Je wilt niets liever dan dat het stopt. Je wilt de cirkel doorbreken, dit was echt de laatste keer! Maar toch lukt het niet. De drang naar een eetbui komt telkens terug en na honderd helpende gedachtes en wandelingen, lukt het alsnog niet om weerstand te bieden. Het maakt je moedeloos, gefrustreerd en vooral ontzettend moe. Waarom gaat het niet over?
Het kon door zo veel verschillende dingen gertriggerd worden. Dat maakte het ook zo lastig om de echte functie te achterhalen. Telkens was er wel een nieuwe reden, een nieuwe aanleiding waardoor ik terugviel in mijn eetbui-gedrag. Toch zit die eetbui-drang er niet voor niets, het heeft echt een functie, net zoals ander destructief gedrag. Wat maakt dat ik mijzelf zo misselijk wil eten? Waarom wil ik dit? Want ik wilde het echt, het voelde als iets waar ik diep van binnen gewoon echt behoefte aan had. Maar wat was de functie daarvan? De functie van dit bizarre, eetgestoorde gedrag?
Het hoeft natuurlijk ook niet één ding te zijn. Ik staarde me altijd een beetje blind erop, ik zocht één duidelijke en aanwijsbare reden voor mijn gedrag. Het moest te verklaren zijn, maar zo simpel is het vaak niet. Het kan natuurlijk ook een combinatie van factoren zijn. Wat ook nog eens kan ontwikkelen en kan verschillen per periode. Het is zo persoonlijk wat erachter zit en wat maakt dat je dit copingsmechanisme inzet. Daar is geen ‘goede of foute’ reden voor, jouw reden is jouw reden. Dat is blijkbaar belangrijk en overheersend genoeg, dus dat mag je serieus nemen. Je daar bewust van worden. De persoonlijke functie onderzoeken kan veel opleveren.
Ik kwam er langzaam achter wat mij telkens weer zo deed verlangen naar die eetbuien. Daar zat een heel sterk gevoel aan vast. Iets wat blijkbaar ook iets positiefs gaf, anders zou ik er niet telkens weer zo naar hunkeren. Dat positieve gevoel, dat waar je naar verlangd, is natuurlijk onwijs belangrijk om onder ogen te komen. Hoogstwaarschijnlijk is dat ontzettend menselijk, een gezond verlangen. Wat je op een ongezonde manier invult.
Vrij zijn
Ik merkte dat al mijn eetbuien één ding gemeen hadden. Op dat moment – het moment van totale overgave aan eten – hoefde ik niets anders dan daarmee bezig te zijn. Het was ik en het eten; één team. Meer was er niet. Ik hoefde me alleen daar op te focussen, verder was ik vrij. Vrij van alles, vrij van het leven. Voor zolang als de eetbui duurde, stond alles uit. Het was vreselijk en tegelijkertijd was er rust. Voor even.
Toen ik dat besefte, voelde ik ook een soort vergeving over me heen komen. Ik veroordeelde mezelf altijd ontzettend voor die eetbuien. Wat was het zwak en vies en er was niets waar ik mij zo voor schaamde als voor dit gedrag. Wat was het gestoord, om jezelf zo te pletter te eten elke keer. Maar toen ik me realiseerde dat die spanning zo opliep vanwege de behoefte aan rust en vrijheid, vond ik dat ineens ontzettend begrijpelijk. Ik snapte mijzelf beter. Natuurlijk wilde ik vrijheid! Het is toch eigenlijk heel logisch en oké om daar naar te verlangen. Zo gek en zo slecht is dat toch niet? Zo gek en zo slecht maakt dat mij toch niet? Alleen zou het veel fijner, helpender en gezonder zijn om dat verlangen op een andere manier in te kunnen vullen. Omdat het uiteindelijk geen vrijheid gaf.
Geen verplichtingen
Niet alleen zorgde het voor vrijheid in mijn hoofd, het zette mijn hele leven even stil. Alles waar ik stress om kon hebben, waardoor die spanning misschien wel zo hoog was opgelopen, kon er tijdens een eetbui uitkomen. Ik kon volledig ontladen. Ik was volledig vrij van verwachtingen en vrij van verplichtingen. Er bestond niets anders dan het eten, mijn eigen bubbel waarin ik kon verdwijnen. Je kunt je niet bezighouden met alles wat er nog moet gebeuren tijdens een eetbui, omdat het je helemaal opslokt. Alsof je het ‘echte’ leven even kan vergeten, even niet mee kan doen. ABC ik kap ermee, gewoon voor dit moment. Even uit die sleur, uit die achtbaan stappen, want dat is hoe het leven soms kan voelen.
Daar behoefte aan hebben is normaal, denk ik. Misschien vraagt het leven, de therapie, de eetstoornis en andere problemen nu ook veel teveel van je. Logisch dat je daar even een uitweg in zoekt. Je wilt even niet meer, je wilt misschien even uitrusten op de reservebank en dat kan niet altijd. Een eetbui kan dan even een uitweg zijn, een manier om te ontsnappen. Misschien komt de eetbui-drang vanuit die behoefte en dat is heel begrijpelijk. Alleen is het zo rot dat een eetbui vaak maar voor heel even verlichting brengt en vlak daarna nog meer negatieve gevoelens. Negatieve gevoelens, negatieve gevolgen en nog eens extra kracht voor je eetstoornis. Daarna ben je alsnog niet vrij, niet geholpen, maar slechts opgezadeld met een nog vervelender gevoel. Terwijl je een gezond verlangen had om even pauze te willen nemen. Zou je dat ook op een andere manier kunnen krijgen?
Verdoven
Het eten, het volproppen en ook het compenseren bracht mij van alles. Het verdoofde me en het gaf invulling. De leegte of de somberheid die ik voelde, wilde ik verdoven. Ik moest er iets mee en dit was ongelofelijk effectief. De eetbuien en het compenseren was iets dat uren, zelfs dagen kon duren. Dagenlang kon ik ermee bezig zijn. Dagenlang afgeleid zijn van het gevoel dat je zo vreselijk vindt. Dagen lang verdoofd zijn, omdat je je even geen raad meer weet met jezelf. Omdat je misschien zelfs even geen andere manier weet dan dit.
Geen wonder dat het telkens weer zo verleidelijk is. Eten verdooft, compenseren verdooft. Verdoven is iets wat mensen misschien altijd wel zullen willen of doen, omdat het leven ontzettend hard is. Omdat je je eigen redenen hebt om te willen verdoven, om je gevoel even iets dragelijker te kunnen maken. Dus die behoefte is helemaal niet zo gestoord, dat maakt jou niet zwak of gek. Dat maakt je een mens. Misschien gaat het veel meer over jezelf vergeven voor dit gevoel en jezelf gunnen dat je het ook anders kunt leren?
Straffen
Vaak genoeg kwam het voor dat het toch al verpest was. Het kon hem in de kleinste dingen zitten; een koekje extra, een gemaakte fout op werk, een afwijzing. Zodra ik een slecht gevoel had over mijzelf, kon ik in een neerwaartse spiraal terechtkomen en daar bemoeide het eten zich ook altijd mee. Hoewel ik eten vaak als beloning zag. Zowel om van smaak te kunnen genieten, als een eetgestoorde manier om ‘mijzelf te verbeteren’. Was het vaak ook een manier om mijzelf te straffen. Een eetbui werd een middel om mijzelf nog somberder te maken. Het maakte toch niet meer uit en ik verdiende niet beter dan dit. Alsof ik wilde zwelgen in mijn eigen ellende, ik wilde niet eens proberen om het beter te maken. Het had toch geen zin en de enige weg was verder naar beneden.
Het gevoel jezelf vol te willen proppen, je misselijk te eten en daarna te moeten compenseren. Het zijn nogal wat eisen en opgaven die je jezelf voorschotelt. Het zijn enorme uitersten en het vraagt heel erg veel van je lichaam, het put je uit. Misschien dient dit lichamelijke aspect en het bijkomende rotgevoel wel als straf. Als manier om jezelf naar beneden te halen en elke hap te zien als bewijs dat je niets waard bent. Niet omdat je je zo wilt voelen, maar omdat het misschien zo ontzettend vertrouwd is geworden. Een eetbui kan misschien voelen als een dikke middelvinger naar jezelf, want zo ga je eigenlijk alleen om met iemand die je niets waard vindt. Iemand die op dat moment juist liefde en zorg nodig heeft, laat je links liggen.
Genieten
Als de handrem er altijd opstaat en als de lijst met verboden producten eindeloos is geworden, valt er weinig leuks aan eten te beleven. Als het onmogelijk is geworden om jezelf dagelijks te voeden, door de regels van de eetstoornis, is genieten van eten er ook niet meer bij. Misschien hou je juist onwijs van eten, wilt je gezonde kant niets liever dan de smaken proeven waar je vroeger zo van genoot. Dan kunnen eetbuien ook een uiting zijn van dat verlangen. Om even te willen genieten van eten, van een eetbui desnoods.
In mijn dagelijks leven heerste een behoorlijk strenge structuur. Vrijwel elke dag hield ik mij aan strenge regels, minimale hoeveelheden en koos ik voor producten waar ik eigenlijk helemaal niet blij van werd. Die drang naar een eetbui kwam voor een deel vaak voort uit het verlangen naar lekker eten. Ik ontzegde mijzelf zoveel dingen, maar mijn behoefte daarnaar verdween natuurlijk niet zomaar. Die spanning liep vaak op. De behoefte aan chocola, donuts, pizza en ijs werd soms ondragelijk. Wat je niet meer mag, wil je vaak des te liever! Mede doordat ik mezelf dus soms een eetbui toestond, wist ik dat ik daarin ontlading kon vinden. Ik wist, ooit mag het weer. Dus liet ik de spanning oplopen tot het niet meer ging. Tot een moment dat het niet meer te houden was en ik weer even alles mocht eten wat ik wilde. Alle remmen gingen los. Heel even mocht ik genieten.
Hoewel er van genieten vaak geen sprake is tijdens een eetbui. Ja, misschien de eerste paar happen, omdat de smaakexplosie natuurlijk niet te vergelijken was met de smaakloze maaltijden van daarvoor. Maar al snel was er niets fijns meer aan. Maar geef me eens ongelijk, dacht ik later. Als je jezelf al het lekkers ontzegt, gaat dat verlangen natuurlijk niet weg. Er kwam een duidelijke tweedeling in mijn hoofd. Alle lekkere dingen waren voor eetbuien, alles wat wél ‘veilig’ was moest op de andere dagen. Hier moest ik mij streng aan houden. Dat was ook precies wat de eetbuien in stand hield. Alsof ik mijn behoefte aan lekker en ‘fout’ eten moest kaderen, zodat mijn eetstoornis ermee om kon gaan.
Terwijl daar vaak de fout lag; het goed- en afkeuren van eten. Het hield die tweedeling in stand. Kiezen voor fout eten maakte mij dus fout. Het hebben van eetbuien maakte mij fout. Ik keurde mijzelf af voor het hebben van een gezonde behoefte en elke eetbui was een extra reden om van mijzelf te walgen. Zie je wel, dacht ik. Terwijl de behoefte aan lekker eten ontzettend gezond en normaal is. Daar is niets mis mee. Het enige dat mis kan zijn is de manier hoe je eetstoornis daarmee omgaat. Hoe je eetstoornis gebruik maakt van een menselijke behoefte. Veroordeel jezelf daar niet voor, want er is niets mis met je. Je verdient nu vooral een fijnere manier om daarmee om te gaan.
Herken je je in dit verhaal en wil je hier graag over doorpraten? Morgen, donderdag 24 oktober, van 20.00 tot 21.00 uur is er een themachat over eetbuien. Je bent van harte welkom!
Geef een reactie