”Als ik dit heb gedaan, dan wordt alles beter. Als ik eenmaal zo ver ben, dan is het goed. Als ik x kilo ben afgevallen, dan is mijn leven perfect!” Lange tijd was ik er heilig van overtuigd dat ik pas echt gelukkig zou zijn met een bepaald gewicht. Ik werkte er hard voor, gaf alles er voor op en toen ik het had bereikt? Dat lees je in deze blog.
Het was me gelukt, ik was eindelijk op mijn streefgewicht. Maanden ben ik hier mee bezig geweest en het moment was eindelijk daar. Ik stapte de weegschaal op en af en op en af en staarde naar het getal wat elke keer opnieuw verscheen. Het was me echt gelukt. Dit was m’n grootste droom die werkelijkheid was geworden. Nu ben ik echt gelukkig, toch? Ik weet dit moment nog zo onwijs goed, maar geluk is niet iets waar ik meteen aan moet denken. Wat voor gevoel ik wel had, vind ik moeilijk te omschrijven. Het was zo dubbel, er raasde van alles door me heen, maar tegelijkertijd voelde ik me ook heel leeg. Mijn allereerste gedachte was. En nu? Hoe verder?
Voor een kort moment voelde ik misschien een opluchting, maar al snel wende ik aan de situatie en verzon ik weer een nieuw doel om te behalen. Ik stelde een nieuw streefgewicht en nog een nieuwe en nog een nieuwe. Mijn succes voelde niet bevrijdend, maar eerder benauwend. Hoe meer ik afviel, hoe hoger ik mijn doelen stelde. Ik schoof het alleen maar op, opzoek naar het absolute geluk. Een einddoel dat niet bestaat.
Je kan het misschien vergelijken met een heel succesvolle kunstenaar, die na jaren hard werken nu bakken met geld verdient en wereldberoemd is. Dit is iets waar diegene altijd al naar had verlangd, maar hoe verder hij kwam in het bereiken van zijn doel, hoe hoger de lat kwam te liggen. Waar hij zichzelf eerst nog vergeleek met zijn klasgenootjes op de kunstacademie, vergeleek hij zichzelf nu met de allergrootste kunstenaars ter wereld, maar vergelijken, dat bleef hij doen. We vergeten dat wanneer we ‘hogerop’ klimmen, de dingen waarmee onszelf vergelijken niet minder worden, maar gewoon met ons mee veranderen. Vergelijken zal je altijd wel blijven doen.
Dat jouw kunstwerk in een hoogstaand museum hangt, was in de tijd van je studie nog ongelooflijk bijzonder, maar in je nieuwe omgeving hangt iedereens werk in een hoogstaand museum. Het is niet meer bijzonder, het is normaal geworden, dus moet je weer wat nieuws bedenken om jezelf goed en succesvol te voelen. Daarom blijf je door en door gaan, je werkt je suf, maakt overuren, bent constant gespannen en raakt gefrustreerd wanneer je inspiratie niet komt. In plaats van een stap terug te nemen, loop je compleet over je eigen grenzen heen tot je er, soms letterlijk, bij neervalt.
Probeer dit kunstwerk nu eens te zien als jouw gewicht. Die vergelijking is best wel makkelijk te maken. Waar je eerst nog zo blij mee was, is opeens niet meer goed genoeg. Je raakt er aan gewend, bij anderen is het beter. Je gaat door en door, hoe lager je gewicht, hoe meer je je gaat vergelijken met andere lage gewichten. Het is nooit goed genoeg, je gaat door en door, leeft onder constante druk, pusht nog een beetje verder, tot jij er ook, letterlijk, bij neervalt. En dit alles, opzoek naar het geluk.
Steeds meer afvallen heeft mij nooit gelukkiger gemaakt. In essentie maakte het mij alleen maar ongelukkiger. Dat wat ik er voor op moest geven, woog niet op tegen wat ik er voor terug kreeg. Ik kreeg er namelijk helemaal niet zo veel voor terug, dit terwijl mijn hele leven ervoor moest wijken. In het begin, toen het afvallen nog onschuldig en niet obsessief was, voelde ik mij inderdaad lekkerder in mijn vel zitten. Ik was niet krampachtig bezig met het behalen van een doel, maar was iets te zwaar en wilde me gewoon wat lekkerder in mijn vel voelen. Ik was helemaal niet bezig met een bepaald gewicht. Ik was niet ongelukkig. Pas toen het een obsessie werd, toen ik eisen ging stellen, toen ik ging vergelijken, toen ging het mis. Doelen stellen en naar dingen toewerken is op zich niet iets slechts, het is ook juist goed, maar het is niet allesbepalend en er zit een grens aan.
Nu heb ik geen weegschaal meer. Ik luister naar mijn lichaam en voel aan wanneer ik iets meer of minder zou moeten eten. Ik ben niet meer bezig met het behalen van een bepaald doel, ik wil gewoon lekker in m’n vel zitten en bekijk het per dag. Ik hecht waarde aan en doe de dingen die mij nu op dit moment gelukkig maken. Ik streef wel doelen na, maar ze zijn realistisch en niet allesbepalend. Ik offer er niet langer iets voor op en ik staar me er niet langer dood op. Geluk is iets wat je moet vinden in het hier en nu, want morgen blijf toch altijd maar morgen.
Waar word jij gelukkig van?
Geef een reactie