De week na mijn ontslag in de kliniek startte ik gelijk met deeltijd therapie. Ik was verplicht hier heen te gaan, vanwege mijn Rechterlijke Machtiging. Maar zelf wilde ik helemaal niet. Het zou daar veel minder over eten gaan, en meer over alle andere problemen. Ik vond dat doodeng. Zouden ze dan doen alsof het eten geen probleem meer was? En zou ik moeten praten over dingen die ik het liefst wegstopte? Ik dacht dat het me nooit zou helpen. Maar naar de deeltijd gaan is de beste keuze die voor mij is gemaakt. Ik heb hier meer stappen gezet dan ik had kunnen bedenken. Ik heb deze therapie zelfs later nog vrijwillig voortgezet.
Omdat de deeltijdbehandeling veel in het teken stond van zelfstandig worden, was het de bedoeling dat ik er met het openbaar vervoer heen ging. Toen ik dat hoorde schrok ik enorm. Ik was nog nooit alleen met de bus geweest! Opeens moest ik zelfstandig zijn en volwassen worden, terwijl ik al jaren geen enkele verantwoordelijkheid had hoeven nemen. Dat kon ik nou eenmaal niet. Bevend stond ik die eerste vrijdag bij de bushalte. Samen met mijn vader had ik precies uitgeprint hoe ik erheen moest en hoe alles werkte. Het voelde raar, opeens alleen in de bus. Maar ook wel heel stoer: ik voelde me opeens weer echt een 16 jarige, in plaats van het kleine meisje voor wie gezorgd moest worden.
Toen ik binnenkwam bij de therapie werd ik al gelijk begroet door een aantal meisjes. Het viel me op dat deze meisjes al veel minder gesloten waren dan de meisjes in de kliniek. Dat vond ik heel erg fijn en het zorgde ervoor dat ik me minder alleen voelde. Ze lieten me de ruimte zien waar de therapieën plaatsvonden. Vandaag zouden we beginnen met wegen, daarna hadden we een lunchgroep. ‘s Middags zouden we nog een praatgroep en beeldende therapie hebben.
Bij de lunchgroep maakten we, onder het eten, samen doelen. In eerste instantie vond ik het heel gek dat we dat onder het eten deden. Ik was niet gewend onder het eten iets anders te doen dan focussen op mijn boterhammen en nadenken over de grootte van mijn hapjes. Ondanks de onwennigheid was het een fijne groep. Iedereen moedigde elkaar aan met het bedenken van doelen, en vertelde elkaar hoe knap ze het vonden wat de ander deed. Er waren zelfs meiden die doelen maakten als: ‘een ijsje eten in de stad.’ Voor mij was dit nog heel ver weg en ondenkbaar op dat moment, maar ik had diepe bewondering voor de meisjes die dit al durfden.
‘s Middags hadden we een praatgroep. We zaten met zijn allen in een kring, samen met de 2 psychologen van de deeltijd. Mijn hoofdbehandelaar was daar één van. In de kliniek hadden we ook praatgroepen gehad, maar eigenlijk kwam daar niet zoveel van terecht. Iedereen was in zichzelf gekeerd en niemand wilde praten.
Hier was het duidelijk anders. Er was een veilige sfeer waarin de meisjes durfden te vertellen waar ze mee zaten. Wat mij opviel is dat het over alles mocht gaan. Vriendinnen, school, jongens. Niet alleen maar over de eetstoornis, of over hoe lastig het aankomen was. Ook deze verandering was gek, maar fijn. Ik durfde eerder niet te vertellen over de andere dingen waar ik mee zat, naast de eetstoornis. Die waren toch helemaal niet belangrijk genoeg? Gelukkig kreeg ik hier het gevoel dat dat wel zo was, en dat niks gek was. Al snel voelde ik me veilig in de groep.
Om half 3 was het tijd voor het tussendoortje. Mijn eerste tussendoortje in de deeltijd was een heel spannend moment. We deden het helemaal alleen, zonder begeleiding. Dit om te leren om eigen verantwoordelijkheid te nemen, met elkaar. De zenuwen gierden door mijn lijf. Ik had gehoord dat ik hier ‘enge’ tussendoortjes zou krijgen. Het meisje dat voor het tussendoortje zorgde, haalde een pak wafels uit haar tas. Ik keek vol bewondering toe hoe de meiden het opaten, lachend en pratend met elkaar. Zelf was ik stil, terwijl ik kleine hapjes nam. Ik worstelde me erdoorheen, met trillende handen.
Vol indrukken zat ik die middag in de bus terug naar huis. Verandering is altijd lastig voor me geweest, en dit was wel een hele grote. Hoe ging ik dit volhouden? Hoe lang zou ik hier heen gaan? Ging dit iets veranderen, en wilde ik dat? Mijn hoofd zat vol met zoveel vragen. Later zou ik weten dat ik door de deeltijd ontzettend ben gegroeid. Dat ik ben veranderd van een bang meisje, gevangen in een eetstoornis, in een jonge vrouw van 17 die steeds zelfstandiger wordt en koste wat het kost doorvecht. Of dit makkelijk is geweest? Nee. Ik moest mijn plek terugvinden op school, in het gezin en in het leven. Ik moest mezelf terugvinden, en dat is misschien nog wel het moeilijkste wat ik ooit heb moeten doen. Maar het is het ontzettend waard!
Geef een reactie