Eten was in de ogen van mij en mijn eetstoornis samen heel gemakkelijk op te delen in twee duidelijke vakjes. Goed of slecht eten. Eten waar je dik van werd en eten wat nog net door de beugel kon. Eigenlijk bestond er op een gegeven moment nog maar één vakje en voelde eigenlijk alles wat ik in mijn mond stopte slecht, fout, walgelijk en verkeerd. Maar verder hield ik me vooral aan die tweedeling. Er bestond in mijn hoofd eng eten en ‘wel oke’ eten, variaties zoals ‘lekker’ of ‘vies’ eten werden op een gegeven moment zelfs onduidelijk en vooral ook onbelangrijk. Het was goed of slecht, meer smaken waren er niet. Genieten van eten deed ik niet meer.
Eten. Mijn redder en mijn vijand. In ieder geval dat is wat ik mij kan herinneren uit de jaren dat ik een eetstoornis had. Bijna acht jaar lang heb ik ruzie gemaakt in mijn hoofd met mezelf, mijn hart en die verrekte eetstoornis. Ik weet dus heel goed wat een vurige discussies je voert in je hoofd als je nog aan je eetstoornis lijdt. Heel naar, als ik daar aan terugdenk. Gelukkig kan ik blogs voor je schrijven, zoals deze. Ik hoop dat je er wat in herkent, of eigenlijk natuurlijk niet, en dat je er vooral ook wat mee kunt.
Tijdens mijn behandeling werden producten die ik eng vond ook wel ‘verboden producten‘ genoemd. Ze stonden op mijn uitdagingen lijstje, omdat ik ze natuurlijk in de toekomst wel weer wilde leren eten. Mijn eetstoornis niet, maar ik wel. In die tijd was ik erg verwikkeld geraakt in mijn eetstoornis. Ik wist niet echt meer wat ik lekker vond en ervoer veel angst rondom iedere hap die naar binnen ging. Eten was eng en vooral het schuldgevoel na het eten vond ik ondragelijk.
Een keuze over eten leek door die tweedeling misschien makkelijk te maken. Toch ging er heel veel tijd in zitten. Ik piekerde me een ongeluk over wat de beste keuze zou zijn. Een beslissing werd niet enkel gemaakt op basis van hongergevoel, lekkere trek of smaak. Een beslissing werd overwogen met argumenten die betrekking hadden op afvallen, hoeveelheid calorieën en of en hoe ik het kon compenseren met wat ik voor de rest van de dag al had gegeten of nog zou gaan eten. Mijn hele brein en zijn werden in genomen door het piekeren over eten.
Ik werd er geregeld helemaal gek van. Vriendschappen, werk, de sfeer in mijn gezin, mijn stemming, lichamelijke gezondheid en schoolprestaties leden er enorm onder. Mijn eetstoornis had, -zie ik nu vooral achteraf-, overal een negatieve invloed op. Ik bracht uren door met mijn eetstoornis in discussie, samen plannen makend, piekerend en gegrepen door angst. Het leven leek alleen nog maar om eten en afvallen te draaien, waar was de rest van mijn levensdoelen gebleven? Ik voelde me zo verloren…
Hoe dit veranderd is, lees je eigenlijk in alle blogs over mijn eetstoornis bij elkaar. Er zijn in ieder geval 5 hoofdpunten die mij erg geholpen hebben en dat zijn emoties toelaten, vertrouwen hebben en het een kans geven, tijd, milder (lief) zijn en motivatie blijven herhalen. Bij al deze dingen was het belangrijk dat ik niet enkel veilig in een hoekje bleef zitten, maar juist uitdagingen aan ging. Als ik dat niet zou doen, zou ik ook niet verder komen natuurlijk. Maar juist het aan gaan van uitdagingen wat het aller engst!
‘Slecht’ eten dat op mijn verboden lijstje stond, riep heel veel op. Het maakte emoties in mij los waarmee ik totaal niet meer wist om te gaan. Gevoelens die ik niet meer wist te hanteren. Ik was kwijt hoe je dat ook alweer deed en wilde enkel weglopen, vluchten, een uitweg! Dit had te maken met het ongelofelijke schuldgevoel dat ik door mijn eetstoornis had ontwikkeld als ik wel gewoon normaal en gezond at. Want dat mocht niet. Mijn eetstoornis was destructief. Goed voor mijn lichaam zorgen en eten wat lekker was, hoorde daar totaal niet meer bij. Ik moest streng zijn, me aan regeltjes houden en vooral heel veel eten vermijden. Mezelf dingen ontzeggen en als dat niet lukte, voelde ik me gefaald, mislukt, walgelijk. Ik zat klem.
Om uit die gevangenis te komen, heb ik dus van alles moeten doen. Ik heb verschillende behandelingen gevolgd bijvoorbeeld. Daarin leerde ik van alles, zoals bij cognitieve therapie, gesprekken over mijn eetdagboek, PMT, individuele gesprekken en ook juist de groepstherapie en deeltijd behandelingen. Alleen kon ik dit niet, ik heb veel gehad aan professionele, deskundige hulp van mensen die al jaren met mensen met eetstoornissen werkten.
Over uitdagingen aan gaan en eetstoornis experimenten lees je verschillende blogs op onze website over uitdagingen en de controle over eten wat meer los leren laten. Ik geef je die dan ook graag mee. Je kunt hierin stap voor stap lezen hoe je jouw eetstoornis kunt bevechten, uit kunt dagen en zo ook kunt overwinnen. Want dat kan. Zelfs jij. Zelfs ik, want ook ik was er op een gegeven moment zo diep in weggezakt dat ik dacht dat het nooit meer goed zou komen. En toch sta ik nu hier en schrijf ik dit nu, terwijl ik aan een fijn ontbijtje zit.
Een ontbijtje waarvan ik niet weet hoeveel calorieën het bevat. Een ontbijtje met in mijn eetstoornis’ ogen ‘slechte’ yoghurt, ‘slechte’ cruesli en nog veel fouter sap. Maar wat is het heerlijk en wat voel ik mij gezond de laatste jaren. En volgens mij is dat de bedoeling. Ik hoop dat jij dat ook snel weer mag leren en ik hoop dat ik je met deze blog weer even heb herinnerd aan het feit dat je daar wel zelf iets aan moet gaan doen, met de informatie van onze website, de steun van de mensen om je heen en de hulp van ervaren professionals die te vinden zijn als het gaat om de behandeling van eetstoornissen.
Ik ben benieuwd of jij het herkent en hoe jij met goed en slecht eten omgaat.
♥
Fotografie: Marco Verch & Benjamin Horn
Geef een reactie