember en knoflook fijn, meng dit met de peperkorrels, sojasaus, knoflookchilipasta, suiker, rijstazijn en de 300 ml water. Meng het maïszetmeel ondertussen met een beetje water en voeg dat langzaam toe.
5. Meng de tahin en geroosterde sesamolie tot het een mooi geheel is en voeg dan langzaam 150 ml water toe. Dit gedeelte mislukt bij mij steeds. De bedoeling is dat je een mooi, fluffy, mengsel krijgt, maar bij mij sloeg het plat. Wie weet lukt het jou wel! Hoe dan ook nog steeds lekker, zeker met een beetje zout erbij.
6. Haal de aubergines uit de oven en zet aan de kant. De saus (die je bij stap 4 hebt gemaakt), mag in een wokpan en verwarm je op medium tot hoog vuur. Voeg dan de aubergines toe, draai ze lekker heen en weer zodat ze helemaal bedekt zijn met saus, en laat 3 minuten staan. Snijd ondertussen de lente-ui in dunne ringetjes.
7. Het serveren: bestrijk een mooi bord met de tahinsaus en leg daar voorzichtig de aubergines bovenop. Resterende saus mag er nog overheen. Bestrooi met de lente-ui en pinda’s. 

Combineertip: wij aten het bij deze Marokkaanse wortel- en linzensoep van Dishingouthealth, dat paste echt perfect bij elkaar. 

Hartige taart met appel en witlof (via Allerhande)

Hartige taart is altijd goed. Net als flammkuchen trouwens. Ik had nog witlof over en vond op Allerhande dit recept. Zeker geslaagd.

Wat heb je nodig?

– Bakplaat en bakpapier

• 4 rode uien
• 500 gram witlof
• 2 eetlepels olijfolie
• 1 appel
• 10 plakjes diepvries bladerdeeg – ontdooid
• 3 eieren
• 150 gram geitenkaas
• 50 g ongebrande walnoten
• 7 gram verse dille

Hoe maak je het?

1. Verwarm de oven voor op 200 graden en snijd de uien in dunne plakjes en de witlof grof. (Als je het middelste van de witlof meesnijdt, kan het iets bitterder smaken, ik vind dat zelf wel lekker.)
2. Fruit de ui in een pan met olie tot deze glazig is (4 à 5 minuten) en voeg dan de witlof erbij. Bak dit nog ongeveer 5 minuten en breng op smaak met zout en peper.
3. Snijd de appel – ongeschild – in dunne plakjes. Leg het bladerdeeg op een met bakpapier beklede bakplaat en laat de randen iets over de rand hangen. Prik met een vork wat gaatjes in de bodem.
4. Splits 1 van de eieren (het eigeel heb je dadelijk nodig) en meng de rest van de eieren (het eiwit en de twee andere eieren) met de kaas en verdeel dit over het deeg. Schep daarna het witlofmengsel eroverheen en verdeel de appel erover.
5. Vouw de randjes om en bestrijk de randen daarna met het eigeel.
6. Bak in ongeveer 25 minuten in de oven tot het deeg mooi goudbruin is.
7. Hak de walnoten grof en bestrooi de taart ermee na 20 minuten, zodat ze nog even mee kunnen bakken.
8. Maak af met dille.

Broccoli met citroen en knoflook

Oké, dit gerecht heeft me écht verrast. Ik houd sowieso enorm van goede roomboter, knoflook en citroen, maar zo gecombineerd met geroosterde broccoli is toch echt next level. Simpel en snel gemaakt, al zeg ik het zelf, en ontzettend lekker bij veel verschillende soorten gerechten. 

Wat heb je nodig?

• 1 broccoli – in roosjes gesneden.
• 3 à 4 eetlepels gezouten roomboter (ik had alleen ongezouten, dus zelf op smaak gebracht met een beetje zout)
• 1,5 eetlepel versgeperste citroensap
• 3 à 4 teentjes knoflook (geperst of fijngesneden)
• zout naar smaak

Hoe maak je het?

1. Verwarm de oven voor op 220 graden.
2. Laat ondertussen de gezouten boter samen met de knoflook smelten in een pannetje (op laag vuur) en gooi de roosjes in een ruime bak.
3. Als de boter klaar is, meng je dit met de broccoli zodat alles bedekt is en daarna leg je de broccoli op een met bakpapier beklede bakplaat naast elkaar.
4. Bestrooi met citroensap en zout en rooster 17 à 20 minuten tot de broccoli lekker is gaan kleuren. (Als je van crunchy houdt, is 17 minuten waarschijnlijk voldoende, hoe langer, hoe ‘zachter’).

Combineertip: Sowieso denk ik dat dit goed gaat met de frisse en kruidige Thaise keuken (denk aan gerechten met citroengras of limoenblad bijvoorbeeld) en rijst, maar ook vond ik het goed samengaan met deze bonensoep met kaas en citroen.