Er komt geen knop die je om kunt draaien. Geen moment waarop je ineens het licht gevonden hebt. Geen omslagpunt waarna alles ineens makkelijker gaat. Je krijgt geen nieuw hoofd tijdens of na therapie. Geen nieuw hoofd met nieuwe, betere gedachtes die je eerder nog niet had. Wat een teleurstelling. Of toch niet?
Het was tijd om aan mijn behandeling te beginnen, de hoogste tijd. Hoewel ik het heel erg eng en spannend vond, was ik ergens ook opgelucht. Ik hoefde het even niet meer zelf te doen. Ik hoefde niet meer alleen te vechten. Zo lang had ik mij ongelukkig gevoeld en geprobeerd alle chaos op te lossen, maar eigenlijk zakte ik steeds dieper weg. Ik kon niet anders dan nu die controle uit handen te geven en eens te kijken waar het mij zou brengen als ik mij even door anderen zou laten leiden. Ik wist de weg niet, dat was wel gebleken, misschien moest ik voor nu alleen maar volgen.
Ineens zag ik kansen. Mijn therapie zou misschien wel de enige mogelijkheid zijn om beter te worden, om mij beter te voelen. Alles wat niet goed ging kon ik hier bespreken. Alle vragen die ik had kon ik hier stellen en alle antwoorden moesten ergens tijdens mijn behandeling wel naar voren komen. Ik merkte dat ik dacht, of vooral hoopte, dat mijn behandeling de eetstoornis weg zou laten gaan. Mijn behandeling zou mij genezen, beter maken. Misschien zelfs gelukkiger maken.
Hier zou ik inzichten krijgen die ik zelf nooit had kunnen bedenken. Ik wist wel dat er geen uitknop was, maar ergens tijdens dit traject zou er misschien wel een omslagpunt komen. Een omslagpunt waarna de weg naar herstel ineens makkelijker zou gaan. Waarna al mijn eetstoornis gedachten weg zouden zijn en niet meer dagelijks aan mij zouden trekken. Al die tijd wilde ik gewoon een nieuw hoofd. Ik haatte de gedachtes die had over eten en over mijzelf en ik was er helemaal klaar voor om dit los te laten. Alleen kwam dat nieuwe hoofd nooit…
Het einde van mijn behandeling kwam in zicht en het leek al een stuk beter te gaan. Mijn gewicht bleef stabiel en op een enkele eetbui na at ik ook weer regelmatig. In mijn gedrag was veel veranderd. In mijn hoofd daarentegen, nog niets. Ik raakte een beetje in paniek. Hoe normaal en gezond ik op sommige dagen ook at, het gevecht in mijn hoofd was nooit minder geworden. Sterker nog, het gezonde eetpatroon stond zo haaks op hoe mijn gedachtepatroon nog steeds was, dat de strijd alleen maar erger werd. Ik voelde mij helemaal niet beter, ik had totaal geen rust en hoe normaler mijn dagen eruit gingen zien, hoe meer ik walgde van mijzelf. Dit was niet wat ik mij ervan had voorgesteld, dit was niet de bedoeling. Zal ik voor altijd met deze gedachtes lopen? Met gedachtes die mij al vanaf het begin het meest in de weg zitten?
Je bent lelijk. Je bent dik. Je kan dit beter niet eten. Je kunt dit nu wel eten, maar dan zul je ergens anders iets weg moeten laten. Wat nou als je weer even streng gaat lijnen? Dan word je weer mooi.
Ik vond het zo moeilijk om dit te accepteren, dat ik geen nieuw hoofd kreeg. Dat er geen omslagpunt kwam en vooral dat ik misschien nooit het licht ging zien. Dit maakte mij zo wanhopig en radeloos, want wat was er na al die maanden nou helemaal veranderd? Wat had ik aan ander eetgedrag als ik nog steeds hetzelfde onaardig hoofd had wat mij zo somber maakte. Ik voelde mij opgesloten. Opgesloten in mijn eigen hoofd.
Dit accepteren bleek het moeilijkste, maar belangrijkste om te doen. Accepteren dat die gedachtes zouden blijven en dat ik in eerste instantie ook alleen mijn gedrag kon veranderen. Mijn eetgedrag, maar ook mijn sociale gedrag. Als ik dat zou veranderen, zou de inrichting van mijn leven veranderen en dat was het enige wat mijn gedachtes ook echt in beweging kon brengen. Horen dat het beter kan worden, veranderde mijn gedachtes niet. Zelf voelen dat het beter kan, anders kan, gaf mijn hoofd de ruimte om er anders over na te denken.
Die gedachtes die je hebt over jezelf, over het eten, zijn niet één dag gekomen. Ze hebben heel lang alle tijd gehad om zich vast te bijten in je hoofd. Ze konden zo sterk worden dat je alles erop hebt aangepast, alles om iets met gedachtes te kunnen doen. Nieuwe, fijne gedachtes hebben minstens net zo veel training nodig, om uiteindelijk sterker te worden. Om uiteindelijk de boventoon de voeren. Eetgestoort gedrag voedt de eetstoornis gedachtes. Gezond gedrag voedt de gezonde gedachten, alleen zul je die weer een hele lang tijd moeten helpen om aan te sterken.
Nog steeds kunnen de negatieve gedachtes wel eens bij mij opkomen. Ze hebben namelijk heel lang bij mijn hoofd gehoord en wanneer die ruimte er is zullen ze een onaardige opmerking naar mij maken. Ook ik heb geen nieuw hoofd gekregen, die gedachtes van toen kunnen er soms weer zijn. Over mijn lichaam, mijn uiterlijk, hoe ik ben, wat ik doe.. Ik weet nu wel dat het niet de waarheid is. Als ik nu in mijn hoofd heb dat ik dik ben, weet ik dat het niet de waarheid is maar dat ik misschien ergens anders onzeker over ben. Mijn hoofd lijkt soms een beetje getraint om dat op mijn lichaam te betrekken, terwijl dat niet altijd zo hoeft te zijn. Doordat ik mij dat realiseer, worden die gedachten ook minder zwaar. Er naar handelen gaat mij nergens meer brengen, behalve naar beneden. Mijn gezonde eet- en leefpatroon en alle ervaringen die ik met dit gedrag heb opgedaan zorgen ervoor dat er totaal geen waarde meer aan die negatieve gedachten hangt.
Toendertijd had ik niets anders, dus moest ik er voor mijn gevoel wel naar luisteren. Nu heb ik een veel fijner leven en dat is niet dankzij die gedachtes. Natuurlijk is het soms vervelend en is het goed om er even bij stil te staan. Door geforceerd te proberen die gedachtes uit te sluiten, wordt het vaak namelijk alleen maar erger. Het zit er met een reden en het kan heel erg helpen om eens te kijken waar die gedachtes precies vandaan komen.
Er is natuurlijk niet één goede manier om hiermee om te gaan, net zoals dat er niet één manier is om te herstellen. Voor mij was het belangrijk om te accepteren dat deze gedachten soms bij mij horen, maar dat dat niets negatiefs hoeft te zijn. Het hoeft mijn leven niet meer te bepalen. Hoe lang of kort geleden je eetstoornis ook achter je ligt, negatieve gedachtes zullen er altijd zijn en dat hoeft helemaal niet erg te zijn. Het hoeft jouw geluk niet in de weg te staan, want hoewel je geen nieuw hoofd krijgt is je hoofd toch maakbaarder dan je denkt.
♥
Geef een reactie