Het ziekenhuis heeft dus besloten dat er een opname moet volgen. Ik neem vrij van mijn werk en met twee auto’s rijden we naar het ziekenhuis. We rijden met twee auto’s, zodat ik eerder naar huis kan, om samen met Aafke haar zusje te eten. Eigenlijk ben ik sinds de eetstoornis constant bezig om dingen te regelen. Het gehuil van Aafke vlak voordat we vertrokken gaat door merg en been, en blijft mij in de auto de hele weg achtervolgen. Het is verschrikkelijk om je dochter ergens naar toe te brengen waar ze niet wil zijn, en waar ze achter moet blijven zonder ons. Het is voor ons even spannend als voor Aafke.
Op de receptie van de kinderverpleegafdeling worden we al verwacht. We worden ontzettend vriendelijk opgevangen. Dat doet ons goed. Een gevoel van opluchting nestelt zich in mijn lichaam. Aafke krijgt één van de kleinste polsbandjes die beschikbaar zijn, en we worden naar haar kamer gebracht waar we moeten wachten op een verpleegkundige. Tot vreugde van ons allen heeft Aafke een kamer voor zich alleen, met een eigen douche en toilet.
Het wachten wordt beloond met de komst van Marijke (alle namen van de hulpverleners zijn gefingeerd), die uiteindelijk de lievelingsverpleegkundige van Aafke zal worden. Marijke is erg aardig, en doet de intake samen met Annefleur, één van de pedagogische medewerkers op de afdeling. Annefleur is een leuke vrolijke meid, die Aafke gaat begeleiden bij moeilijke medische ingrepen. Daarnaast is Annefleur er voor de gezelligheid, en kan ze alle vragen beantwoorden die Aafke heeft.
In de kamer van Aafke is het een komen en gaan van mensen. Zo komt onder andere de zaalarts Leontine zich voorstellen, eveneens een vrolijke meid die belooft elke dag langs te zullen komen. Maar het blijft niet bij vrolijke mensen. Plotseling staat een wat kalende strenge man voor onze neus, die zich voorstelt als dokter Hoekstra. Zijn gezicht straalt uit dat het nu menens gaat worden. Het is niet de kinderarts die we normaal gesproken hebben.
Dokter Hoekstra is van de ernst, en is niet zo geïnteresseerd in het verhaal van Aafke. Hij is vooral geïnteresseerd in het verhaal dat hij zelf te vertellen heeft. Hij kent ze allemaal, die anorexia patiënten zegt hij, ietwat denigrerend. Volgens hem komt het er op neer dat ze van alles doen, wat ze niet mogen. En daarom is er een contract; een contract dat Aafke, wij en hij moeten ondertekenen. In het contract staat keurig uitgelegd aan welke regels Aafke zich moet houden. Gek genoeg staat er niet in welke inspanningen hij gaat verrichten. Ik ben gewend dat in contracten wederzijdse verplichtingen en rechten staan opgesomd. Maar in dit ziekenhuis werkt het kennelijk anders. En gek genoeg vind ik het als vader op dat moment al lang best. Als er maar iets gaat gebeuren.
In het contract wordt de eetprocedure uitvoerig uiteen gezet. Aafke eet elke dag zes keer per dag met een verpleegkundige. Voor elke maaltijd krijgt ze een bepaalde tijd. Begint ze niet op tijd te eten, of eet ze niet alles op, dan wordt de maaltijd direct vervangen door Nutridrink. Het is de eerste keer dat ik van Nutridrink hoor. Uiteindelijk gaan het flesjes worden die zich niet meer uit mijn leven laten bannen. Weigert Aafke de Nutridrink, dan wordt direct overgegaan op de sondevoeding. Deze dokter Hoekstra laat er geen gras over groeien. De vraag is of hij Aafke zo ver krijgt, dat zij gaat doen wat hij zegt.
Door: Simon
Simon is de vader van Aafke en schrijft over zijn ervaringen met de eetstoornis anorexia. Simon en Aafke zijn gefingeerde namen
De volgende keer: Welkom in de wereld van het ziekenhuis
Geef een reactie