Patiënten met een ernstige vorm van chronische anorexia hebben meer kans op verbetering wanneer de focus van reguliere psychische behandelingen wordt bijgesteld van gewichtstoename naar kwaliteit van leven. Dit komt uit onderzoek dat gedaan is door St. George, de Universiteit van Londen, de Universiteit van Sydney en de Universiteit van Chicago. Het onderzoek werd in mei 2013 gepubliceerd in het tijdschrift Psychological Medicine.
Door de focus van de behandeling te verleggen van gewichtsherstel naar kwaliteit van leven, ontdekten de onderzoekers dat 85% van de deelnemers hun behandeling afmaakte. Dat is ongeveer drie keer zoveel als normaal gesproken gebeurt. Dit zijn de eerste resultaten die bewijzen dat een langdurige vorm van anorexia op deze manier kan worden behandeld.
De studie werd gedaan onder (slechts!) 63 vrouwelijke patiënten in twee klinische behandelcentra. Eén bij St. George’s aan de Universiteit van Londen en een andere aan de Universiteit van Sydney. Ook werd er gekeken naar het BMI van de deelnemers. Alle deelneemsters leden minimaal 7 jaar, met een gemiddelde duur van 15 jaar, aan een ernstige vorm van anorexia nervosa.
“Anorexia nervosa heeft het hoogste sterftecijfer van alle psychiatrische stoornissen. Patiënten met een ernstige en langdurige vorm van anorexia zijn moeilijk te behandelen. De meeste van deze patiënten hebben een geschiedenis van verschillende mislukte behandelingen. Hierdoor daalt het zelfbeeld en de motivatie. Na een lange periode van ondervoeding hebben ze problemen hun baan te behouden, zijn er neurocognitieve problemen en is er sprake van osteoporose en hart-of leverproblemen.” Zegt Professor Huber Lacey, de leider van deze studie.
Na het onderzoek meldden de deelneemsters een betere kwaliteit van leven te hebben en minder last te hebben van stemmingswisselingen en symptomen/klachten. Ook op sociaal gebied meldden de deelneemsters verbeteringen. Alhoewel gewicht geen rol speelde in het onderzoek, waren de meeste deelnemers aangekomen en was niemand gewicht verloren.
“Deze resultaten dagen de behandelaren uit die zeggen dat iemand met een langdurige ernstige eetstoornis geen motivatie heeft om te veranderen of waarschijnlijk niet reageert op reguliere behandelingen”, zegt Professor Lacey.
De meeste huidige behandelingen hebben de neiging zich bij ernstige eetstoornissen te richten op gewichtsherstel. Professor Lacey zegt over de methode: “We hebben de negatieve focus op de nadelen van anorexia nervosa naar de achtergrond verbannen door ons te focussen op de kwaliteit van leven. Door het doel van de behandeling opnieuw te focussen, waren we in staat individuen met ernstige en langdurige anorexia nervosa te helpen de behandeling niet voortijdig te stoppen en hun leven een beetje prettiger te maken.”
Op 31 patiënten werd cognitieve gedragstherapie toegepast en op de overige 32 gespecialiseerde ondersteunende klinische behandeling. Beide behandelingen bestonden uit 30 poliklinische therapiesessies, verdeeld over 8 maanden. Patiënten beoordeelden aan het eind van de behandeling, zes maanden later en 12 maanden later het effect. Beide groepen kregen dus op een andere manier therapie die gericht was op een betere kwaliteit van leven.
De resultaten van beide onderzoeken waren vergelijkbaar. De onderzoekers beschrijven een verbeteringen variërend van middelmatig tot groot. Cognitieve therapie had een grotere impact op de eetstoornis symptomen en de bereidheid om te veranderen. De gespecialiseerde klinische behandeling leverde een grotere verbetering op in de gezondheid en depressie, wat een grote rol speelde in de kwaliteit van leven. Ook was het gemiddelde BMI ongeveer vier procent gestegen.
“De resultaten waren veel beter dan de meeste mensen in het werkveld hadden verwacht”, zei professor Daniel Le Grange van de Universiteit van Chicago. “Veel van deze patiënten waren ernstig ziek. Hun mening was dat bijvoeding in het ziekenhuis niet de beste manier was en dat zij niet effectief genoeg waren behandeld in het verleden. De resultaten van dit onderzoek wijzen dan ook uit dat uitval van behandeling sterk verminderd kan worden door de focus te verleggen, zonder daarmee het resultaat van de behandeling tegen te houden.”
De onderzoekers zeggen wel dat deze studie erg beperkt is, omdat de onderzoeksgroep erg klein was en de follow-up periode slechts 12 maanden. De onderzoeksteams zijn nu een opvolging aan het plannen waarin zij patiënten vijf jaar willen volgen.
Professor Lacey zegt wel: “Ondanks onze beperkingen zijn de uitkomsten van dit onderzoek zeer bemoedigend, vooral als we het hebben over een stoornis waarbij het slagingspercentage van behandeling en therapietrouw erg laag zijn.”
Lees ook: Eetstoornis behandeling en gewicht.
Bron: m.medicalxpress.com
Geef een reactie