Vorige week heb ik het boek ‘Verslaafd aan liefde’ van Jan Geurtz uitgelezen. Een ontzettend inspirerend boek, als je het mij vraagt. In zijn boek beschrijft Geurtz hoe mensen in een ‘natuurlijke staat van zijn’ geboren worden, maar in de loop van hun leven patronen van zelfafwijzing ontwikkelen, met daarbij manieren om deze zelfafwijzing te bedekken.
Anders gezegd: ieder mens ontwikkelt in zijn jeugd het idee dat hij op bepaalde vlakken niet goed genoeg is (zelfafwijzing). Om dit gevoel kwijt te raken, zoeken we vervolgens waardering en bevestiging bij anderen. Zij bedekken onze zelfafwijzing en geven onszelf het gevoel dat we er toch wél toe doen, dat we er toch wél mogen zijn.
Het gevolg kan zijn dat je sterk het gevoel hebt dat je niet zonder de persoon kunt die jou zoveel waardering geeft. Denk hierbij aan je partner, vader of moeder. Dan zit je immers weer opgescheept met je eigen zelfafwijzende gevoel van ‘ik ben niet goed genoeg‘. Je klampt je krampachtig vast aan deze persoon. Je raakt een soort van verslaafd aan hun liefde – vandaar de titel van het boek. Een verslaving is echter voor niemand goed, dus ook deze niet. Het boek is daarom gericht op zelfacceptatie en beschrijft een manier waarop je hiermee aan de slag zou kunnen gaan. Heel inspirerend.
Wat ik merkte terwijl ik het boek las, is dat ik het woord ‘verslaving’ heel gemakkelijk kon vervangen door het woord ‘eetstoornis‘. Een eetstoornis is in mijn ogen ook een verslaving – in mijn geval: een verslaving aan afvallen en weinig eten. Het is een obsessie met en afhankelijkheid van de stem in mijn hoofd. Ik wil graag met je delen hoe ik een eetstoornis in het licht van zelfafwijzing en verslaving zie.
Zelfafwijzing
Zoals gezegd schuilt er in iedereen een bepaalde mate van zelfafwijzing. Dat komt voort uit hoe je bent opgevoed, dingen die je hebt meegemaakt, dingen die je – onterecht! – bent gaan geloven over jezelf. Daar is niets mis mee, zolang je je niet gaat identificeren met je imperfecties: je bént ze niet, maar je hébt ze. Mensen met een eetstoornis hebben vaak een sterke neiging om zichzelf niet goed genoeg te vinden en dus af te wijzen. Met die zelfafwijzing wordt je eigenwaarde steeds lager, waardoor je jezelf steeds sneller en harder afwijst, je eigenwaarde nog lager wordt, en… Zie je de vicieuze cirkel? Zo glijd je steeds verder af in een neerwaartse spiraal. Uiteindelijk is de kans groot dat je je gaat identificeren met je imperfecties. Je doet niet alleen domme dingen, maar je bent ook dom. Je laat niet alleen veel dingen mislukken, maar je bent ook een mislukking. Enzovoorts.
Verslaving
Wie negatief over zichzelf denkt, voelt zich ook negatief over zichzelf. Je kunt je bijvoorbeeld somber, boos, verdrietig of angstig gaan voelen. Over jezelf, over je toekomst en over je leven. Die negatieve gevoelens wil je niet voelen, dus wat doe je…? Je onderdrukt ze, je verdooft ze, middels een verslaving: een verslaving aan afvallen, aan zo weinig mogelijk eten, aan zoveel mogelijk eten, aan braken of laxeren… Wat voor eetstoornis je ook hebt: in iedere eetstoornis is een bepaalde vorm van verslaving aan te wijzen. Je kunt er nauwelijks mee stoppen.
Het probleem met een verslaving is echter: je hebt steeds méér nodig om je goed te voelen. Nou ja, goed voelen – voor eventjes dan, want je nare gevoelens blijven terugkomen. Je lost ze immers niet op, maar je onderdrukt ze alleen. Je hebt meer eten nodig, meer braken, meer laxeren, of juist meer afvallen, meer controle op de calorieën. Iedere keer dat je hebt toegegeven aan je eetgestoorde verslaving en de kortermijnrust is voorbij, komt je zelfafwijzing drie keer zo hard terug. Wat ben ik toch slap en waardeloos dat ik er weer aan heb toegegeven! Je pijnlijke, negatieve gevoel vergroot. Je behoefte om die te onderdrukken groeit. Je voelt het al aankomen: je geeft niet snel daarna opnieuw toe aan je verslaving, dus je eetstoornis. Zo kom je ook nu in een vicieuze cirkel terecht waarin je eetstoornis steeds groter en sterker wordt.
Wanneer dit patroon van jezelf afwijzen, toegeven aan je verslaving en jezelf nog sterker afwijzen lang aanhoudt, kan je eigenwaarde tot zo’n dieptepunt zakken dat er maar één ding is waarvoor je nog leeft, één ding waaraan je enige eigenwaarde ontleent: je eetstoornis. Want gehoorzamen, daar ben je wél goed in… Bovendien heeft de eetstoornis jou nodig! Anders kan ze niet bestaan – en wie is dan je vriendin? Wie geeft je dan nog een gevoel van eigenwaarde?! Je staat in dienst van de eetstoornis en of je het nu wilt of niet: je hebt dat nodig. Want wie ben jij zonder de eetstoornis, de enige die jou voor je gevoel bestaansgrond geeft? Iedereen, inclusief jijzelf, wijst je toch af? Je bent toch ook waardeloos en je kunt toch ook niets goed doen…?
Om mijn verhaal wat duidelijker te maken, wil ik graag een voorbeeldsituatie beschrijven van mezelf. Een paar dagen geleden raakte mijn zelfafwijzing me namelijk keihard. Voor mijn gevoel ging niets goed en was dat allemaal mijn eigen schuld:
“Ik ben hartstikke dik en weeg veel te veel! Ik zie overal vet!”
“Ik kan niet eens meerdere keren in de week hardlopen: mijn knieën doen hartstikke veel pijn en het was hartstikke zwaar! Bouw je dan echt nul conditie op?!”
“Ik kan vandaag ook al niet tegen mijn eetstoornis ingaan en gewoon netjes bij-eten! Hoelang ben ik nou al in therapie?! Ik gaat echt nóóit van die eetstoornis af komen, dat weet ik zeker!”
“En ik kan mijn buren niet eens gedag zeggen op straat! Waarom zei ik niks?! Wat is er mis met me?! Ik gaat echt nóóit het leven aan kunnen op deze manier!”
Je kunt je voorstellen hoe ik me voelde met al deze gedachten: waardeloos, slap, zwak, dom, een nietsnut, een sukkel, een kneus. Keiharde zelfafwijzing. Direct merkte ik dat hier één specifieke gedachte op volgde, namelijk: Ik ga niet meer eten! Ik stop er gewoon weer mee! Want om mijn negatieve gevoelens over mezelf niet te hoeven voelen, wilde ik terug naar mijn verslaving. Mijn eetstoornis. Ik wilde terug naar mijn zogenaamde ‘vriendin’. De enige die me nog dat kleine beetje eigenwaarde zou kunnen laten voelen.
Lieve lezer, ik hoop dat je inziet waar ik naartoe wil met mijn verhaal: een eetstoornis is een gevaarlijke verslaving. Hoe meer je eraan toegeeft, hoe meer je het nodig zult hebben en hoe afhankelijker je ervan wordt! Je eetstoornis is een gevaarlijke schijnvriendin: ze doet je geloven dat ze het beste met je voor heeft en lijkt jou een gevoel van eigenwaarde te geven. Dus wanneer jouw eigenwaarde ingestort is en je wel een beetje liefde en waardering kunt gebruiken, is de verleiding groot om op haar terug te vallen. Het ironische is: door naar die leugenachtige eetstoornis te luisteren, verwijder je je alleen maar méér van je eigenwaarde, van de liefde voor jezelf! Jouw zelfliefde is misschien in de loop van je leven ondergesneeuwd geraakt, maar diep van binnen is het nooit weggeweest. Het zit nog steeds in je! In ons allemaal, dus óók in jou. Ga ernaar op zoek en je zult zien dat je die waardeloze verslaving niet meer nodig hebt!
Waar kun jij jezelf wél om waarderen?
Geef een reactie