Toen ik 16 was werd ik voor 7 maand opgenomen bij de Ruyterstee van Accare. Dit is een kliniek waar jongeren worden opgenomen met een eetstoornis. Om een goed beeld te geven ga ik uit ervaring vertellen over mijn opname in deze kliniek en wat er allemaal bij komt kijken.
Aanmelding bij Accare Ruyterstee
Tot op de dag van vandaag weet ik het nog heel goed hoe alles in een razend tempo verliep. Ik had nog maar mijn tweede gesprek bij GGZ Mediant en daar konden ze mij niet meer verder helpen. Er werd contact gelegd met Accare in Smilde en kreeg daar een aanmeldingsgesprek met een rondleiding op de kliniek waar ik waarschijnlijk heen ging. Nog geen twee weken later had ik een gesprek om met spoed te worden opgenomen in de kliniek.
De kliniek
Toen ik eenmaal in de kliniek zat kwam er heel veel over mij heen. Ik moest erg wennen aan de nieuwe omgeving, de leiding en groepsgenoten. De leiding ving mij goed op en de sfeer in de kliniek was wel fijn. Ik had niet het gevoel dat ik in een kliniek zat. De woongroep zag er gezellig en vrolijk uit met kleurrijke meubels en decoraties op de ramen. De kliniek gaf mij een veilig gevoel maar echt wennen kon ik de eerste weken niet. Ik had heel veel heimwee naar huis en miste alles wat ik achter moest laten. Maar ook daar werd veel aandacht aan gegeven door groepsleiding, wat ik erg prettig vond.
In de eerste dagen van mijn opname kreeg ik te maken met de huisarts en de diëtiste. Bij de huisarts krijgt iedereen standaard een lichamelijk onderzoekt. Hoe alles nog functioneert en wat je huidige gewicht is en wat je minimaal moet wegen. De huisarts rekent en zoekt dat voor je uit. Daarvoor moet je gaan aankomen op een goede en gezonde manier. Ik kreeg te maken met een diëtiste die met mij een basislijst ging opzetten en vanuit die basis het ging opbouwen. Ik had elke vrijdagmiddag een gesprek met de diëtiste. Mijn gewicht werd besproken, of ik was aangekomen, afgevallen of stabiel was gebleven. Aan de hand daarvan werd mijn voedingslijst aangepast door een uitbreiding of niet. Ik vond het erg lastig om elke week een uitbreiding te nemen omdat ik niet aankwam, maar de groepsleiding was er ook van op de hoogte zodat ze je extra konden steunen en motiveren. Ik vond een gesprek met de diëtiste en een uitbreiding nemen op vrijdag niet zo fijn en handig. Want als ik zaterdags of soms vrijdags al op weekend mocht, vond ik het lastig om voor het eerst mijn uitbreiding thuis te nemen.
De regels die er toen golden
In de kliniek waren toen ook een aantal regels waar ik mij aan moest houden. Ik kan niet zeggen of die regels nu nog hetzelfde zijn of dat er wat is veranderd of bij gekomen. Toen ik opgenomen was kreeg ik ineens met veel regels te maken. Ik kreeg een voedingslijst en daar moest ik mij aan houden. Onder het eten moest ik datgene eten wat op mijn lijst stond. Als je er nog niet zo lang bent opgenomen, wordt alles voor je bepaald. Ik kon dus niet naar de veilige producten grijpen. Ik kreeg mijn boterhammen in een mandje naast mijn bord met kuipje boter en kuipjes beleg of plakjes vleeswaren/kaas erin. Het avondeten kwam in portiebakken uit de oven.
Wat in mijn bak zat, moest ik allemaal op mijn bord scheppen. En ook de tussendoortjes, zoals fruit, koeken, sap werd allemaal voor mij gekozen en klaargemaakt. Alle controle werd van mij afgepakt, maar zo leerde ik wel weer de normale producten eten en mijn angsten aan te gaan.
Toen ik al wat verder in mijn behandeling was mocht ik mijn eigen eten pakken en opscheppen. Zelf bepalen wat ik op mijn brood deed aan beleg en wat voor stuk fruit of koek ik nam tussendoor. Verder waren er nog wat regels rondom het eten. Voor het ontbijt, middageten en het avondeten kreeg ik 30 minuten de tijd om het op te eten en voor de tussendoortjes 20 minuten. De tijden voor de maaltijden en tussendoortjes waren elke dag op hetzelfde moment. In het weekend mochten we langer blijven liggen, dus schoof het ontbijt een uur op en het tussendoortje ook een kwartier/half uur. Na de hoofdmaaltijden moest er veel af gewassen worden. Als je geen rustprogramma had mocht je een taak doen zoals voorspoelen, afwassen of afdrogen. Daarna moest je bij de rest van de groep zitten aan tafel of op de bank in het zicht van de groepsleiding. Dit was het uurtje toezicht na de maaltijd. Je moest een rustige activiteit gaan doen en je mocht niet naar je kamer en onder begeleiding naar het toilet. Dit was om te voorkomen dat je teveel gaat bewegen (bewegingsdrang) of gaat braken op de wc.
Als je in rustprogramma zat mocht je geen taak doen. In de kliniek hadden we 2 programma’s; rustprogramma heb je als je 25% tot 30% ondergewicht hebt en bedrustprogramma als je 30% of meer ondergewicht hebt. Dat betekend dat je op bepaalde momenten moet rusten op de bank of op bed liggen. Ook mocht je niet wandelen maar moest je in een rolstoel en met bedrust mag je niet naar school en met rustprogramma een halve ochtend. Als je geen rustprogramma hebt mag je 2 keer per dag een stukje wandelen en een hele ochtend van half 9 tot 12 uur naar school. Als je aankomt waardoor je percentage ondergewicht daalt, krijg je steeds meer vrijheid zoals een stukje fietsen, potje voetballen en vanaf 10% of minder mag je je sport weer oppakken.
Het wegen gebeurde elke maandag en donderdag ochtend om 07:00 uur, dan moest je op de gang klaarstaan. Je gewicht op donderdag was bepalend. Van donderdag op donderdag werd er gekeken hoeveel gewicht erbij of eraf was. Daarbij kreeg je een gewichtsgrafiek waar een rechte ronde lijn op stond die elke week 500 gram omhoog gaat. Het was de bedoeling dat je elke week minimaal 500 gram aankwam. Als je eronder schoot is het nog niet erg, als je de week erop maar weer boven zat. Als je er wel onder bleef zitten volgen er gesprekken. Dan moest je opnieuw in behandeling met een nieuwe rode lijn. Ook werd er dan gekeken naar je motivatie en waardoor je niet aankomt. Bij mij is dat in het begin 2 keer gebeurt, dat ik onder de rode lijn bleef en ver achter ging lopen. Ik ben verder gegaan met de behandeling omdat ik het begin moeilijk aankwam en wel mijn best deed om mijn voedingslijst te volgen.
Elke dag, behalve de vrijdag, hadden we voor het avondeten een maaltijdbespreking. Deze besprekingen gingen over je doelen, nieuwe doelen maken, hoe je dag was, waar je moeilijkheden liggen en vooral wat je dwars zit. In deze bespreking kwam iedereen aan het woord en kon je alles kwijt. Op donderdag werd je gewicht besproken, wat je ervan vind, hoe je erbij voelt en of de dag daardoor anders verliep. Ook had ik 1 keer in de 2 maand een evaluatiebespreking met mijn systeemtherapeut, die ik regelmatig sprak over mijn behandeling, met mijn mentor van de kliniek en mijn ouders. Daarin werd besproken welke doelen ik had behaald, wat er goed gaat, waar ik nog aan moet werken en of mijn gewicht in die 2 maand voldoende was gestegen. Eventueel werden er doelen aangepast of verlengt en vervolgens nieuwe stappen gaan zetten de komende tijd. Ook heb ik een keer op time-out gemoeten. Dat ik een week naar huis moest om na te denken. Mijn motivatie was ver te zoeken. En door thuis veel gesprekken te voeren en een plan op te stellen met doelen, ben ik weer terug gegaan naar de kliniek. en ben weer verder gegaan met mijn behandeling.
In het begin van mijn opname bleef ik het eerste weekend in de kliniek. Daarna mocht ik van zaterdag tot zondag naar huis en na een tijdje werd het verlengt van vrijdag tot zondag. Toen ik richting mijn ontslag ging, mocht ik vaak donderdags al naar huis of was ik maandag thuis. Ook kwam ik toen in de actie-fase terecht. Ik heb paar keer een test gedaan of ik naar de actie-fase kon. Dit is een fase waarin je veel meer vrijheden krijgt en meer los wordt gelaten door groepsleiding. Hierin ga je ontdekken wat je nog erg lastig vind en uit jezelf het aangaat.
Ik mocht naar mijn kamer toe wanneer ik wilde en had geen toezicht meer na het avondeten, er werd van mij verwacht dat ik niet ging toegeven aan mijn drang, en dat ging goed. Ook mocht ik zelf bepalen hoeveel eten ik opschepte en op mijzelf vertrouwen dat het goed is. Ik ging mijn angsten aan met bepaalde gerechten en situaties, bijvoorbeeld uiteten bij de Mc Donalds. En ook ging leren om alleen te eten zonder dat iemand mij in de gaten hield. Daardoor ging ik de verleiding met het smokkelen aan. Door mijzelf in de hand te houden om niet te smokkelen met eten door eten weg te moffelen en weg te gooien. Deze fase vond ik in het begin wel eng, maar het is wel goed geweest en vooral een goede voorbereiding voordat ik met ontslag ging.
Andere therapieën naast mijn opname
Naast dat ik opgenomen was, had ik ook veel therapie en gesprekken. Ik mocht op een gegeven moment naar Psychomotorische therapie (PMT). Dat is een therapie waarin je vooral veel dingen doet in de vorm van beweging en hoe je naar jezelf kijkt. Waar je goed in bent en wat je leuk vind om te doen. Je grenzen leren kennen en stoppen wanneer het goed is. Ook werd ik geconfronteerd met mijn lichaamsbeleving en de realiteit.
Later toen ik er lichamelijk en geestelijk wat beter aan toe was, ging ik ook Psychosociale therapie volgen. Hier ging ik vooral met mijn problemen aan het werk door verder te kijken. Welke gevoelens krijg ik als ik iets eet wat ik van mijzelf niet mag. Waar komen de gedachten vandaan en welk gedrag vertoon ik en wat is het gevolg. Dit moest ik registreren in een G-schema en dat werd besproken. Voor deze therapie kregen wij eerst nog een voorlichting van de diëtiste over gezonde voeding. Waarom bepaalde stoffen belangrijk zijn en wat de gevolgen zijn van een tekort aan bepaalde voedingsstoffen.
De sfeer in de kliniek
In die 7 maand dat ik er opgenomen was, was er een fijne sfeer. Ik kreeg er warmte en werd begrepen. Ook was de groep steunend en werd iedereen vooral gemotiveerd en niet gedemotiveerd. Naast dat het een moeilijke tijd was, heb ik er een goed gevoel aan overgehouden en waren er naast al die zware moeilijke momenten ook leuke en gezellige momenten. Af en toe een uitstapje met de groep naar de bioscoop of een middagje naar Assen, wat dichtbij de kliniek ligt.
Wat was mijn ervaring met Accare?
Ik kijk er met een goed gevoel op terug en heb er toen veel dingen geleerd en eruit gehaald wat ik eruit wilde halen. Ook al was ik het wel eens helemaal zat al die discussies, dat ik mij ging opsluiten, afzonderen of weglopen omdat iedereen er mee bemoeide en in de weg stond. Maar ik heb op een gegeven moment gemerkt dat het er vooral om gaat hoe je in de behandeling staat. Als je er niet voor jezelf zit en niet wilt herstellen dan kan de hulp die je krijgt heel anders voor je zijn als je wel beter wilt worden en eraan wilt werken.
Ik heb er een goede ervaring mee en ik vind het een goede instelling. Persoonlijk zou ik het anderen zeker aanraden.
Heb jij ook ervaring met een hulpverlenings instantie? Mail deze dan naar redactie@proud2Bme.nl. Jouw ervaring kan ook anoniem worden geplaatst.
Geef een reactie