Eetstoornisgedachten tijdens herstel

Mens, je ziet er niet uit. Die lovehandles boven je broek, dat kan echt niet. Je bent nog dom ook. Heb je nou weer iets over het hoofd gezien? Je ziet er moe uit en je haar zit stom. Als je nou wat dunner was, dan kon je het misschien wel hebben, maar nu zie je er gewoon uit als een slome zak. Geen wonder dat je vrienden elkaar leuker vinden dan dat ze jou vinden.

Hoewel ik echt goed op weg was in mijn herstel bleef mijn hoofd vol zitten met negatieve gedachten. Niet leuk genoeg, niet goed genoeg, niet slim genoeg, niet mooi genoeg, niet dun genoeg. Hoe langer ik in de spiegel keek, des te teleurgestelder ik raakte. Dus ik koos er maar voor om het te vermijden. Afleiding zoeken. Een rondje wandelen. Muziek op. Iets leuks gaan doen. Weg hier. Weg uit m’n hoofd.

Even sporten zou m’n hoofd wel leegmaken. Man, wat was het moeilijk om de juiste balans te vinden tussen sporten omdat je het leuk vindt of sporten omdat het van je eetstoornis moet. “Nou, je kan toch wel 5 minuutjes langer op de loopband? Maak er in ieder geval een heel getal van. Nog een sprintje. Of twee. Kom op.De verleiding is groot, maar demonstratief zet ik de loopband wat zachter en zet ik Comedy Central aan op het schermpje voor m’n neus. Ik ben hier juist voor een goed gevoel en wat ontspanning. Goed is goed genoeg. Hou op me op te jagen.

Het was fijn om even uit m’n hoofd en in m’n lijf te zijn op een gezonde manier. “Mooi, goed bezig! Zo wordt het misschien nog wat met je, maar geen tussendoortje he. Die kcal zijn er nu net af.” Man, wat werd ik moe van deze discussie. In de supermarkt zocht ik de lekkerste reep uit die ik kon vinden. Ik was goed voor mezelf aan het zorgen, maar het voelde als een groot gevecht. Ik was bezig met herstel, goed bezig, echt, maar de eetstoornisgedachten waren niet weg.

Eenmaal thuis begonnen de tranen. Dat tussendoortje voelde niet goed, maar het was wel goed, dat wist ik. Waarom kwam dat gevoel niet gewoon mee? Ik keek op de klok en zag dat mijn ochtendje vrij voorbij was. Ik moest naar school. Presentaties. Had ik die niet beter kunnen voorbereiden in plaats van te gaan sporten? Aan de andere kant wist ik heel goed dat als ik thuis was gebleven met het gevoel dat mijn spiegelbeeld mij gaf misschien tot een eetbui zou hebben geleid. “Maar misschien ook niet!” Nee, misschien ook niet, maar mijn gezondheid gaat nu voor.

De afleiding was geen tijdverspilling. Het was goed. Eenmaal op school zakte de moed me toch een beetje in de schoenen, maar goed, ik moest wel. Ik deed m’n presentatie. De feedback was niet goed, niet slecht. Gewoontjes. Wederom de grijze muis. Het heeft altijd gevoeld alsof ik meer had gekund en misschien was dat ook zo, maar is het gek als dat er niet uitkomt als een eetstoornis zo in de weg zit? Wat is nu belangrijk? Prioriteiten stellen. Je bent ziek. Dat is niet jouw schuld. Het komt wel goed. Lager met die lat. 

Het voelde zo stom. Waar deed ik het voor? In de pauze sprak ik mijn twijfels over school uit naar m’n vriendinnen. Dat had ik immers geleerd op therapie. Praten. Praten over hoe je je voelt. Dit was spannend geweest die eerste keer, maar intussen had ik al door dat ik niet de enige was met twijfels. Mijn vriendinnen probeerden me op te beuren. “Maar hier waren ze toch wel positief over? En met dat andere moet je gewoon wat meer zus en zo.

Ze zouden me nooit kunnen vertellen wat ik werkelijk wilde horen, namelijk dat de tijd gewoon terug zou kunnen en dat er wel iemand met een toverstokje kon zwaaien, maar dat was oké. Ze waren er voor me en dat voelde fijn. We haalden cappuccino met caramelsmaak. “Zou je dat nou wel doen?” Siste de eetstoornis. Wat vermoeiend zeg. Ik ben blij als jij er straks niet meer bent. “Kan je dat wel aan?” Ik zou wel moeten… Ik vind wel een weg… Ik ben er mee bezig.

Sterker nog, inmiddels is het me gelukt. Het leek zo onvoorstelbaar, maar die strenge stem van de eetstoornis is eindelijk gestopt zich overal mee te bemoeien. Dat wil overigens niet zeggen dat ik mezelf altijd heel mooi, leuk, stoer, slim, grappig of goed vind. Ik heb heus wel dagen dat ik in de spiegel kijk en denk ‘bleh’. Ik maak heus wel vergissingen waar ik me stom over voel. Ik ben heus wel onzeker over van alles en nog wat, maar het is niet meer zoals toen. Het is menselijk. Het is gezond. Niemand voelt zich altijd goed. Iedereen verdient hulp en steun, bij grote of kleine dingen. Zowel jij als ik.

Misschien voelt het nog als een onwijze strijd. Je doet zo je best, maar het voelt maar niet goed. Gaan die eetstoornisgedachten ooit weg? Wanneer voel ik me echt goed? Wanneer kan ik stoppen met kiezen voor het veilige? Wanneer kan ik gewoon doen wat ik wil zonder rekening te hoeven houden met vervelende gedachten die wel of niet tot een bepaald gedrag leiden? Als die eetstoornisstem zo sterk is, gaat ie dan ooit weg? Herstel ik wel of blijft dit een gevecht? Shit, weer een misstap. Maakt niet uit, gewoon de draad weer oppakken. Herstel gaat niet in een rechte lijn omhoog. Vallen en opstaan. Je laten troosten en steunen. Het is ook rot. Het is ook zwaar.

Dat die eetstoornisgedachten er nog zijn (of dat het soms nog mis gaat) wil niet zeggen dat jij niet goed bezig bent. Een eetstoornis gaat uiteindelijk niet over eten, maar om alles wat daar achter zit. Gaat het eten goed? Dan is de eetstoornis niet weg, maar gaat het eten goed, dan heb je wel de kans om de discussie met je eetstoornis aan te gaan. Eetstoornis, ik ben het niet met je eens.Waarom niet?” Zal de eetstoornis vragen op een stuk minder zachte manier. Omdat je me niet beter maakt. Omdat je overdrijft. Omdat ik geen slecht mens ben. Ik ben niet verkeerd.

Kan je dat bewijzen?! Dat bewijs, dat zal er komen. Mijn experiment. Meten is weten. Met die bewijzen steeds meer vertrouwen dat jij die eetstoornis niet nodig hebt. Met dat vertrouwen steeds minder reden voor die eetstoornis om z’n grote mond nog eens open te trekken. Laat de stem verstommen, maar besef dat het tijd kost. Zoek steun. Check de feiten. Vraag het na. Ondervind het. Voel het. Je mag er zijn. Je mag leven. Je mag voelen. Met al je talenten en al je gebreken. Het mag zonder eetstoornis.

Irene

Geschreven door Irene

Reacties

11 reacties op “Eetstoornisgedachten tijdens herstel”

  1. Zo herkenbaar…
    ik ben al van zo ver gekomen, ik had dit van nu al nooit verwacht, maar ik zou er goud voor geven om die gedachten ook kwijt te geraken. Want de combinatie ‘gezond gewicht en gedrag’ en ‘nog steeds zieke gevoelens en gedachten’ is in mijn beleving echt nog zwaarder dan volledig ziek zijn

  2. Zoveel herkenning, helaas. Dankjewel voor het delen van deze blog 🙂

  3. Wauw. Goed verwoord.

  4. Bedankt voor de moed en de juiste woorden te zeggen die ik juist nodig had. Prachtige blog terug xx

  5. Zo herkenbaar nu op dit moment. Ik heb nu de keus gemaakt om weer beter te gaan eten en volg mijn eetlijst. Ik kom aan. Maar beter eten betekent niet dat de eetstoornisgedachten weg zijn. Ik voel me nog steeds dik en lelijk. Maar ik wil beter worden. Dus ik probeer dapper door te eten en die stem het nakijken te geven. Bedankt voor je blog, het is fijn om te beseffen dat die gedachten en strijd niet raar, maar eigenlijk normaal zijn in de weg naar herstel.

  6. Wauw.. Ontzettend mooi geschreven en herkenbaar ! Bedankt ! X

  7. wauw ontzettend mooi en helpend op het juiste moment!

  8. Heel knap verwoord, respect. Het lijkt soms als je een goed gewicht hebt, de wereld en jijzelf, alles van je verwacht. Terwijl gewoon meedoen, functioneren, al zoveel vergt.

  9. Wauw, mooi verwoord. Precies waar ik op dit moment mee worstel… Ik heb weer een gezond gewicht en het eten gaat goed en zelfs spontaan. Ondanks dat het eten vanzelf gaat, die negatieve gedachten en de twijfels zijn er nog… Steeds weer dat gevecht! Ik hoop dat mijn volgende stap gaat zijn dat ik die uit kan roeien!!

  10. Echt een fijne blog. Eten gaat bij mij ook best goed, maar die strijd in mijn hoofd…… Soms kan ik me niet voorstellen dat dat weg kan, dus dan is het heel fijn om dit te lezen

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *