In de psychiatrie is hospitalisatie een bekend begrip. Het is een proces dat veel voorkomt in psychiatrische instellingen/ klinieken waar cliënten een langdurige tijd samen leven. Dit leven vindt plaats binnen de normen, waarden en regels van de instelling. Hoe langer een opname duurt, hoe meer iemand zich gaat aanpassen aan de regels en zich gaat gedragen zoals dat verwacht wordt van de instelling.
Vrijwel alles wordt in een kliniek geregeld voor de cliënt, dus is het ook niet nodig om zelf veel initiatief te nemen. Initiatief nemen leer je als het ware af. Eigenlijk wordt bijna het hele leven voor je in een kliniek geregeld en hoeft je je alleen maar aan te passen.
De echte wereld, maatschappij, ligt buiten de muren van de instelling en draait door zonder dat je hieraan mee hoeft te doen of moet voldoen aan de normen en waarden die daar gelden. Uiteindelijk leidt dit tot verlies van jouw identiteit als mens en verandert het je zelfbeeld.
Jaren geleden zaten mensen vaak langdurig (meerdere jaren) in een psychiatrische instelling waardoor hospitalisatie nog vaker optrad. Tegenwoordig zijn de opnames veelal korter en wordt er meer tijd besteed aan de zelfstandigheid van de patiënt waardoor hospitalisatie minder voorkomt. Het verschijnsel is er echter nog steeds. Grofweg zijn er die grote oorzaken van hospitalisatie die onderling allemaal samenhangen:
♥ De instantie
Doordat je langere tijd afgesloten bent van de ‘’echte” wereld, neemt je belangstelling hiervoor steeds meer af. Na verloop van tijd gaat alles draaien om het kleine, gesloten en veilige wereldje in de kliniek of op de afdeling. Veelal ben je (onbewust) zo erg bezig met het patient-zijn en met de medepatiënten, dat je de realiteit een beetje kwijt raakt en vergeet dat er ook nog anderen dingen zijn dan de psychiatrie.
Ook het contact met familie en vrienden buiten de kliniek blijkt te verminderen als jouw opname langer duurt. De drempel voor mensen om op bezoek te gaan bij een vriend of familielid, is vaak wat hoog en omdat jijzelf niet meer in je eigen woonomgeving leeft, verwatert het contact met de buitenwereld.
Verder kan ook de eentonigheid van het leven in een kliniek hospitalisatie in de hand werken. Binnen een afdeling zien dagen er veelal hetzelfde uit waardoor je geen prikkels krijgt. Vaak wordt er bijvoorbeeld voor het eten gezorgd terwijl het voor veel mensen misschien prettig zou zijn om zelf te koken, om iets om handen te hebben.
♥ Jij als persoon
Uit onderzoek blijkt dat mensen die in hun opvoeding te maken hebben gehad met erg beschermende ouders, meer risico lopen op hospitalisering omdat zij zich afhankelijker opstellen dan anderen. Ook mensen met faalangst hospitaliseren sneller omdat zij graag op veilig en bekend terrein blijven zonder al te veel risico’s te hoeven nemen.
Verder kan ook medicijngebruik een rol spelen bij hospitalisering: sommige medicatie zorgt ervoor dat je wat suffig wordt waardoor je op de afdeling niet meer zo snel initiatief zal nemen. Je onderneemt ook weinig dingen meer en met mensen afspreken buiten de psychiatrie is je allemaal te veel gedoe.
Tot slot blijkt ook dat hoe tevredener je bent over de opname, hoe eerder je zal hospitaliseren. Je vindt dan jouw leven zoals dit nu is, prettiger als de situatie waar je voorheen in zat, de grote buitenwereld.
♥ De hulpverlener
Hulpverleners hebben de neiging om veel taken van de jou als cliënt uit handen te nemen, omdat het dan sneller gaat. Dit gebeurt vooral bij werkdruk en personeelstekort. Dit heeft een negatieve invloed op jouw zelfredzaamheid. Door de hoge werkdruk en het tekort aan personeel zijn instellingen er op gericht zo snel en efficiënt mogelijk te werken. Dit betekent dat hulpverleners graag zien dat alles altijd op dezelfde manier gebeurt. Er is daardoor minder zicht op het individu, alles draait om snel efficiënt werken.
Daarnaast kan ook de hulpverlener zelf hospitaliseren, in plaats van de cliënt. Sommige hulpverleners zitten zo vast in de routine van de instelling en passen zich zonder emoties aan aan de regels die gehanteerd worden. Hierdoor krijgen zij een oppervlakkige en zakelijke houding. Hospitalisatie van de hulpverlener kan ook ontstaan door de zware emotionele belasting van het werk of door het continu werken met cliënten die al gehospitaliseerd zijn.
Kenmerken hospitalisatie
Hoe weet je of en in hoeverre iemand gehospitaliseerd is? De volgende punten zijn kenmerkend voor een gehospitaliseerde cliënt:
* Je hebt de behoefte jouw opname keer op keer te verlengen. Zicht op ontslag maakt jou bang.
* Je ziet de kliniek als ‘’thuis”.
* Zodra jouw ontslag dichterbij komt, krijg je een terugval.
* Je accepteert de situatie zoals deze is en je bent niet gemotiveerd om op te komen voor jezelf.
* Je neemt niet of nauwelijks initiatief om dingen buiten de instantie te gaan doen.
* Je hebt steeds weinig interesse voor dingen die zich buiten de kliniek afspelen.
* Je geeft je als het ware over aan de hulpverleners en je lijkt geen eigen mening meer te hebben of zelf problemen op te kunnen lossen.
* Je stelt zich erg afhankelijk op.
* Je kan voor weinig dingen meer enthousiast worden gemaakt.
* Je kan hierdoor depressieve trekken gaan vertonen.
* Je besteeds steeds minder aandacht aan je uiterlijk en verzorgt jezelf minder goed.
* Je gaat je een beetje gedragen als een klein kind.
* Je komt terecht in een sociaal isolement en je krijgt een steeds negatiever zelfbeeld.
Je kan bovenstaande deels zelf voorkomen door veel contact met de buitenwereld te blijven onderhouden. Je kan daarnaast bijvoorbeeld op zaterdag een hobby, cursus of deeltijdstudie (geen thuisstudie) gaan doen. Blij dingen ondernemen. Wanneer je bovenstaande kenmerken bij jezelf herkent, praat erover en ga je angsten – het échte leven aangaan – aan!
N.b. hospitalisatie kan ook optreden (al is de kans wel kleiner en de hospitalisatie minder hevig) tijdens dagbehandeling. Dit is dus niet alleen een verschijnsel wat voorkomt bij opname.
Hospitalisatie en eetstoornis
Heb jij al eens een (eetstoornis)kliniek van binnen gezien? Ken jij veel meiden met een eetstoornis vanuit allerlei klinieken en hecht je misschien meer waarde aan deze contacten dan aan ‘’gewone” vrienden? Gaat het in de kliniek elke keer op en top, maar val je terug zodra je thuis bent? Misschien ben jij dan ook wel gehospitaliseerd…
Soms is je eetstoornis dusdanig ernstig dat je het met ambulante hulp of een deeltijdbehandeling niet meer redt en dat is het beter als je een tijdje in opname gaat. Een opname kan heel waardevol zijn en je enorm vooruit helpen, maar er zitten dus ook risico’s aan. Tijdens een opname draait alles om jouw ‘’ziekte”, dat is eigenlijk het enige waar je nog mee bezig bent.
Als je langdurig in een zelfde instantie verblijft of juist in veel verschillende instanties opgenomen bent, kun je ook interesse voor de buitenwereld verliezen, juist omdat je alleen maar bezig bent met je problemen en alles wat daarbij komt kijken. Je medepatiënten hebben veelal dezelfde klachten waardoor je elkaar volledig begrijpt. Je krijgt alle steun van elkaar en van de hulpverleners. Je volgt de regels in de kliniek, je past je aan omdat het nu eenmaal zo moet, je volgt je eetlijst, omdat het nu eenmaal zo hoort.
Je voelt je best ok, de dagen gaan vanzelf voorbij en je hoeft eigenlijk vrij weinig te doen, hebt geen verantwoordelijkheid, je hoeft alleen maar te eten, te praten over je gevoelens en te doen wat de hulpverleners zeggen. Hoe langer en hoe vaker je opgenomen wordt, hoe meer je het contact met de buitenwereld verliest. School, studie, werk, familie, het gaat je steeds zeggen, het komt verder van je af te staan en het wordt steeds moeilijker om het weer op te pakken, om terug te keren in de échte wereld.
Dus dan voel je je goed, mag je met ontslag en val je ineens midden in je leven waar juist veel minder draait om jouw ziek zijn en waar jij niet meer de afhankelijke patiënt bent, maar een zelfstandige jonge vrouw. Het kan enorm onveilig voelen, al deze verantwoordelijkheid.
Er is geen hulpverlener meer die zegt dat je je boterham moet eten, en er is geen structuur meer waar je je bijna automatisch aan houdt: je moet het weer zelf gaan doen. Hierdoor vallen veel mensen terug (niet eens bewust) in hun oude eetgestoorde gedrag, om maar weer de patiënt te kunnen zijn die geholpen moet worden en om aan de omgeving te benadrukken dat ze nog altijd ‘ziek’ en afhankelijk zijn.
Herken je dit? Wees je er bewust van en onthoud goed dat het menselijk is dat je misschien eens terug denkt aan de tijd in de kliniek en beseft dat het daar soms ook best fijn was en dat er zelfs momenten zijn dat je er naar terug verlangt. Dat is helemaal niet erg, zolang je je maar beseft dat er zoveel meer is dan ziek zijn en patiënt zijn, en dat het leven een stuk fijner is als je zelf verantwoordelijk bent voor je leven, in plaats van een hulpverlener. Jij bent niet afhankelijk van een kliniek.
Het echte leven biedt je zoveel meer dan een kliniek!
Door: Sandra
Bronnen: Hospitalisatie in de psychiatrie, Zon en Schild eindrapport 2008
Psychiatrie-nederland.nl Foto onder: flickr.com/photos/fortcollinschiropractor
Foto boven: flickr.com/photos/danielviero
Geef een reactie