SOORTEN EETSTOORNISSEN BIJ JONGENS EN MANNEN.
Jongens en mannen lijden relatief vaak aan een eetstoornis, ondanks het stereotype dat deze ziekten bij vrouwen voorkomen. Terwijl meer vrouwen dan mannen aan anorexia en bulimia lijden, komt binge-eating ongeveer even veel bij mannen als bij vrouwen voor.
“Omgekeerde anorexia” komt meestal bij mannen voor. Omgekeerde anorexia verwijst naar een ongezonde en eeuwige obsessie met spiermassa. De jongens en de mensen met deze ziekte zien zich als klein, zwak of tenger zelfs als zij een gemiddelde spierontwikkeling hebben. Ze willen méér spiermassa.
Specifieke risicofactoren bij jongens en mannen
Er zijn specifieke risicofactoren bij mannen (in onze cultuur).
- Een eerste risicogroep voor het ontwikkelen van een eetstoornis vormen de mannen en jongens die sporten beoefenen waar slank zijn een voordeel is. Turners, lopers, jockeys, worstelaars, boksers, enz. zijn kwetsbaar. Er zijn (vermeende) prestatievoordelen van een lager gewicht : Worstelaars en boksers kunnen in een lagere gewichtsklasse kwalificeren. Bodybuilders willen veel spieren hebben, desnoods door vloeistof of lichaamsvet sterk te beperken.
- Een tweede groep met een hoger risiko op een eetstoornis zijn homo’s, mogelijkerwijs door de druk die ze ervaren om aantrekkelijk te zijn en een geïdealiseerd lichaamstype na te streven (slank en gespierd). Nochtans is het belangrijk om aan te stippen dat, gemiddeld gezien, zowel homosexuele als heterosexuele mannen ongeveer even ontevreden zijn met hun lichaam.
Arnold Anderson, M.D., Leigh Cohn, M.A.T. and Thomas Holbrook, M.D. wijzen in hun boek, ‘ Making Weight’ (Gurze, 2000) dat ook mannen beïnvloed worden door de media. Net zoals bij meisjes en vrouwen, is de tendens om zich te vergelijken met het ideale mannelijke lichaamsbeeld aanwezig. Dit brengt onzekerheid met zich mee. De duidelijk omlijnde buikspieren (het “six-pack”) en de V-vormige blik van de Griekse standbeelden zijn kenmerken van het ideale mannelijke lichaamstype.
U, als ouders, kunt het effect veronderstellen van dit gespierde mediabeeld op uw zonen met een slecht lichaamsbeeld. Anderson en anderen vemelden dat een “Man met laag zelfrespect een gewonde man is, en dat één van de meest voorkomende oorzaken van slecht zelfbeeld voortkomt bij jonge mensen die zich met onmogelijke normen inzake mannelijke aantrekkelijkheid vergelijken (p. 114).”
Uw zoon met een eetstoornis kan waarschijnlijk een behandeling vermijden omdat eetstoornissen nu eenmaal als typisch vrouwelijk gezien worden.
Informeer uw zoon van de ernst van de eetstoornis bij mannen. Omdat jongens en mannen vaak een bepaald gewicht en een bepaalde spiermassa willen bereiken, gaan ze soms ‘makkelijke oplossingen’ kiezen en b.v. steroïden gebruiken om dit onmogelijk doel snel te bereiken. Andere middelen zoals proteine supplementen, Ephedra en creatine worden eveneens misbruikt. Deze supplementen kunnen gevaarlijk zijn voor de gezondheid en moeten echt worden afgeraden. Het blijkt dat atleten die geneigd zijn deze supplementen te gebruiken, ook een verhoogd verhoogd risico op het gebruik van anabole steroïden vertonen.
De steroïden worden verboden door professionele sportenorganisaties. Steroïde- gebruik kan leiden tot acné, borstontwikkeling, hartaanval of gestoord hartritme, prikkelbaarheid, depressie, kanker en seksuele problemen. Als uw zoon steroïden gebruikt, heeft hij professionele hulp nodig hebben om te stoppen. Als uw zoon steroïden heeft gebruikt, maar er onlangs mee is gestopt, dan komen er vaak stemmingsschommelingen, moeheid, rusteloosheid, verlies van eetlust, en depressie voor.
Negen tips
1. Help uw zoon met een eetstoornis beseffen dat kleine veranderingen in lichaamsvorm meer haalbaar zijn dan (grotere) veranderingen in gewicht. Het gewicht is voor ongeveer 70% genetisch en dus biologisch bepaald.
De genetische aanleg beperkt de mogelijke waaier van lichaamsvormen. De vaders kunnen hun hun zonen helpen om hun FYSIEKE AANLEG TE BEPALEN, TE WAARDEREN EN TE HERKENNEN.
2. Leer uw zonen dat ondanks wat zij in de media zien, hun fysieke verschijning niet de voornaamste bron of reden van zelfwaarde is. Leer hen dat de media een geïdealiseerd, maar onrealistisch te bereiken “gespierd” lichaamstype naar voor schuift. Verhoog het media-IQ van uw zoon door samen te diskussieren over mediafoto’s.
3. Als uw zoon groot is, leer hen dan dat dunne jongens vaak meer dan uw zoon zullen eten zonder te verdikken.
4. Eetbuien (binges) of te veel eten leidt slechts in ongeveer 25% van de gevallen tot een overgewicht. Een controle door uw arts kan nodig zijn, vooraleer u zich kritisch uitlaat over de grootte van zijn voedselopname. Het gewicht van uw kind en/of de lichaamssamenstelling kunnen (ook bij veel-eters) immers perfect binnen de normale grenzen zijn.
5. Zorg ervoor dat leeftijdsgenoten, vooral oudere broers, “geen vette grappen” over elkaar of over kennissen mogen maken. Eveneens, vermijd het denigreren van dunne of tengere mannen. Stop het plagen van mannen die mager, zwak of tenger zijn. De vaders moeten vooral bijdragen tot een positieve appreciatie van het lichaamstype van hun zoon.
6. Sta uw zoon toe om sommige keuzen over maaltijden zelf te maken. Laat hem dus kiezen over zijn voedselopname, tenzij diegenen die hem behandelen een ander advies hebben. De keuzen van het voedsel en van de maaltijden zijn traditioneel het terrein van vrouwen en meisjes geweest. Maar ook jongens en de mannen moeten de verantwoordelijkheid voor voedsel en de maaltijd delen.
7. VERMIJD de machtstrijd met uw zoon over voedselkeuzen en voedselopname. Uiteindelijk is het bijna onmogelijk om de voedselopname van iemand te controleren.
8. Steun en moedig uw zoon aan om PROFESSIONELE HULP TE AANVAARDEN. Hoe langer een eet stoornis onbehandeld blijft, hoe meer gedachten en gedragspatronen aangetast raken. Omdat een jongere met een eetstoornis zowel attitudes rond eten, gewicht en lichaamsbeeld moet veranderen is het belangrijk om een therapeut te hebben die kennis heeft van eetstoornissen, en ook voeling heeft met het slankheidsideaal en de druk die het op mannen zet.
9. WEES ALERT voor schadelijke dieetsupplementen en steroïde-gebruik bij uw zoon. U vraagt hierbij best de hulp van uw huisarts of pediater als u een probleem vermoedt.
Bron: eetstoornis.be
Oorspronkelijke tekst: Cristen E. Haltom, Ph.D. Voice: 607-272-6750 Fax: 607-266-6414 Web: https://www.drhaltom.com © Copyright Cristen E. Haltom. All rights reserved.