Ik sta in het pashokje van H&M met een berg kleding in kleine maten. Eigenlijk heb ik helemaal geen nieuwe kleren nodig, maar ik wil gewoon graag iets nieuws hebben. Ik kijk in de spiegel en keur mijn figuur. Mijn blik blijft hangen op mijn buik, mijn ‘probleemzone’. ‘Kan beter’, denk ik terwijl ik in mijn buik knijp. Het licht in het pashokje doet mijn voorkomen geen goed. Ik ben bleek en mijn puistjes vallen meer op. In de paskamer naast me hoor ik hoe een vriendinnengroepje samen aan het winkelen is. Er worden maten genoemd die kleiner zijn dan mijn maat en ik voel me dik. Met tegenzin begin ik met het passen van de berg te kleine kleding.
Toen ik een eetstoornis had vond ik de maat waarin ik mijn kleding kocht erg belangrijk. Het liefst wilde ik in kleding passen die een maatje kleiner was dan de maat die ik eigenlijk had. Als ik kleding kon kopen in een kleinere maat was mijn eetstoornis tevreden en mocht ik me voor even goed voelen over mezelf. Maar, wanneer ik een grotere maat nodig had, werd de eetstoornis woest. Dat kledinglabletje was dus enorm belangrijk voor mijn eigenwaarde. Een kleinere maat was goed, een grotere maat was slecht. Als een kledingstuk me leuk stond, maar het paste alleen in een grotere maat, dan wilde ik het niet hebben.
Ook kocht ik wel eens kleding die aan de kleine kant was ter ‘motivatie’. Meestal waren dit broeken. Ik hoopte dan dat ik er wel goed in zou passen als ik wat afviel. Die broeken zaten vervolgens strak en oncomfortabel, en in het dagelijks leven trok ik ze daarom maar zelden uit de kast. Ondanks mijn eetstoornis boulimia nervosa, heeft mijn gewicht nooit veel geschommeld en er was daardoor zelden een moment waarop ik die kleine kleding wide dragen. Op mijn ‘dunnere dagen’, waarop ik die broeken dan wel aan kon, voelde ik me er altijd dik in.
Lang heb ik veel van dit soort te kleine broeken bewaard, in de hoop om op een dag toch nog af te vallen. Op de een of ander manier kon ik er geen afstand van doen. Zelfs tijdens mijn herstel vond ik het lastig om de broeken weg te doen: een teken dat ik toch nog vasthield aan de eetstoornis. Bovendien vond ik het ook zonde om goede kleding weg te doen en ik vond de kleding ook gewoon nog mooi.
Toen ik al wat verder was in mijn herstel heb ik toch alle kledingstukken uit mijn ‘eetstoornis tijd’ toch weg kunnen doen. Ik ben in één keer door mijn kast heen gegaan en heb kritisch gekeken naar wat ik nog wilde houden en wat er weg kon. Ik heb alleen dat bewaard wat me goed staat en me ook goed past. Ook heb ik toen uit bijna al mijn kleding de labels geknipt. Wat weg kon heb ik weggegeven aan vrienden of in een goede doelen kledingbak gedaan. Dat luchtte op en ik heb er geen spijt van gehad.
Als ik nu kleding koop let ik op hele andere dingen dan vroeger. Waar het eerder belangrijk was dat ik er vooral dun uitzag in de kleding die ik kocht, vind ik het nu vooral belangrijk dat de kleding lekker zit en past bij wat ik al in de kast heb hangen. Ook ga ik helemaal niet meer zo vaak winkelen als vroeger. Alleen als ik iets nodig heb ga ik op pad, en meestal bezoek ik dan maar twee of drie winkels omdat ik het anders al snel te lang vind duren.
Wanneer ik nu nieuwe kleding koop is de maat niet meer zo belangrijk voor me. Mijn maat zegt helemaal niets over wie ik ben als persoon en als een kledingstuk met een grotere of kleinere maat me op dat moment beter staat, dan is dat prima en koop ik het gewoon. Wel heb ik vaak dat ik precies tussen twee kledingmaten in lijk te vallen. In zo’n geval kies ik meestal voor de grootste maat, omdat het dan vaak gewoon comfortabeler zit.
Als ik me goed voel in de kleding die ik draag straal ik dat ook uit. Ik vind het daarom belangrijk dat mijn kleding nergens knelt, zacht is en op zijn plek blijft zitten terwijl ik beweeg. Ik heb niet langer zin om de hele dag aan mijn kleding te moeten lopen trekken en zit niet meer te wachten op het gevoel constant mijn buik in te moeten houden.
Als je binnenkort gaat winkelen voor nieuwe kleding heb je misschien iets aan de volgende tips:
♥ Ga niet alleen
Als je gaat winkelen kan het fijn zijn om niet alleen te gaan, maar bijvoorbeeld samen met een gezinslid of een goede vriendin. Anderen kunnen vaak heel makkelijk zien wat jou goed staat en kunnen je helpen om kleding te kiezen die goed bij je past. Ook is het handig dat, terwijl jij in het pashokje staat, ze heen en weer kunnen lopen om kledingstukken in een andere maat te halen, als dat nodig is. Sowieso kan het erg gezellig zijn om samen te gaan winkelen, als je er een klein dagje uit van maakt. Het hoeft dan niet alleen om het kopen van kleding te gaan, maar jullie kunnen bijvoorbeeld ook samen bijkletsen in een cafeetje, of naar de bioscoop gaan die dag.
♥ Let niet op labels
Als je moeite hebt met het accepteren van kledingmaat, kan het prettig zijn om niet op de kledinglabels te kijken. Dit kan degene met wie je gaat winkelen dan voor jou doen. Als je niet weet welke kledingmaat je aan het passen bent kun je beter letten op hoe het kledingstuk daadwerkelijk zit, en of het comfortabel draagt.
♥ Kledingmaten zijn in elke winkel anders
Bedenk je tijdens het winkelen dat de ene kledingmaat de andere niet is. Winkels uit verschillende landen hanteren vaak eigen matentabellen waardoor kleding ineens veel groter of kleiner uit kan vallen. Probeer daarom niet te veel waarde te hechten aan het getalletje op het kledinglabel, het zegt eigenlijk niet zo veel.
♥ Kies de goede dag uit
Als je gaat winkelen met een eetstoornis kan je beter niet op een dag gaan wanneer je niet zo lekker in je vel zit. Kleding kopen kan op zichzelf al een uitdaging zijn met een eetstoornis en als je je niet prettig voelt ben je veel vatbaarder voor negatieve gedachten. Kies daarom de dag waarop je wil gaan winkelen zorgvuldig uit en zorg dat je bijvoorbeeld voldoende tijd hebt zodat je niet hoeft te haasten.
♥ Bezoek niet meer dan drie winkels
Spreek met jezelf, of met degene met wie je gaan winkelen af dat je niet meer dan twee of drie winkels gaat bezoeken en kies van te voren welke dat dan zijn. Op deze manier weet je vooraf al hoe lang het winkelen ongeveer zal gaan duren en is het makkelijker om je daarop voor te bereiden. Onthoudt ook dat je geen nieuwe kleding moet kopen. Als je niet kan vinden wat je zoekt is dat helemaal niet erg. Volgende keer beter. Ga door met je dag en ‘trek het je niet aan.’
Hoe voel jij je tijdens het winkelen?
Geef een reactie