Mijn vingers glijden over mijn scherm, evenals mijn ogen. Vluchtig bekijk ik alle foto’s die in een razendsnel tempo voorbij komen. Dikke vrouwen, dunne vrouwen, vrouwen in rolstoel, vrouwen met rimpels, zonder rimpels, zonder haar; het is er allemaal. Het lichaam is prachtig en moet gevierd worden. Ook al is dit een hele positieve wending, toch voel ik me hier niet altijd even prettig bij. Want hoeveel ik ook van mijn lichaam houd, toch ben ik met vlagen nog best gevoelig voor lichamen in een bepaalde setting.
Ergens is een deel van mij ontzettend trots dat ik een periode leef waarin het allemaal maar mag. Halfnaakte modellen in mooie lingerie, in lelijk ondergoed, lichaamshaar, menstruatiebloed; alles is bespreekbaar en zichtbaar. Toch schuilt hier voor mij ook een andere kant in. Het lichaam wordt naar mijn idee ook erg geromantiseerd, iets waar ik zelf soms nog weleens moeite mee heb.
Alle lichamen zijn gelijk en hebben recht op dezelfde dosis (zelf)liefde en waardering. Ergens houd ik vast aan het idee dat de body positivity beweging vooral is opgezet voor en door mensen die het idee hebben dat hun lichaam niet voldoet (of voldeed) aan de maatschappelijke normen. Zo komt de trend oorspronkelijk vanuit de ‘fatosphere’; een community waarin vooral gestreden wordt naar gelijkheid voor mensen met een maatje meer. Die vanuit de maatschappij (onze maatschappij) niet als vol worden aangezien. Ironisch genoeg.
Ik moet altijd sensueel zijn
Alle foto’s die ik voorbij zie komen zijn prachtig. Stuk voor stuk. Vrouwen – meestal – in een haast romantische setting in onthullende lingerie. Want het lichaam mag er zijn; elk deeltje en stukje ervan. En daar ben ik het mee eens, absoluut. Maar toch bekruipt mij hierdoor het gevoel dat ik óók zo moet zijn. Dat ik ook in mijn roze, poezelige lingerie op de bank in het juiste licht moet zitten. Hoe positief de insteek van deze beweging ook is, jaren geleden waren dit soort foto’s voor mij een trigger geweest.
Dit ligt niet aan de lichamen. Maar wel aan de manier hoe een lichaam soms wordt geportretteerd. Nog steeds heb ik wel eens moeite met de manier hoe ik mijn lichaam ervaar. Dit heeft niet te maken met het gewicht dat ik heb, maar wel het gewicht dat ik hieraan hang. Ik ben blij met hoe mijn lichaam eruit ziet, hoe het functioneert, maar soms ben ik er ook bang voor. Niet zozeer voor mijn lichaam, maar wel het laten zien van dat lichaam. In een eerdere blog schreef ik over mijn relatie tot seks.
“Nu ik veel series kijk en mijn telefoon dagelijks gebruik, kom ik vrijwel elke dag in aanraking met naakte lichamen en gepassioneerde seksscènes. Waar ik dit een tijd geleden best lastig vond, kan ik hier nu wel mee omgaan. Dacht ik althans. Maar langzaamaan begon ik mijzelf meer te vormen naar het ideaal dat ik dacht te moeten zijn. Ik moest ook zwoel en sexy zijn. Ik moest ook zo’n gepassioneerde relatie hebben. Ik moest ook altijd zin hebben in seks en flirterig zijn.” Uit de blog: pornoficatie maakt mij onzeker
Mijn probleem ligt dus niet bij de diversiteit aan lichamen, juist niet. Meer met de manier hoe ik vervolgens na ga denken over mijn ontwikkeling, mijn seksualiteit. Iets waar ik deze beweging natuurlijk niet de schuld van kan geven, maar waardoor ik me hier wel mee bezig houd.
Ik moet mijn lichaam mooi vinden
Het heeft lang geduurd voordat ik op een punt kwam waar ik nu ben. Mijn relatie met mijn lichaam heeft vele dieptepunten gekend. Op internet word ik veel geconfronteerd met vrouwen die hun lichaam omarmen, vieren. Iets wat ik heel fijn en ook zeker knap vind. Maar ergens voelt het alsof ik daardoor geen moeilijkheden meer mag hebben. Alle lichamen zijn mooi, dus ook de mijne. Mijn lichaam is mooi, vind ik ook mooi. En toch ken ik momenten dat ik mijn lichaam even niet zo voel. Ik vecht er niet meer tegen, maar meewerken wil het ook niet altijd. En dat is prima, dat is oké. Dat hoort denk ik ook gewoon een beetje bij het leven. Zolang het je maar niet dagelijks in de weg gaat zitten.
Wat me verder een beetje stoort is hoe #bodypositivity wordt gebruikt door magere meisjes op Instagram. Terwijl ik dit schrijf, voel ik meteen een schok door mijn lichaam gaan. Want wie ben ik om dit te zeggen? En ben ik nu ook niet aan het bodyshamen? Iets waar juist deze movement tegen vecht?
Ja, elk lichaam doet er toe, maar iets in mij voelt hier toch een kleine weerstand bij. Magere, afgetrainde lijven in een bikini zijn in overvloed te vinden onder de hashtag ‘bodypositive’. De eerste twee foto’s die ik op dit moment bovenaan zie staan, zijn dan ook twee afgetrainde meisjes. Was dit het doel van deze beweging? Of ging het puur om de lichamen die niet voldeden aan onze eigen criteria? De reacties: ‘Those abs’, ‘Hottie’, ‘Looking so fit’, ‘Love the abs…’ Is dit wat bodypositivity is? Is dit wat ze teweeg willen brengen? Willen ze ‘hot’ gevonden worden? Of vooral geaccepteerd om wie ze zijn, met (misschien) een maatje meer?
Niet het lichaam maar het talent
Een foto op Instagram is vrij eenzijdig. Het is een momentopname. Letterlijk. Toch vind ik het jammer dat er minder aandacht wordt besteed aan het geheel. Hoe goed ik deze beweging ook vind, het draait naar mijn idee vooral om het lichaam. Maar er is zoveel meer dan dat. Of je nu dun bent, een gezond gewicht hebt, of dik bent; iedereen heeft zo zijn kwaliteiten en talenten. Ik zou het zo mooi vinden als de focus wat meer van het gewicht af wordt gehaald en ook naar de andere kanten en talenten wordt gekeken. Het lichaam is ook prachtig en mag ook zeer zeker gevierd worden. Een lichaam is natuurlijk niet ‘maar’ een lichaam, maar uiteindelijk is het vooral de drager van al het moois aan de binnenkant.
Dit zijn punten waar ik persoonlijk tegen aanloop en dit hoeft niet voor iedereen hetzelfde te zijn.
Hoe denk jij hierover?
Geef een reactie