Het hebben van een eetstoornis is op zijn zachtst gezegd niet leuk, en er van herstellen eigenlijk ook niet. Überhaupt de kracht vinden te willen herstellen, en daarna maar doorgaan en doorgaan terwijl soms alles in je schreeuwt te stoppen: dat is ongelofelijk vermoeiend. Hersteld ZIJN, of in ieder geval een heel eind op weg zijn, is daarentegen wel leuk. Een half jaartje gelden schreef ik hier al eens een blog over, inmiddels gaat het nog steeds goed met me.
Nog steeds, misschien is dat raar om te zeggen. Alsof ik verwacht zou hebben dat het niet zou kunnen. De eerste tijd van het ‘hersteld’ zijn was super onwennig, inmiddels begint het te wennen en voelt mijn nieuwe lichaam en hoofd steeds wat meer als thuis. Ik vind het nog steeds wel lastig de stempel te drukken op het helemaal hersteld zijn of niet, maar in grote lijnen gaat het goed: stabiel.
De afgelopen tijd ben ik eigenlijk vooral bezig geweest met alles wat zo’n beetje NIET met de eetstoornis te maken heeft: werken, school, denken aan de toekomst. Toch denk ik er wel aan terug. Soms op een rotte manier, maar soms ook wel een soort van positief. Steeds beter zie ik wat mij geholpen heeft en wat niet, en wat ik daar van geleerd heb. Voor iedereen zijn dit andere dingen natuurlijk, maar laatst kwam ik iets tegen wat ik toch graag wil delen. Misschien kan het jullie net zo helpen als het bij mij gedaan heeft.
Vorig jaar, precies rond deze tijd, stond ik op het punt mijn eetlijst langzamerhand los te gaan laten. Doodeng vond ik het, want inmiddels was ik er al zo’n twee jaar aan gewend te eten volgens regeltjes. Eetlijsten hielpen mij natuurlijk weer naar gezond gewicht en eetpatroon toe, maar wel gecontroleerd. Ik wist precies wat ik at, en als ik aankwam of afviel, had ik nog steeds wel de controle: ik (of eigenlijk de eetstoornis) wist zo ongeveer hoe dat kwam. De gezonde ik wilde dat eigenlijk niet meer, wie eet er nu elke dag precies dezelfde hoeveelheid? Op dit punt stond de eetlijst mij dus eigenlijk in de weg, ik wilde die controle juist kwijt.
Om niet meteen all-the-way te gaan, en daarmee de kans te hebben juist een excuus te hebben minder te gaan eten, besloot ik het in stapjes op te delen. De eerste stap was het durven eten van iets ‘extra’s’, geen maaltijd of een tussendoortje maar gewoon iets kleins. De jaren hiervoor at ik hoogstens een stukje komkommer als ‘extra’, maar verder ging het niet. Maar ‘normale’ mensen eten ook niet alleen maar in de vorm van een volwaardig tussendoortje of een maaltijd. Eten ‘op gevoel’, dat wilde ik weer leren. Omdat ik ook totaal niet meer wist wat ik de gezond ik lekker vind en december er bijna aan kwam, besloot ik er iets ‘leuks’ van te maken.
Ken je die adventskalenders van vroeger nog? Iedere dag van december, tot aan kerst, mocht je daar een chocolaatje uit halen. Op Pinterest zag ik er zo een voorbij komen, en dat bracht me op het idee er zelf eentje in elkaar te zetten. Deze adventskalender heeft er natuurlijk niet letterlijk voor gezorgd dat ik nu sta waar ik sta, maar het heeft me zeker wel geholpen weer een stukje dichter bij mezelf uit te komen.
Ikzelf had allemaal losse zakjes beschreven met de data van december en was bij Jamin allemaal losse snoepjes en chocolaatjes gaan halen. Ik vond het super eng die producten überhaupt te kopen, laat staan weer te proeven. Deze producten had ik mezelf voor een flink lange tijd ontzegt, hooguit een keer op als het in de kliniek ‘moest’. Nu zou het mijn eigen keuze gaan zijn. Om niet de engste dingen pas in de laatste zakjes te doen, vroeg ik een goede vriendin me te helpen. Ik gaf haar een zakje, zij stopte er een random snoepje in.
Eén december was eng, 2, 3, en 4 december waren dat ook. Maar langzamerhand begon het te wennen en toen ook de weegschaal uitwees dat deze ‘extraatjes’ niets met me deden werd het makkelijker. Aan het einde van de maand had ik 31 verschillende dingen geproefd, wie had dat gedacht! Sommige dingen vond ik minder lekker dan de andere, iets waar ik voorheen van in paniek was geraakt maar waar ik mezelf op dit punt echt mee verraste. Ik steeds een beetje meer te vertrouwen op mijn eigen smaak, en dat heeft me in de latere stappen van het gaan ‘eten op gevoel’ echt enorm geholpen.
De reden dat ik het adventskalender idee wilde delen is: het is anti-controle. Met welke uitdaging je hem ook invult, de eetstoornis vindt het k*t niet te weten wat er precies bij welke dag hoort. Dus als jij op het punt staat die controle te willen gaan loslaten, op welke manier dan ook: het is weer bijna december!
Ik kan me voorstellen dat het bijvoorbeeld ook zou kunnen werken bij het variëren in (wel volwaardige) tussendoortje, of briefjes met ideeën voor beleg of het avondeten. Jouw keuze en jouw vorm, ga je de uitdaging aan? Herstellen van een eetstoornis is niet leuk, maar je kunt het wel zo ‘leuk’ mogelijk maken.
Geef een reactie