Na tien weken cyclus is nu het moment van de tweede evaluatie aangebroken. Het team adviseert mij een vijfdaagse deeltijdbehandeling, een iets ‘zwaarder’ advies dan ik aanvankelijk dacht. Het is geen verassing. Ik had zelf al aangegeven dat ik hier helemaal achter sta. Er is echter een wachtlijst. Pas over 1 á 2 maanden is er een plekje vrij. Om de wachttijd te overbruggen, en om nog wat meer grip te krijgen op de Boulimia, ga ik een derde cyclus in de pre-groep doen.
De afgelopen periode is het mij en de andere meiden duidelijk geworden dat de eetstoornis ons heel veel kost. Ondanks dit besef heb ik erg veel terugvallen gehad. Ik ben klaar voor de therapie, maar loslaten blijft heel moeilijk. Om ons over de drempel te helpen, schrijven we nu een afscheidsbrief aan onze eetstoornis. Dit is die van mij.
Beste Eetstoornis,
Misschien is er een tijd geweest dat ik je nodig had, maar nu ga ik je loslaten. Je brengt me alleen maar pijn en verdriet en staat een gezond leven en een mooie toekomst in de weg.
Al zo lang ik me kan herinneren, hoor ik jouw dwingende stem. Je vertelt me dat ik moet veranderen, mooier en slimmer en leuker moet worden. Toen ik een klein meisje was, fluisterde je me in dat mijn bovenbenen te dik waren. Ja, dacht ik toen, ik ben een lelijk, mollig kind. Daarom willen de andere kinderen niet met mij spelen!
Als ik uit school een koekje at, of zoet beleg op brood mee had, hoorde ik je zeggen dat ik dat niet op moest eten. Ik moest een week vasten als ik toch toe had gegeven aan de verleiding. ‘Streng zijn voor jezelf, dan verdien je liefde en respect’, zei je.
Lange tijd fluisterde je, waardoor ik je niet altijd hoorde en luisterde. Maar toen ik alleen ging wonen, zag jij je kans. Je ging harder praten, schreeuwen. ‘Sporten, kreng! Geen chocolade eten! Geen koekjes meer! Waarom denk je dat je studie tegenvalt, je eenzaam bent, dat relaties stuklopen? Dat komt door je vieze vette lichaam!’ Wanhopig als ik was, geloofde ik je. Had ik maar nooit naar je leugens geluisterd. Ze hebben me aangespoord tot steeds excessiever, ongezond gedrag. Je hebt me gekwetst, beschadigd, vernederd en misbruikt.
Nergens was ik veilig voor je commentaar, zelfs niet in mijn dromen. En op momenten dat ik zo hard troost nodig had, vertelde jij me dat ik die kon vinden in eten. Alle dingen die je me verbood te eten, moest ik nu opeens van je eten. Je schreeuwde het tegenovergestelde. ‘Vreten, kreng, prop je maar vol, je kunt het toch niet! Je luistert niet naar me, nou, dan kun je het krijgen ook. Hier, taart, koekjes, chocolade, prop het er maar in totdat je zo misselijk en vol bent, dat je morgen wel weer wilt luisteren.’ Maar zelfs na een vreetbui was je nog niet stil. Je praatte me meteen een ongelofelijk sterkt schuldgevoel aan. Ik probeerde zo snel mogelijk weer dun te worden.
Toen sporten en vasten alleen niet genoeg was, dwong je me te braken. Dat kon ik eerst niet, maar jij liet me net zo lang oefenen tot de tranen me over de wangen rolde. Met liters water in mijn maag en na twintig rondjes om mijn as te draaien, lukte het me om te doen wat je vroeg. Als ik nu bezweet en uitgeput op de badkamervloer zit, ken ik mezelf niet meer terug.
Ik dacht dat ik door naar jou te luisteren gelukkiger zou worden, maar je hebt acht kostbare jaren van mijn leven verpest. Je keek mee en becommentarieerde alles wat ik deed. Je hebt me niet geholpen, nooit! Je liet me geloven dat ik je nodig had, dat je me zou troosten, me zou helpen mijn dromen waar te maken. Ik ben te moe om nog langer te luisteren. Ik heb je nodig gehad, en daar wil ik mezelf voor vergeven. Want ik ga je loslaten omdat ik wil beginnen aan mijn leven, zonder jou.
Je kunt schreeuwen wat je wilt, ik luister niet meer.
Geef een reactie