We zitten allemaal weleens wat minder lekker in ons vel, dat is opzich helemaal niet zo erg. Een zekere mate van stress, spanning en verdriet horen nu eenmaal bij het leven. Deze gevoelens toelaten zorgt ervoor dat we bepaalde zaken kunnen verwerken en het een plekje kunnen geven. Ook kan gezonde spanning net voor dat beetje extra adrenaline zorgen dat je iets beter presteert of wat meer durft. Echter gaat het mis wanneer deze spanning langdurige tijd blijft, daar is ons lichaam namelijk niet voor gemaakt. Dit kan leiden tot een burn-out of depressie, maar waar ligt die grens?
Tijdens mijn eetstoornis heb ik me regelmatig erg down gevoelt. Wanneer ik wakker werd kon ik soms erg opzien tegen de dag. Zeker wanneer ik de dag daarvoor een eetbui had gehad, voelde ik me dik en opgeblazen in de ochtend. Op die dagen kwam ik liever niet m’n bed uit en wilde ik ook geen mensen onder ogen komen. Ik voelde me vies en lelijk en wilde het liefst dat de dag zo snel mogelijk weer voorbij was, zodat het vieze gevoel ook voorbij zou gaan.
Ik kon best genieten van het leven, zag een toekomst voor me en was graag onder de mensen. ‘Het enige’ dat me in de weg zat was die verrekte eetstoornis, en ja, dat kostte me onwijs veel energie. Soms zag ik door de bomen het bos niet meer en had ik het gevoel dat ik er nooit uit zou komen. Toch, wanneer het eten wel weer aardig ging, had ik nooit zoveel moeite om mijn bed uit komen en aan de dag te beginnen.
Ik was vaak moe, zat niet lekker in mijn vel en had weinig vertrouwen in m’n kunnen, toch ging dit gevoel na een tijdje weer voorbij. Ik viel terug en krabbelde weer op. Ik kreeg m’n eetbuien weer een tijdje onder controle, won wat zelfvertrouwen en mijn lichaam balanceerde zich weer uit. Dit ging met ups en downs, met in dit geval de nadruk op ‘ups’. De grote, grijze regenwolk dreef over, kwam soms terug, maar dreef uiteindelijk altijd weer weg. Bij een depressie is dat niet het geval.
Zelf heb ik dan ook geen werkelijke depressie gehad, maar het baart me zorgen dat ik veel mensen om me heen wel zie lijden aan deze ziekte. Om de één of andere reden lijkt het steeds vaker te voor te komen. We leven in een snelle wereld waar veel van ons verwacht lijkt te worden en de spanning soms enorm op kan lopen. Als die spanning nooit afneemt, neemt de kans op een depressie aanzienlijk toe en wanneer je daar eenmaal in beland bent kan het een zwaar gevecht zijn om er weer uit te komen.
Een klinische depressie is iets heel anders dan een tijdje niet zo lekker in je vel zitten. De grote, grijze regenwolk beweegt zich met je mee, waar je ook gaat. Waar je van een dipje best last kan ervaren in je dagelijks leven, wordt je dagelijks leven door een depressie echt belemmerd. Het begint al zodra je wakker wordt. Uit je bed komen is een onmogelijk opgave, alsof er een zak met bakstenen op je ligt. Deze is te zwaar om van je af te tillen, wanneer je eraan denkt raak je al uitgeput en dus blijf je maar liggen.
Het lastige van een depressie is dat je het niet altijd aan de buitenkant kan zien en we allemaal we eens een periode wat minder lekker in ons vel zitten. Hierdoor kan het voor de ander, maar vooral ook voor jezelf lastig zijn om op te merken dat je last hebt van een depressie. Bovendien komen depressies in verschillende vormen en maten. Ook hierdoor is het soms lastig op te merken wat er nou precies speelt, omdat je niet alle soorten depressie precies met elkaar kunt vergelijken.
Probeer dan ook niet zelf een diagnose te stellen, maar raadpleeg een dokter als jij het gevoel hebt dat er iets niet helemaal lekker zit. Een dokter raadplegen is altijd vrijblijvend. Mocht je nou het idee hebben dat je geen depressie hebt, ook dan is het goed om dingen echt uit te kunnen sluiten of te onderzoeken wat er dan wél aan de hand is. Als jij je niet goed voelt, in welke vorm of maat dan ook, heb je het recht om daar iets aan te doen en hulp te vragen. Neem jezelf en je klachten serieus. We hebben allemaal recht op een mooi en gelukkig leven.
♥
Fotografie door Porsche Brosseau
Geef een reactie