De eerste leugen die ik mij kan herinneren heb ik nog goed in mijn geheugen. Ik was toen ongeveer 3 of 4 jaar oud. Op de peuterspeelzaal hield de kleuterjuf van ieder kind een schriftje bij. Iedere dag of week mochten we iets vertellen en zij schreef dat dan op in ons schrift. Ik had een rood schrift van Jip en Janneke, met gele randjes. Ik vertelde haar dat ik met mijn papa en mama naar de Mac Donalds waren geweest en dat ik héél veel Happy Meals had gekregen met heel veel speelgoedjes. Ik herinner me nog goed dat ik toen plots een heleboel angst voelde: Mama zou dat schriftje ook lezen! Ik schaamde me rot en heb me daar ook heel lang schuldig om gevoeld. Ik ben later wel eens in huis op zoek gegaan naar dat schriftje om te kijken of het er écht stond, was ik toen al zo’n leugenaar?
Ook herinner ik me nog dat ik veel loog toen ik in het begin van de puberteit zat. Ik was altijd gepest op de basisschool en had het idee dat niemand mij leuk vond. Op de middelbare school vertelde ik soms leugens over dingen die ik in mijn vrije tijd zou doen. Toen wij eenmaal internet zonder inbel-verbinding en een ‘huiswerkcomputer’ hadden, begon ik ook op het internet te liegen. Hier kon ik heel iemand anders zijn dan ik eigenlijk was en echt ‘uitpakken’ met mijn leugens. Op school durfde ik dat niet, omdat mensen de waarheid sneller zouden kunnen achterhalen. Op een forum van mijn favoriete artiest vertelde ik mijn fantasieën alsof ze de werkelijkheid waren. Ik zou heel populair zijn, uitgenodigd worden voor allerlei leuke feestjes en geweldige ouders hebben. De jongens moest ik van me af slaan, vertelde ik altijd. Ondertussen werd ik op de middelbare school ook nog gepest. Hier kreeg ik geen aandacht met mijn mooie verhalen, dus besloot ik dat ik een eetstoornis wou krijgen en mezelf zou gaan beschadigen. Misschien zou ik dan eens wél gezien worden. Ik loog dus dat ik ziek was.
Wanneer een jong kind liegt, kan dat heel normaal zijn. Jonge kinderen hebben moeite met onderscheid maken tussen de waarheid en fantasie. Hun fantasie is dan de waarheid, deze kinderen vertellen er dan ook op los. Dit is zelfs essentieel voor de zelfontwikkeling van het kind. Jongeren en volwassenen zijn zich meestal heel bewust van hun leugen en van het verdraaien van de waarheid, maar dit betekent niet dat ze dan altijd de waarheid vertellen. Een leugentje om bestwil is zo verteld en in de meeste gevallen ook niet schadelijk. Soms kan een situatie escaleren doordat je een leugen verteld hebt, maar dit zal je waarschijnlijk niet iedere dag overkomen. Soms gebeurt dit wel. Liegen kan dan een psychiatrisch verschijnsel zijn waarbij jijzelf of de mensen om jou heen schade aangedaan kan worden.
Een voorbeeld hiervan is pathologisch liegen. Met het liegen tegen anderen kun je dan een bepaalde identiteit gecreëerd hebben. Je web van leugens is dan jouw manier van leven wat jou een gevoel van eigenwaarde kan geven, bijvoorbeeld wanneer je je voordoet als piloot of zangeres. Je doet alsof jouw fantasie de werkelijkheid is. Pathologisch liegen wordt soms ook wel pseudologia fantastica genoemd en kan een symptoom zijn van een andere psychiatrische aandoening of persoonlijkheidsstoornis, of kan op zichzelf staan. In het laatste geval kan het dan om een drangstoornis gaan en dan wel om een stoornis in de impulsbeheersing.
Iets anders is een nagebootste stoornis. Een patiënt met een nagebootste stoornis zal doen alsof hij lichamelijke of psychiatrische symptomen ervaart. Veel mensen wenden zich dan niet tot een arts, maar zoeken steun en erkenning in hun eigen sociale omgeving. Sommige mensen bezoeken wel een arts. Zij kunnen soms opzettelijk symptomen bij zichzelf veroorzaken door bijvoorbeeld zelfvergiftiging. Een bijzondere vorm van een nagebootste stoornis is het syndroom van Münchhausen, dit is eigenlijk een combinatie van pathologisch liegen en een nagebootste stoornis. Iets anders is nog de nagebootste stoornis by proxy, waar iemand ziekteverschijnselen veroorzaakt bij hun kind of iemand anders die afhankelijk van ze is. Op deze manier krijgen zij respect en erkenning voor zichzelf. Het doel bij deze stoornissen is dan ook om de identiteit van de patiënt te krijgen en de daarbij behorende zorg en erkenning.
Vaak hebben mensen een behoorlijk negatief oordeel over anderen die veel liegen, zeker als het gaat om mensen die ‘een andere waarheid verzinnen.’ Ik kan mij dat ook wel voorstellen, want ik heb ook aan die kant gestaan toen een toenmalige vriendin ‘verzon’ dat ze thuis mishandeld en misbruikt werd. Ook op het forum of in de chat lezen we wel eens dat een verhaal van iemand niet blijkt te kloppen. Dat roept, ook bij mij, wel eens boosheid en irritatie op. Heb ik dan al die tijd gestoken in een verhaal dat niet waar was? Het kan achterdochtig maken en verdrietig, zeker wanneer deze persoon negatieve dingen beschrijft, want misschien is er in jouw omgeving écht iemand met die erge ziekte waarvan de ander maar doet alsof.
Anderzijds is het voor de persoon die deze leugens vertelt zelf ook geen pretje. Zij zijn zich namelijk wel bewust van hun leugens, wat zich kan vertalen in een groot schuldgevoel. Het gaat hier dus ook niet om liegen om geld te verdienen of een straf of veroordeling te voorkomen, maar om het oplossen van een innerlijk probleem. Zo vertelde ik mijn leugens omdat ik eindelijk eens geaccepteerd wilde worden door anderen. Ik had het gevoel dat ikzelf niet leuk en waardevol genoeg was om daarvoor erkenning te krijgen, dat was immers wat mijn klasgenoten mij ‘leerden’ door mij te pesten. De perfecte persoon in mijn fantasie zou wel geaccepteerd en gewaardeerd worden, dus ik wilde die persoon worden. Omdat dat mij niet fysiek lukte, deed ik maar alsof. Het schuldgevoel dat daarmee gepaard ging maakte tegelijk dat ik oprechte zelfhaat tegen mijzelf ontwikkelde. Niemand vond ‘de echte mij’ aardig, ik deed enerzijds alsof ik veel leuker was, en deed anderzijds mijzelf opzettelijk pijn en hongerde mijzelf opzettelijk uit terwijl ik dat helemaal niet prettig vond, ik deed het ‘voor de aandacht.’ Dit creëerde een soort vicieuze cirkel waardoor ik me steeds ongelukkiger ging voelen.
Daarnaast is er altijd nog de angst om ‘ontdekt’ te worden, want als iemand er achter zou komen dat mijn identiteit gebaseerd was op leugens zou ik als een kaartenhuis in elkaar storten. Dat is ook de reden waarom veel mensen met deze verschijnselen veel reizen of verhuizen, om steeds een nieuwe identiteit op te bouwen totdat zij weer betrapt worden op hun leugens. Het ‘mooie’ aan het internet is dat er veel verschillende media en fora zijn waar mensen moeilijk betrapt kunnen worden op hun leugens. Word je wel betrapt, dan is er wel weer een ander forum.
Wanneer je jezelf herkent in bovenstaand verhaal is dat misschien heel confronterend. Waarschijnlijk wil je namelijk helemaal niet liegen, maar ben je op zoek naar erkenning of naar een oplossing voor je lage zelfbeeld, je zelfhaat of iets anders. Waarschijnlijk schaam je je enorm en durf je niemand te vertellen over je leugens. Aan de ene kant niet omdat je bang bent voor hun reactie, maar aan de andere kant ook omdat je dan niet meer kunt zijn wie je graag zou willen zijn. De kans is aanwezig dat mensen heel kritisch of ongelovig naar je zullen kijken wanneer je hen iets vertelt en dat is heel vervelend. Dat kan heel beangstigend zijn, omdat je dan misschien juist zal worden bevestigd in het idee dat ‘de echte jij’ niet goed genoeg is. Helaas is de kans ook gewoon aanwezig dat dit gebeurt. Wel zou het voor jou heel fijn zijn als je in de toekomst aardig gevonden kunt worden om wie jij bent, en niet meer om de persoon die jij beweerde te zijn. Nog fijner is het misschien wel als jijzelf je eigen identiteit kunt accepteren. Vaak liggen er aan je leugens problemen ten grondslag die jou op heel veel vlakken in je leven beïnvloeden. Het kan enorm opluchten om deze problemen los te leren laten en weer je eerlijke zelf te kunnen zijn. Ook voor je omgeving is het fijn als zij weten dat je liegt, maar vooral waarom je dit doet. Dit kan begrip creëren waardoor jullie het misschien samen kunnen doen, waardoor je niet meer alleen en eenzaam in je leugens bent. Het zou dapper zijn als je met deze problemen naar je huisarts durft te stappen en aangeeft dat je hier hulp bij wilt. Hoewel er een enorm taboe op leugens ligt, ben jij ook maar gewoon een mens dat probeert om te gaan met zijn of haar problemen. Je doet ook gewoon je best.
Wanneer je iemand uit je omgeving herkent in bovenstaand verhaal is dat natuurlijk ook erg lastig en misschien ook wel confronterend. Je zou eens kunnen vragen hoe het nu eigenlijk echt met die persoon gaat, of eventueel kunnen zeggen dat je het idee hebt dat niet alles wat hij of zij zegt, klopt. Je zou dan aan kunnen geven dat je diegene niet veroordeelt, maar juist wilt helpen. Denk echter ook aan jezelf, misschien heb je hier helemaal niet de tijd of energie voor. Een ander is natuurlijk ook gewoon verantwoordelijk voor zichzelf. Het gedrag van de ander kan veel emoties bij je oproepen. Het zou mooi zijn als je deze voor jezelf kunt uiten en kunt benoemen tegen de ander zonder je ook naar deze emotie te gedragen. Hierbij bedoel ik dat je zou kunnen benoemen dat je boos en teleurgesteld bent, zonder te schelden of te schreeuwen. Dat kan echter heel lastig zijn. Vergeef jezelf ook als dat niet lukt, of als de ander jouw hulp niet aan wil nemen. Ook jij doet namelijk gewoon je best en je kan de ander, hoe graag je dat ook zou willen, niet veranderen.
Bedenk ten slotte dat aandacht, acceptatie en erkenning dingen zijn die ieder mens nodig heeft. Sommige mensen zoeken dat nu eenmaal op een andere manier. Zie daarvoor ook de blog: “Ik wil aandacht”.
Bron medische gedeelte: Leerboek psychiatrie, dr. M.W. Hengeveld, 2e druk
Herken jij je hierin?
Geef een reactie