Het meisje met de depressie

Een klein meisje wandelde door het bos. Ze voelde de zon op haar huid en de zon in haar hart. Ze zag de vogels en bewonderde hun prachtige melodieën. Ze genoot ervan in stilte. Een zacht briesje gaf haar de wind in de rug. Ze lachte naar de vlinders, omdat de kleuren haar plezier deden. Ze huppelde en bedankte de bomen voor hun schaduw. De koelere lucht gaf haar frisse energie en levenslust. Ze wandelde door en door, er viel immers nog zoveel te ontdekken… De omringende bomen werden groter en groter, met hun wortels dieper en dieper in de grond.

Meer en meer blaadjes die haar beschermden tegen de regen. Vaak maakte ze een sprongetje over een beekje. Het beekje dat gelijkmatig naast haar stroomde. Af en toe een stroomversnelling, af en toe een dam. Soms zelfs een prachtige waterval.

Ze wandelde door en door, want ze moest en zou haar bestemming bereiken. Haar tempo werd steeds hoger, maar dat viel niemand op. Ze bewoog zich immers voort, net zoals de mollen die dieper in de grond kropen of de vogels, die uit hun nesten vlogen. Ze voelde de zon op haar huid, ze zag de vogels, lachte naar de vlinders en bedankte de bomen. Omdat het van haar verwacht werd.

Ze liep steeds sneller en sneller, onvermoeibaar leek het wel. Maar een stemmetje spoorde haar aan. Ze liep zo snel door, dat ze iets verloor. Waar en wanneer wist ze niet. Was het bij die oversteek over dat gammele bruggetje? Of had één vogel te hard gefloten? Onbepaald was het.

Maar één ding stond vast: ze verloor de kaart. En met de kaart, ook de weg. Niet erg, mompelde ze, ik zoek wel een wegwijzer. Ik stippel zelf wel mijn weg uit, daar heb ik geen kompas voor nodig. Ik ga wel nog wat sneller. Maar de vlaktes werden steeds leger. Een eenzame boom kon haar al snel niet meer de schaduw geven die ze zo nodig had. Van de vogels had ze al lang geleden afscheid genomen. Hun melodieën maakten haar jaloers en irriteerden haar. Ze herinnerden haar aan een vroegere weg, een weg waarvoor ze te groot was geworden, een weg waar de takken te laag hingen.

De vogels vlogen in de lucht, steeds hoger en hoger. Ze hadden net zoals zij, allemaal hun eigen doel. Ze hield wel van de vogels, maar ze kon hen niet gebruiken om haar doel te bereiken. Ze begrepen het trouwens toch niet, ze hadden deze vlakte nog nooit gezien. Zij zagen dan weer andere dingen, dingen die zij niet zag.

De keren dat ze bergop moest wandelen waren niet te tellen. Ze besefte het wel, ze wandelde in cirkeltjes, maar ergens moest die wegwijzer toch verschijnen. Dat beloofde het stemmetje. Achter elke volgende bocht zou ze wel een schittering van haar doel kunnen zien… Bij elke stap voelde ze zich wat krachtiger, ook al deden haar voeten pijn. Ook al kreeg ze hoofdpijn van het stemmetje dat haar aanspoorde. Ze verdiende het… Een beetje verder kon ze toch nog wel… Die pauze kwam later… Stilstaan was achteruitgaan en vertragen kwam in de buurt van verliezen. Het verliezen van tempo. Het verliezen van vooruitgang. Dus ging ze door en door, ze rende bijna. Ze was niet triest meer, ze was gewoon moe. Moe van deze vlakte.

De boomstam over het water had nog nooit zo onstabiel geleken. Ze balanceerde een beetje naar links, en verloor haar evenwicht net niet. Ze keek naar voor en ging maar door, ze nam weggetjes die veelbelovend leken, maar kwam bedrogen uit. Binnendoor weggetjes waren duidelijk niet voor haar bestemd. De wind was niet langer meer aangenaam, maar sneed in haar gezicht. Ze voelde de zon nog wel op haar huid. De zon in haar hart was ze verloren.

Ze struikelde weleens en kon dan niet anders dan even pauzeren. Toen zag ze soms een vogeltje dat haar volgde. Een dapper vogeltje, dat naast haar vloog, maar nooit voor lang. Een vogeltje dat haar zachtjes toezong. Maar het drong niet altijd door. Het geluid bereikte haar oren niet. Ergens wilde ze de melodie ook niet horen. De vlakte was nu zo vertrouwd geworden, dat elke herinnering aan thuis haar angstig maakte. Thuis waren de grote bomen. Zou het dichte struikgewas niet te verstikkend zijn? Zouden de andere vogels niet al te hoog zijn, zou ze de vogels nog wel kunnen inhalen?

bron foto

Dus maakte ze haar eigen reis en vervolgde ze haar weg. En ze liep door, aan een stevig tempo. Ook al was de weg uitputtend. Het eindpunt was nog niet in zicht, maar dat hield haar niet tegen. Af en toe hield een verdwaalde boom haar tegen met zijn takken, maar ze liet zich niet lang ophouden. Ze liep met een grote boog rond nieuwe bomen die haar pad kruisten. Het waren zelfs geen echte bomen, eerder dunne takken, die bij het minste zuchtje wind zouden breken. De stenen in de rivier voelden glad aan, toen ze haar voeten erop zette, maar ze kwam zo goed als ongedeerd aan de overkant.

Ze kwam aan een kruispunt en moest een weg kiezen. Ze was al eerdere kruispunten gepasseerd. Vorige keer stond er een wegwijzer. Vorige keer volgde ze de broodkruimels. Vorige keer volgde ze het gezang van een vogel. Deze keer was anders.

Deze keer stond ze alleen. Zelfs het stemmetje was stil, alsof de stilte de leegte wilde benadrukken. Alsof ze zelfs niet meer moe kon zijn. Ze hoorde geen enkele vogel meer zingen. Gewoon stilte. Niets meer, niets minder. Stilte in die vlakte, leegte in haar ogen. Mist die haar uitzicht, maar vooral het overzicht bedekte.

Daar stond het op haar te wachten, een paar meter voor het kruispunt. Ze kon niet anders dan plaatsnemen. Dit bankje was enkel voor haar bestemd. Het was niet haar doel, dat wist ze. Wat het wel was, wist ze niet. Ondertussen veranderde een stortbui het beekje in een woeste rivier en ze wachtte. Ze wachtte op het vogeltje. Ze hoopte op plantjes die zouden verschijnen. Ook al wist ze dat dit niet de juiste plaats was, de bodem was onvruchtbaar.

bron foto

Ze wachtte vooral op zichzelf. Ze wachtte op een zonnestraaltje diep in haar, want dat zat er, dat wist ze zeker. Al zou ze eerst de berg op moeten klimmen, om die zonsopgang te kunnen ervaren. Zelf ervaren wat het vogeltje haar vertelde. De berg was nog hoog.

Stap voor stap, liep ze verder. Je zag ze bijna niet meer lopen. Je wist niet waar ze naartoe ging. Wist ze dat zelf wel?

– Een verhaal over depressiviteit –

Anoniem

Scarlet

Geschreven door Scarlet

Reacties

21 reacties op “Het meisje met de depressie”

  1. Wow, wat onwijs mooi! Ik ben er stil van. Ontzettend krachtig verwoord. Het maakt diepe indruk op me. Wat kan jij mooi schrijven! Jeetje, ik vind dit heel bijzonder.

    Bedankt anoniem, voor het insturen. Ik ben blij dat ik dit heb mogen lezen.

  2. Dit is echt fantastisch, echt respect hiervoor.
    Het is zo herkenbaar en zo mooi verwoord, je schrijfkunsten zijn echt geweldig. Ik ben er stil van.

    Bedankt om dit met ons te delen.

  3. Wauw…

    Heel mooi geschreven!
    Respect!

  4. Wauw, dit is zo mooi geschreven. Kreeg er toch wel een beetje kippenvel van.

  5. Mooi verwoord!

  6. Jeetje wat is dit mooi geschreven!

    ‘Stilstaan was achteruitgaan en vertragen kwam in de buurt van verliezen. Het verliezen van tempo. Het verliezen van vooruitgang. Dus ging ze door en door, ze rende bijna. Ze was niet triest meer, ze was gewoon moe. Moe van deze vlakte.’

    Deze zin raakte mij diep.

    Bedankt voor het delen.

  7. Echt super mooi geschreven. Het heeft echt een inpakt op me gehad.

  8. Wow echt prachtig geschreven!!

  9. Indrukwekkend. Wat een bijzonder verhaal. En een complex verhaal. Maar mensen zijn ook complexe wezens. Ze raken verstrikt in zichzelf.

  10. Damn.. Wat prachtig. Geen woorden. Het inspireerd me diep. Bedankt voor het delen lieve Anoniem.

  11. Bedankt voor jullie lieve reacties! Het doet goed om te weten dat jullie iets aan het verhaaltje hebben :), ik ben toch blij dat ik het verhaaltje verstuurd heb (na lang twijfelen) Ik hoop dan ook heel hard dat iedereen die verloren rond loopt, zijn of haar weg mag terugvinden. Xx

  12. Heel mooi, Anoniem. Zo schrijnend pijnlijk het thema is, zo treffend is de manier waarop je schrijft. Je hebt talent!

  13. @Anoniem: Het was zeker weten de goede beslissing geweest om je verhaal in te sturen. Ik heb het vanmiddag gelezen en het is in mijn hoofd gebleven. Het heeft zo’n indruk op me gemaakt! Echt prachtig is het!

  14. jeetje, wat mooi verwoord! Respect.

  15. Jeeje wat mooi geschreven!
    beetje herkenbaar ook..
    Sterkte x

  16. @Anoniem: Heb je trouwens gezien dat je tekst is gedeeld op de Facebook pagina van ‘De wereld van de psychiatrie’? šŸ™‚

  17. Had ik nog niet gezien, bedankt om het te laten weten!

  18. Wauw, wat onwijs mooi geschreven! Ik ben er helemaal stil van (en dat gebeurt niet vaak!)

  19. Wauw.. šŸ˜¢

  20. Stil. Weet niet wat te zeggen lieverd, xxx

  21. Echt mooi…
    Bedankt
    x

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *