“Huil jij weleens?”, vroeg mijn kleindochter. Ze keek me met haar grote donkere ogen lang aan. Ik knikte. “Iedereen huilt weleens,” zei ik. “Jij toch ook?” vroeg ik haar. Ze knikte en zei: “Gisteren nog. Ik keek naar een balletuitvoering en ik kreeg tranen in mijn ogen. Het was zo mooi!” Je hebt tranen van boosheid en tranen van vreugde. “Dus je hebt ook tranen met stekels?” concludeerde mijn kleindochter. “Ja, jij had tranen van vreugde, maar je zal ook weleens tranen met stekels hebben gehad,” zei ik tegen haar. Ze knikte en vertelde dat ze op school gepest was en dat dit heel veel pijn had gedaan. Dagenlang had ze de pijn gevoeld.
Ieder mens wil van zijn verdriet af, omdat het zo vreselijk pijn kan doen. Maar niemand kan je verdriet wegnemen. Want als je dat probeert, komt het dubbel en dwars terug. Verdriet heeft veel tijd nodig, dat kan niet snel even afgehandeld worden. Verdriet wil meegenomen worden in het leven. Het hoort erbij.
Elisabeth Riphagen is moeder, schrijfster en sinds 2022 gastblogger bij Proud2Bme. Ze schrijft over haar ervaringen met een langdurige en verborgen eetstoornis en met ongeneeslijk ziek zijn. Over de lessen die ze heeft geleerd en wat ze jou daarvan wil meegeven. Regelmatig verschijnen er blogs van haar op Proud2Bme. Wil je meer van haar lezen? Dat kan via de tag ‘Elisabeth blogt‘. Haar voorstelblog, in de vorm van een interview, vind je hier
Ik vertelde mijn kleindochter dat huilen eigenlijk iets heel moois is: je lichaam troost jou. Huilen zorgt namelijk dat je even helemaal je kan laten gaan en zorgt voor ontspanning. Dat klopt, zegt een arts. Bij huilen komen er ‘endorfinen’ vrij. Dat zijn hormonen die ervoor zorgen dat de pijn in je hoofd iets verzacht. Huilen werkt als een pijnstiller. Maar huilen heeft ook een relationele functie. Door te huilen laat je zien dat je aandacht en liefde nodig hebt.
In de tijd dat ik aan mijn eetstoornis leed, huilde ik veel. Ik probeerde mij wanhopig verstaanbaar te maken. Met mijn tranen wilde ik laten zien dat ik hulp nodig had. Ik kon niet zeggen waarom ik huilde. Ik wist het zelf nauwelijks waarom ik huilde. Toch hielpen de tranen mij. Ze gaven mij troost in mijn lijden en in mijn eenzaamheid.
Er is nog maar weinig onderzoek gedaan naar huilen. Volgens de onderzoeken die al wel gedaan zijn, weten we dat huilen verschillende functies heeft: allereerst is huilen dus die pijnstiller voor je mind. Heel fijn, maar huilen heeft nog veel meer functies. Het is bijvoorbeeld ook een communicatiemiddel. Door te huilen, communiceer je met anderen. Je laat zien dat je liefde, medelijden en aandacht nodig hebt.
Het begint al vanaf dat je een baby bent: je huilt omdat je iets van je moeder wilt. Vrouwen moeten vaker hun tranen drogen dan mannen, zegt een onderzoeker. Mannen huilen volgens dr. Vingerhoets 0 tot 1 keer per twee maanden. Vrouwen 2 tot 5 keer per maand. Dit komt doordat vrouwen meer in aanraking komen met emotionele prikkels. Schrijver en filosoof Maxim Februari hoor ik in het tv-programma Zomergasten zeggen: ‘In mijn transitie van vrouw naar man gebruik ik meer testosteron en kan ik veel minder makkelijk huilen.’ Meer testosteron = minder tranen.
Ik wens ons allemaal, vrouwen, meisjes en jongens dat we ons verstaanbaar maken met huilen; een zachte kracht die om moed en met samenwerking vraagt. Het is zo belangrijk dat wij als ervaringsdeskundigen er durven zijn. Dat we vertellen dat huilen niet erg is, dat tranen een uiting is van het lichaam dat ons troost. Laten wij er durven te zijn, laten wij de moed hebben om over eetstoornis te praten, elkaar daarin te delen en te getuigen dat er ook een leven zonder eetstoornis kan zijn. En als je eetstoornis er nog is, dan weten we van elkaar dat er een tijd komt dat je geheeld bent. Blijf geloven, hopen en liefhebben.
Geef een reactie