Vrouwen met boulimia nervosa gaan anders met eten om als zij onder druk staan dan vrouwen zonder problemen met eten. Dat lijkt misschien een open deur, maar toch is hier door de American Psychological Association uitgebreid onderzoek gedaan. Uit dit onderzoek blijkt dat in tijden van stress er bij vrouwen met boulimia minder bloeddoorstroming is in een bepaald deel van de hersenen dat geassocieerd wordt met zelfreflectie: de manier waarop je naar jezelf kijkt en hoe je je over jezelf voelt. Bij vrouwen zonder deze eetstoornis neemt deze bloeddoorstroming juist toe. Vrouwen met boulimia lijken voeding te gebruiken om negatieve gedachten over zichzelf te vermijden.
Het onderzoek laat ook zien dat delen van de hersenen bij mensen met een eetstoornis anders werken waardoor zij voeding zien als een afleiding wanneer zij zich erg gespannen voelen of veel stress hebben. In veel gevallen is stress een bekende trigger voor het hebben van eetbuien bij vrouwen met boulimia. Zodra de stress toeneemt, wordt bij hen ook het deel in de hersenen dat normaal zorgt voor zelfreflectie, minder actief.
Voor het onderzoek werden tien deelnemers met boulimia en tien deelnemers zonder boulimia gebruikt. Allemaal aten zijn een maaltijd en vervolgens kregen zij een MRI-scan. Tijdens die scan kregen ze eerst afbeeldingen te zien van neutrale dingen zoals meubilair of natuur gevolgd door een reeks foto’s van eten dat veel vet en suiker bevat. Iedere deelnemer kreeg vervolgens een ingewikkeld wiskundig vraagstuk om op te lossen, wat speciaal was ontworpen om het stressniveau in de hersenen te verhogen. Vervolgens kregen de deelnemers opnieuw een MRI-scan en zagen zij opnieuw afbeeldingen van eten dat veel suiker en vet bevat. Ook moesten zij hun stressniveau en eetbuidrang een cijfer geven.
De onderzoekers kwamen erachter dat bij alle deelnemers het stressniveau gestegen was na het oplossen van het wiskundige vraagstuk en dat bij iedereen de stress weer zakte na het zien van de afbeeldingen met het eten. Ook ging bij iedereen de neiging om te eten omhoog bij het zien van de afbeeldingen van voedsel. Hoewel deze resultaten dus redelijk gelijkwaardig lijken, toonden de MRI-scans wel degelijk verschillen aan. Bij de vrouwen met boulimia was namelijk te zien dat er bij het zien van de afbeeldingen met eten minder bloed stroomde naar de precuneus, ook wel de voorwig genoemd. Dit is een deel van de pariëtale kwab van de grote hersenen. Bij de vrouwen zonder boulimia stroomde er op dat moment juist meer bloed naar dit deel van de hersenen.
Om dit verder te onderzoeken werd een tweede studie gedaan met nog eens zeventien vrouwen met boulimia. Hier kwam hetzelfde resultaat uit. Een van de onderzoekers geeft aan dat een mogelijke verklaring is dat de introductie van voeding in de hersenen zelfkritiek de kop indrukt bij vrouwen met boulimia. De afbeeldingen van voeding gaven de vrouwen iets om zich op te focussen in plaats van de negatieve gedachten over zichzelf die zich wellicht hadden door alle stress. Zo kan het ook werken met eetbuien.
Deze resultaten sluiten aan bij eerdere bevindingen over eetbuien die mensen vaak gebruiken als een manier om niet te voelen en als emotieregulatie. De onderzoeken laten echter ook zien dat er een neurobiologische factor meespeelt die maakt dat vrouwen met boulimia voeding gebruiken om zichzelf af te leiden in tijden van stress en spanning. Hoewel dit geen groot en uitgebreid onderzoek is, is het wel belangrijk en waardevol. Het laat zien dat boulimia geen keuze is, wat kan bijdragen aan het verminderen van het stigma en de vele oordelen rondom deze eetstoornis.
Geef een reactie