‘Eetbuien de Baas’ is een grootschalig onderzoeksproject. Daarin wordt op basis van metingen in het dagelijks leven onderzocht door welke factoren een eetbui te voorspellen is; en hoe en wanneer er het beste ingegrepen kan worden, om eetbuien te voorkomen. Dit onderzoek wordt verricht door Lotte Lemmens. Ze is werkzaam als onderzoeker en docent bij de vakgroep Klinische Psychologie aan de Universiteit Maastricht. Ook heeft ze ruime ervaring in het behandelen van mensen met diverse vormen van eetproblematiek. Op ons forum hebben we opgeroepen om deel te nemen aan dit onderzoek. Inmiddels, een jaar na de eerste oproep, beantwoordt Lemmens in dit artikel een aantal vragen over haar onderzoek ‘Eetbuien de Baas’.
Hoe komt het eigenlijk dat mensen eetbuien hebben en waarom is het zo moeilijk om ervan af te komen?
“De meest invloedrijke theoretische verklaring voor eetbuien veronderstelt dat gedachtes en opvattingen een cruciale rol spelen in het complexe samenspel van factoren die een eetbui kunnen uitlokken. Denk hierbij aan emoties, lichamelijke signalen of de verleidingen waaraan iemand wordt blootgesteld. De kern is de veronderstelling dat de manier waarop je denkt, bepaalt hoe je je voelt en wat je doet. Bepaalde gedachtes en opvattingen kunnen zorgen voor onprettige gevoelens en ongewenst gedrag. Dit noemen we disfunctionele of niet-helpende gedachtes. Met een ingewikkeld woord, wordt dit ook wel cognities genoemd.
Die disfuntionele gedachtes verschillen per persoon. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan opvattingen en gedachtes over de functie van eten (‘op een verjaardag hoort een stuk taart erbij’), het belang van gewicht en lichaamsvormen (‘ik ben een vies vet varken’), stress-gerelateerde gedachtes (‘alleen door te eten zal mijn spanning afnemen’’, of de gedachte toch geen controle te hebben over wat je eet (‘het heeft geen zin om me te verzetten, ik ga straks toch voor de bijl’).
Deze gedachtes en opvattingen zijn gebaseerd op eerdere ervaringen en het is onmogelijk om ze tegen te houden. Wel kun je leren om ze te herkennen en om erop te reageren met een steunend alternatief. De behandeling die bij dit model hoort is de cognitieve (gedrags)therapie. Het uitgangspunt van de behandeling is dat eetbuien verminderd kunnen worden door mensen te leren om anders tegen situaties aan te kijken en er anders mee om te gaan. Het identificeren van – en reageren op – disfunctionele gedachtes en het veranderen van gedrag is echter niet gemakkelijk. Dat vergt veel oefening. Je bent dus, zelfs als je in behandeling bent, niet zomaar van de eetbuien af.”
In 2021 deden jullie een oproep op het forum van Proud2Bme voor deelnemers aan een lopend onderzoek over eetbuien. Waar gaat dit onderzoek over?
“Dat onderzoek had als doel om het theoretische verklaringsmodel verder te onderzoeken. Uit eerder onderzoek is namelijk gebleken dat mensen met eetbuien inderdaad vaak disfunctionele gedachtes en opvattingen rapporteren, maar er kon nog niet met zekerheid worden vastgesteld of deze gedachtes ook daadwerkelijk voorafgaan aan de eetbui (zoals in de theorie verondersteld wordt), of dat de eetbui juist de gedachte uitlokt. Het beroemde kip-ei-verhaal. Bovendien werden de gedachtes in eerder onderzoek vaak in isolatie onderzocht, en bleef het onduidelijk in welke mate ze interacteren met andere factoren die een eetbui zouden kunnen uitlokken.
Om hier meer inzicht in te krijgen vroegen we aan deelnemers om twee weken lang voor en na elk eetmoment met behulp van een app op hun smartphone allerlei vragen te beantwoorden over eten, gedachten, emoties, en de context waarin deze plaatsvinden. We waren daarbij voornamelijk geïnteresseerd in gedachten die mensen hadden voorafgaand aan een eetbui. Meer specifiek wilden we weten welk type gedachten er gerapporteerd worden voorafgaand aan een eetbui, en in hoeverre deze afwijken van gedachten voorafgaand aan andere eetmomenten.”
Is er al iets opvallends uit dit onderzoek gekomen?
“We zijn momenteel druk bezig met het analyseren van alle data. Zodra we nieuws hebben, zullen we dat uiteraard met jullie delen.”
Stel je hebt zelf last van eetbuien, wat kan je dan het beste doen? Wat helpt tegen eetbuien?
“Om eetbuien succesvol te behandelen is het nodig om te snappen hoe dit gedrag ontstaat, welke triggers er zijn en hoe in stand houdende factoren werken. Voor eetbuien die voorkomen in de context van boulimia nervosa (BN) of eetbuistoornis (BED) is de voorkeursbehandeling cognitieve gedragstherapie (CGT) of Enhanced CGT (CBT-E). Een goede tweede keus is interpersoonlijke psychotherapie (IPT). Bij mensen met overgewicht of obesitas kan dit gecombineerd worden met een gewichtsreductie-programma.”
Is er ook iets dat absoluut niet helpt tegen eetbuien, waar mensen zich vaak in vergissen?
“Wat in ieder geval niet helpt is te weinig of onregelmatig eten. Veel eetbuien komen namelijk voort uit weinig eten en compenseren van vorige eetbuien.”
Wat is goed en geruststellend om te weten voor iemand die eetbuien heeft, bang is voor de gevolgen daarvan en veel schaamte ervaart?
“Het is belangrijk om te weten dat eetbuien heel vaak voorkomen, en dat veel mensen het moeilijk vinden om van hun eetbuien af te komen. Je bent dus niet alleen! Daarnaast is het goed je te realiseren dat er goede en effectieve behandelingen voor eetbuien bestaan. Ons project mag dan wel als doel hebben om behandelingen verder te verbeteren, maar dat wil niet zeggen dat bestaande behandelingen niet werken. Er worden wel degelijk goede resultaten behaald.”
Jullie zijn nog op zoek naar nieuwe deelnemers aan het onderzoek Eetbuien de Baas. Wat staat iemand die meedoet te wachten? Waarom is het belangrijk dat mensen zich aanmelden?
“Daar waar we in de eerste studie vooral keken naar de rol van gedachtes, kijken we in de huidige studie ook naar andere mogelijke voorspellers van eetbuien (zoals omgeving, emoties en gedrag) en hoe deze met elkaar samenwerken. Op deze manier krijgen we ook meer inzicht in de centrale factoren. Is het bijvoorbeeld echt wel zo dat die gedachtes een cruciale trigger zijn? Of zijn er andere factoren die beter kunnen voorspellen dat er een eetbui aankomt?
Deelnemers aan onze studie vullen allereerst een korte online screeningsvragenlijst in. Wanneer ze voldoen aan de eerste screeningscriteria, vindt er een telefonisch interview plaats waarin verdere geschiktheid voor het onderzoek wordt bepaald. Vervolgens vragen we aan deelnemers om twee weken lang vóór en na elk eetmoment, en op willekeurige momenten gedurende de dag, via een app op hun smartphone vragen te beantwoorden over eten, gedachtes, emoties en de context waarin deze plaatsvinden.
Daarnaast dragen deelnemers een smartwatch, die voortdurend informatie verzamelt over onder andere hun activiteitenniveau, hartslag en slaappatroon. We vragen dus best wel wat van deelnemers, maar hun bijdrage is ontzettend waardevol voor ons. Met elke vragenlijst die wordt ingevuld, krijgen we namelijk weer wat meer inzicht in de voorspellers van eetbuien en komen we een stapje dichter bij ons einddoel: het verbeteren van behandelingen voor eetbuien.
De resultaten die uit dit onderzoek naar voren komen, zullen namelijk gebruikt worden om een gepersonaliseerde app te ontwikkelen die eetbuien kan voorspellen en die ondersteuning kan bieden op het moment dat mensen op het punt staan de controle te verliezen. Deze interventie zal worden getest in de derde en laatste studie van het project. Hiermee draagt het project niet alleen bij aan een beter begrip van eetbuien, maar ook aan de ontwikkeling van een interventie die een brug kan slaan tussen de behandelkamer en het dagelijks leven.”
Waar ligt de focus op dit moment op? Wat hopen jullie nog te bereiken met deze onderzoeken?
“Op dit moment richten we ons vooral op het afronden van de data-analyse van de eerste studie en het werven van deelnemers voor de tweede studie. Uiteindelijk hopen we zoals gezegd een gepersonaliseerde smartphone-interventie te ontwikkelen die kan voorspellen wanneer iemand een eetbui gaat hebben en die ondersteuning kan bieden op het moment dat iemand op het punt staat de controle te verliezen.”
Wat gaat er verder gebeuren met de resultaten van het onderzoek?
“Deze zullen niet alleen worden gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften, maar ook op een laagdrempelige manier verspreid worden onder deelnemers, therapeuten, organisaties en andere betrokkenen, waaronder het platform Proud2Bme.”
Wil je verder nog iets kwijt?
“Ben je nieuwsgierig geworden en wil je meer informatie over het onderzoek? Ga dan naar onze website, of volg ons op Facebook of Instagram. Hier vind je ook onze contactinformatie. Meer informatie over mijn werk vind je op mijn UM-profielpagina en op YouTube.”
Geef een reactie