Al uren lig je naar het plafond te staren. Iedereen om je heen slaapt al lang, maar jij kunt de slaap niet vatten. Het enige waar je aan kunt denken is Thuis, thuis en thuis; je eigen bed, je kamer, je ouders en de kat. De gedachten blijven je lastigvallen, en zijn niet weg te slaan; Hoezeer je ook probeert om aan iets anders te denken, het lukt je niet. Je voelt je depressief, eenzaam en in paniek.
Heimwee wordt wel omschreven als een ziekelijk verlangen naar huis. Het is in feite een stressreactie van het lichaam. Het is dus geen stoornis, maar een natuurlijke, emotionele reactie op het verlaten van de vertrouwde omgeving.
Fotografie: Nadja Tatar
De symptomen lijken op die van angst en depressie. Het verschil is echter, dat de klachten verdwijnen zodra je weer thuis bent (gelukkig wel :p). Sommige mensen hebben naas psychische ook lichamelijke klachten, en worden er letterlijk ziek van. Bijvoorbeeld hoofdpijn, maag/darmklachten, vermoeidheid, verminderde eetlust, benauwdheid, hyperventilatie en zelfs koorts.
Kenmerkend aan heimwee is, dat het meestal niet continu aanwezig is. Als je overdag aan het shoppen, badmintonnen, bergbeklimmen en cultuur-snuiven bent heb je er minder last van, hoewel je soms wel een beetje prikkelbaar of ‘uit je doen’ kunt zijn. Het zijn vooral de de momenten dat je even niets te doen hebt of niet onder de mensen bent dat het toeslaat.
Persoonskenmerken
Het is niet altijd duidelijk waarom de ene persoon wel last van heimwee krijgt en de andere niet. Toch zijn er wel een aantal factoren en persoonlijkheidskenmerken die er invloed op hebben. Mensen met heimwee stellen zich vaker afhankelijk op van anderen, hebben vaker een neurotische inslag, zijn vaak introvert en kunnen last hebben van een laag zelfbeeld. Iemand met heimwee is meestal ook veel planmatiger dan de niet-heimweelijder. Je hebt meer moeite met onverwachte wendingen of veranderingen (wat dus niet handig is als op vakantie je hele ritme, dagschema en eetpatroon door de war zijn).
Of je heimwee krijgt of niet, hangt natuurlijk ook af van de plaats waar je naartoe gaat. Als het lijkt op de omgeving die je gewend bent, of als je ter plaatse al mensen kent, is de kans op heimwee kleiner.
Wist je trouwens dat er onderscheid wordt gemaakt tussen twee verschillende soorten heimwee? Namelijk katten-en-honden-heimwee? Als je een kat uit zijn vertrouwde omgeving weghaalt, zal hij vooral het huis missen. Zij hechten zich aan het huis en keren daar steeds terug. Dit kan ook bij mensen voorkomen; je hebt bijvoorbeeld nergens last van als je ouders een weekje weg zijn, maar zelf meegaan…NO WAY!
Honden hechten zich juist niet aan het huis, maar aan de mensen. Als je dit hebt, kun je bvb. lekker met je ouders mee op vakantie gaan, maar is een schoolkamp of vakantie met vriendinnen vreselijk voor je. Dan is er ook nog zoiets als anticipatie-heimwee; je voelt je dan al rot, verdrietig en van slag vóórdat je vertrokken bent, door het idee dat je straks weg moet. Dit wordt ook wel omschreven als ‘angst-voor-de-angst’; je bent zó bang dat je er last van zult krijgen, dat de angst er nu al is.
Wat kun je ertegen doen?
En dan natuurlijk de groooote vraag….wat is eraan te doen? De eerste tip is eigenlijk al genoemd; zolang je bezig bent heb je minder last, dus dat betekent: zoveel mogelijk afleiding zoeken. Dus niet doelloos op de camping rondhangen, maar zorgen dat je leuke dingen te doen hebt!
Een aantal andere tips zijn:
– Zorg dat je van tevoren weet waar je terecht komt. Zoek informatie op over de omgeving en je verblijfplaats, zodat je niet voor te grote verrassingen komt te staan. Het kan ook helpen om alvast een aantal activiteiten in te plannen.
– Zorg dat je reisgezelschap op de hoogte is van je heimwee. Zij kunnen er dan rekening mee houden, door je bvb. niet te veel alleen te laten, en je te steunen als je het moeilijk hebt.
– Schaam je niet voor je heimwee. Het is onzin dat het iets is dat alleen bij kinderen voorkomt, of dat je een aansteller bent. Het komt vaker voor dan je denkt (wel 93% van de volwassenen geeft aan wel eens heimwee te hebben gehad!)
– Het is moelijk, maar probeer toch aan de léuke dingen, en de voordelen van het weg-zijn, te denken op de momenten dat je heimwee hebt. Denk aan het strand waar je morgen naar toe gaat, of het leuke truitje dat je vandaag hebt geshopt.
– Soms kan het fijn zijn om ongeveerd dezelfde structuur aan te houden als thuis; door bvb. om dezelfde tijd op te staan, te lunchen en te dineren.
– Neem iets vertrouwds mee van thuis, zoals je knuffel, kussensloop of foto’s.
– Neem iets mee wat je kunt doen op het moment dat je het moeilijk hebt, iets wat je afleiding kan geven. Bijvoorbeeld je lievelingsmuziek of een boek.
– Zorg dat je contact kunt leggen met thuis, bvb. door te bellen.
In sommige gevallen kan het echter beter zijn om dit juist níet te doen. Het kan namelijk ook zijn dat het eigenlijk best goed gaat, maar je hopeloos instort als je ‘s avonds naar huis belt en de stem van je moeder hoort.
– Zijn de gedachten aan thuis niet te stoppen? Realiseer je dan dat de beelden die zich aan je opdringen erg geïdealiseerd zijn; het lijkt allemaal honderd keer leuker en mooier dan hoe je het normaalgesproken beleeft als je thuis bent. Door hierbij stil te staan, kan het verlangen naar huis soms wat minder worden.
Suuucces! En vergeet niet van je vakantie te genieten!
Geef een reactie