De dood was een trigger voor mij

De foto’s had ik uitgeprint, de graven had ik meermaals bezocht, maar mijn hoofd werd niet rustiger. Hoe meer tijd er voorbij ging, hoe meer tijd ik ook had om mijn gedachtes de vrije loop te laten. Mijn klasgenoot, mijn vriend, die bij mij in de straat woonde was dood. Mijn neef die net was afgestudeerd was ook dood. Allebei nog jong en een heel leven voor zich. Ik vond het leven maar vreselijk oneerlijk. 

Allebei zijn ze verongelukt. Een soort van op het verkeerde moment op de verkeerde plek idee. Het had gewoon niet mogen gebeuren. Ik kon dit maar moeilijk accepteren. De ongelukken gebeurden geloof ik in hetzelfde jaar. Er zat in ieder geval niet veel tijd tussen. De eerste maanden heb ik ook stug ontkend dat mijn klasgenootje was overleden. Ik weet nog dat ik zelfs begon te lachen toen mijn docent die ochtend plechtig voor de klas stond met de mededeling dat hij was omgekomen in een bus ongeluk in het buitenland. Hij had het als enige niet overleefd. Ik kon het werkelijk niet geloven. Over een minuut zou hij gewoon lachend de klas binnen stappen, net zoals altijd. Maar dat deed hij niet. Angstig bleven mijn ogen op de deur gericht, terwijl de rest van mijn klasgenootjes in tranen waren uitgebarsten. De minuten gingen voorbij, maar de deur bleef dicht. Onbewogen. 


De dood als straf

Huilend ben ik diezelfde ochtend naar huis gefietst. De tranen kwamen niet alleen voort uit mijn verdriet, maar vooral de boosheid zorgde voor mijn natte gezicht. Dit kon niet waar zijn, dit mocht niet waar zijn. Waarom hij? Waarom? De maanden hierna bleef ik het lastig vinden om dit te accepteren. Ergens weigerde ik het af te sluiten. Ik had stille hoop, of misschien was ik er zelfs wel van overtuigd, dat hij op een dag die deur weer zou openen. Dat hij weer aan zijn tafel ging zitten, alsof er niks was gebeurd, maar dat gebeurde niet.

Ondertussen was er in de gang een tafel ingericht met een foto van hem en wat kaarsjes. Maar één keer heb ik wat in het dikke boek geschreven. Ik wilde het niet aanzien, kon het niet bevatten. Nog geen maand later kwam er een nieuw kindje op zijn stoel zitten. Hij zag er natuurlijk anders uit, maar hij had dezelfde stem. Wat was ik boos toen hij op zijn plek ging zitten. Dat mocht helemaal niet. Dat was zijn recht niet. Hij hoorde hier helemaal niet. Dit was echter ook het moment dat ik er niet langer meer omheen kon. Hij komt niet meer terug. Hij zou nooit meer op die stoel gaan zitten. Dat was niet langer zijn plek. 

Hoe ouder ik werd hoe moeilijker ik het begon te vinden om terug te denken aan mijn verongelukte klasgenoot en neef. Ik was ondertussen terecht gekomen in een depressie en ik begon mij schuldig te voelen. Waarom was dit gebeurd..? Op dat moment worstelde ik erg met mijn eigen identiteit. Ik ben gelovig opgevoed, maar steeds minder begon ik te geloven. Ik vond dit een lastige strijd en voelde mij hier erg eenzaam in. Ik merkte dat ik boos werd op het zogenaamde lot. Mijn klasgenootje was een kind, had in zijn leven niks fout gedaan. Wat voor nut had zijn dood gehad? Waar had hij dit aan verdiend? Waar werd hij voor gestraft? Of werden zijn ouders misschien gestraft? Werd ik misschien gestraft? Want ik was helemaal niet zo’n leuk, lief kind. Ik was namelijk heel vaak heel boos. Ik kon mij moeilijk hechten en wantrouwde iedereen. Mijn vader zorgde voor een onveilige situatie thuis waar ik na een tijd tegenin ging, met veel ruzies tot gevolg. Ik was eigenlijk een vreselijk kind. Waarom werd ik op deze manier gestraft? Ten koste van een klasgenoot. Waarom was ik zelf niet dood? Dat leek mij eigenlijk veel eerlijker. Dat was pas mijn ultieme straf, wat ik eigenlijk verdiende.

Dezelfde gedachtes kreeg ik ook rondom het overlijden van mijn neef. Hij was net afgestudeerd als chirurg en zou veel levens gaan redden. Hij had ook al veel doden bespaard. In mijn ogen was hij een held. Niet alleen was ik door hem gaan piano spelen, ook zag ik in hem wie ik ooit ook wilde zijn. Hij was door iedereen geliefd, kon van alles en redde ook nog levens. Dit was echt mijn definitie van een superheld. Helaas was hij niet onsterfelijk. Hij is op de snelweg verongelukt, tegen een boom gereden. Op weg naar zijn eigen afstudeerfeestje, maar belandde in een kist. Ik begreep niet waar hij dit gruwelijke einde aan had verdiend. Hij voorkwam heel wat sterfgevallen, was dit zijn dank? 

Schuldgevoelens door de dood

Nog lang hebben deze gedachtes mij achtervolgd. Als ik weer eens vertraging had omdat er een aanrijding was geweest met een persoon op het spoor, mijn neefje die later zijn eigen leven heeft genomen, de vriendin van mijn moeder die door ziekte is gestorven. Elke keer werd ik terug-geslingerd naar de gedachtes die ik ervoer toen ik zelf niet meer wilde leven. Wat had ik graag de ellende van al die mensen willen besparen, mijn eigen leven ervoor gegeven. Wat was ik graag degene geweest die niet meer verder hoefde..

Terwijl mijn hoofd zich vulde met deze giftige gedachtes, voelde ik ook meteen een enorm schuldgevoel. De rest van de passagiers op het station waren driftig hun partner aan het verwittigen dat ze later zouden zijn voor het eten. Waren geïrriteerd. Sommigen hielden zich bezig met de persoon op het spoor. Hoe zou het daarmee gaan? En met de familie? Ik daarentegen ervoer een gigantische trigger. Op dit soort momenten werd ik mij ineens erg bewust van het leven dat ik geschonken had gekregen maar nooit om had gevraagd. Ik voelde mij schuldig naar mijn moeder, dat ik niet dankbaar was voor mijn leven, richting de persoon op het spoor en diens familie, ik voelde mij schuldig naar iedereen die aan het vechten was om wel te leven, ik voelde mij schuldig naar mijzelf toe.

Het ging helemaal niet om mij, er was misschien wel iemand dood en ik verdronk als reactie hierop in mijn eigen problemen. Ik vond het zeer ongepast en schaamde mij ontzettend voor deze gedachtes en gevoelens. Ik schaamde mij dat de dood van een ander, de problemen van de persoon op het spoor, een trigger voor mij vormden. Waarom moest het toch altijd over mij gaan? Waarom moest ik nou weer zielig doen? Waarom kon ik het nooit gewoon even laten..?

Natuurlijk zat hier veel meer achter dan ik in eerste instantie weigerde te zien. Het verlangen naar de dood waar ik maar moeilijk mee kon omgaan, waar ik mij altijd voor geschaamd heb. Ik voelde mij abnormaal en wist zeker dat niemand dit zou herkennen. Dat ik alleen stond in de strijd die het leven heet.

Ondertussen weet ik dat dit geen manier was van mijn hoofd om zielig te doen of om de aandacht op te eisen. Ik vond het oprecht lastig om te merken dat anderen deze wereld verlieten, terwijl ik dit zelf ook wilde. Ik vond het oneerlijk dat mensen met een grote levenslust een toekomst werd ontnomen. Het leven voelde zo vreselijk oneerlijk. Hoe ouder ik word, hoe meer mensen ik verlies en dat doet pijn, zeker als het naar mijn idee niet zo had hoeven zijn. Dat ik mij dit soort situaties op deze manier aantrok betekende vooral dat het met mij niet goed ging, iets wat ik bleef ontkennen. 

Het was voor mij niet helpend om, naast deze nare, naar mijn idee onterechte verlangens, mij ook nog eens schuldig te voelen hierover. Ik maakte het mijzelf alleen maar lastiger. Hierdoor kreeg ik het idee dat mijn gevoelens ‘fout’ waren en er niet mochten zijn, wat de last alleen maar liet toenemen. Pas toen ik erkende dat dit speelde, kon ik gaan onderzoeken waarom ik hier last van had…. 

Hoe is dit voor jou?


Kamp je zelf met suïcidale gedachten of ken je iemand die hier last van je heeft? Neem dan eens een kijkje op 113.nl of lees deze blog.

Lonneke

Geschreven door Lonneke

Reacties

9 reacties op “De dood was een trigger voor mij”

  1. Wat een heftige, maar mooie blog Lonneke!

  2. Heftig… ik ben gelukkig niet meer suicidaal. Maar nog altijd bang dat ik iedereen ga verliezen waar ik van hou. En het erge is dat je er niet omheen kunt. Je bent geboren om te sterven en de dag dat je je geliefden gaat verliezen zal er aan komen. Dit houdt me dagelijks bezig en ik word er gek van. Het lukt me niet om volop van het leven te genieten, vooral nu ik grotendeels van de eetstoornis af ben. Het enige dat ik van therapie te horen kreeg hierover is dat ik ermee moet leren leven, even kort gezegd.

    1. Ik herken dit ook heel erg, het is verschrikkelijk om daar zo vaak mee bezig te zijn en het ontneemt inderdaad heel veel geniet en plezier momenten, ik word er ook echt gek van. Lekker makkelijk ook dat ze dat zo hebben gezegd bij therapie als je zelf niet weet hoe je ermee om moet gaan, dat heb ik ook.. 🙁

  3. ik wil eigenlijk hetzelfde zeggen, wat een heftige, gevoelige, maar zo mooie, rakende blog. Dankjewel voor het schrijven

  4. Hallo Lonneke wat erg dat deze mensen zijn overleden erg voor hun en hun familie en wat erg voor je de pijn en verdriet dat je deze mensen verloren hebt en ik vind het erg voor je de gevoelens die je naar jezelf toe hebt gehad en wat je in je jeugd hebt meegemaakt je mag er zijn iedereen mag er zijn

  5. Starchild ik ben blij dat je niet meer suïcidaal bent wat erg dat je dat hebt meegemaakt en ik vind het ook heel heftig voor je dat je bang bent om de mensen van wie je houdt te verliezen dat is erg zo’n angst ik hoop dat je aardige en goede hulpverleners vind die je daarmee goed kunnen helpen en met je andere problemen

  6. Ik kamp dagelijks met suïcidale gedachten, maar dat boeit niemand

    1. Ons boeit het💛

  7. Mooi geschreven Lonneke, ook super herkenbaar, helaas worstel ik ook al langere tijd dagelijks met deze gedachten.. Hoe ben jij hiermee omgegaan dat je er nu geen/minder last van ervaart?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *