Een eetstoornis discrimineert niet en dat willen we ook graag zichtbaar maken in de blogs. Vandaar dat je sinds een tijdje mee kan lezen met verschillende gastbloggers. Vandaag stellen we je graag voor aan Maren. Ze is 22 jaar oud, studeert geestelijke gezondheidswetenschappen en in haar vrije tijd is ze graag met vrienden en familie. Ze vindt het leuk om uit te gaan, te sporten, creatief bezig te zijn en daarnaast geniet ze van het studentenleven.
Ik ontwikkelde al heel vroeg een eetstoornis. Toen ik zes jaar was vond ik mezelf al te dik. Toen ik zeven was, had ik al bedacht dat eten slecht was en dat ik me daarvoor zou moeten schamen. Toen ik acht jaar was, had er mijn levensdoel van gemaakt om altijd de lichtste te zijn van iedereen. Een jaar later gaf ik voor het eerst mijn koekjes weg op school en begon ik te handelen naar mijn eetstoornisgedachtes. Ik was toen pas negen jaar.
Hoe kwam ik zo jong al aan een eetstoornis?
Mijn oppas was altijd bezig met afvallen en vertelde mij daar als klein meisje al over. Tegelijkertijd werd ik ‘gecontroleerd’ op de weegschaal bij judo (daar schreef ik ooit al deze blog over) en daarmee dacht ik de code te hebben gekraakt: als ik toegeef aan de drang om te eten ben ik zwak, als ik aankom heb ik geen discipline en controle, als ik dik ben dan ben ik niks meer waard. Helaas was ik te jong om te beseffen dat ik een kind was en moest groeien en aankomen.
Toen ik vervolgens bij de selectie ging judoën in Utrecht, werd de druk rond gewicht nog hoger. We moesten ons elke week bij de coaches wegen en ze werden boos op ons als we voor de wedstrijd waren aangekomen. Dan hadden we het verkeerd gedaan, waren we volgens hen stom geweest door bijvoorbeeld naar de bioscoop te gaan en popcorn te eten en hadden wij hun tijd verspild. Ik wilde het altijd heel graag goed doen en vatte dit dan ook persoonlijk op. Als ik mijn gewicht niet eens onder controle kon houden, wat kon ik dan wel? Daarnaast heb ik als 13-jarig meisje bij een weegmoment bij een wedstrijd last gehad van grensoverschrijdend gedrag, waarbij twee vrouwen mij gepusht hebben om mijn bh daar uit te trekken. Ik had het gevoel dat zij mijn gewicht en lichaam afkeurden, voelde me machteloos, schaamde me enorm en ik voelde me vies dat ik dat had gedaan. Dit heeft mijn eetstoornis toen enorm verergerd en ik heb nog lang last gehouden van de gevoelens en herbelevingen die ik daaraan over had gehouden. Het was een stukje veiligheid en vrijheid dat de judowereld door het wegen van mij afpakte, omdat ik me onderdrukt voelde en constant door volwassenen onder druk gezet werd om dingen te doen waar ik niet achter stond.
Anorexia en eetstoornis niet anders omschreven
Van mijn negende tot mijn vijftiende ongeveer heb ik anorexia gehad. Ik had weinig energie, mijn haar viel uit, ik viel flauw, had het intens koud en kreeg een groeistop. Dit is doorgegaan totdat ik vijftien jaar was en permanent geblesseerd raakte tijdens judo. Voor mijn blessure trainde ik 5 keer in de week en leefde ik toe naar de wedstrijden. Door mijn blessure viel ik in een zwart gat en ontwikkelde ik een depressie. Het leuke deel van judo was ik kwijt, de liefde die ik had voor de sport. Het nare deel van judo echter, de druk op het wegen, daar kwam ik niet meer vanaf. Dat zat natuurlijk in mijn hoofd. Ik wilde stoppen met eten, omdat eten zo slecht voelde en ik het gevoel had dat – als ik toch niet kon judoën – ik net zo goed niks kon eten. Maar ik verviel aan het einde van de dag vaak in subjectieve eetbuien, omdat ik eigenlijk toch heel graag nog aan alles mee wilde doen en niemand mijn gewicht meer controleerde. Ik wilde zo graag naar school blijven gaan en met mijn vriendinnen mee kunnen doen. Ik was inmiddels puber en vrij van het wegen bij judo. Ik wilde ook met vriendinnen een ijsje eten of bier drinken in de stad. Ik kon – toen judo wegviel – wel weer beter eten, maar ik ging alles compenseren omdat ik er eigenlijk nog heel erg bang voor was. Daardoor schommelde mijn eetpatroon enorm, op een destructieve manier. Hiervoor ben ik uiteindelijk in behandeling gegaan toen ik zeventien was. Ik kreeg de diagnose eetstoornis niet anders omschreven. In deze behandeling herstelde ik wel voor een groot deel. Ik zat een stuk beter in mijn vel, was niet meer depressief en had mijn eetstoornisgedrag beter onder controle.
De eetstoornis was echter absoluut niet weg uit mijn hoofd en toen ik na een jaar naar een andere stad verhuisde voor mijn studie, viel ik dan ook terug in gedrag en kreeg ik de diagnose anorexia. Deze terugval zorgde er uiteindelijk wel voor dat de knop bij mij omging en ik stond meer open voor de therapie. Ik dacht dat mijn eetstoornis mij hielp. Ik was ervan overtuigd dat het goed was en dat het klopte wat de eetstoornis mij wijs maakte. Zo had ik dat tenslotte als kind geleerd. Ik wist niet beter dan dat, maar nadat ik mijn dieptepunt met anorexia had bereikt, besefte ik dat ik zo niet langer door kon en wilde leven. Ik moest er echt vanaf, als ik ooit nog gezond of gelukkig wilde zijn.
Hersteld
Uiteindelijk ben ik hersteld, na 12 jaar een eetstoornis te hebben gehad. Als je me dit jaren geleden had verteld, had ik je niet geloofd. Ik zat zo diep in de eetstoornis dat ik me niet kon voorstellen dat ik die ooit los zou kunnen laten. Ik had mijn hele leven een eetstoornis gehad. Ik wist niet eens hoe herstel eruit zou moeten zien.
Wat mij het meeste geholpen heeft? Ik kreeg in mijn tweede behandeling cognitieve gedragstherapie bij mijn psycholoog, exposure therapie, schematherapie in een groep, EMDR voor mijn judo-trauma’s en EMDR voor mijn anorexia-trauma’s. Een standaardtherapie werkte niet voor mij, maar door deze cocktail aan therapieën (die elk een ander onderdeel van mijn eetstoornis aanpakten), ben ik hersteld. Het allerbelangrijkste in mijn herstel echter, waren mijn vrienden en familie. Zij steunden mij in alles en ze hebben maandenlang elk eetmoment erbij gezeten en me erdoorheen getrokken.
En nu?
Nu ben ik dus hersteld en gaat het goed met mij. Ik heb echter wel nog steeds een beetje eetstoornis in mijn hoofd. De gedachtes, gevoelens en beelden zijn (nog) niet weg helaas, maar het zit nu op de achtergrond. Ik weet nu dat het niet de waarheid is en dat ik er niet meer naar hoef te luisteren, want het brengt alleen maar ellende. Regelmatig voel ik ook nog wel de drang om af te vallen, maar ik kan ermee omgaan. Het is er dus nog wel, maar ik ben nu veel meer bezig met andere dingen. Ik voel weer een connectie met mijn leven en kan weer alle emoties voelen. Ik probeer zoveel mogelijk te genieten van het leven als student, van leuke dingen doen met mijn vrienden en familie en ik heb weer tijd voor mijn hobby’s. In de toekomst wil ik graag zelf psycholoog worden, om andere mensen te kunnen helpen.
Dat ik nu blogs schrijf vind ik ontzettend leuk. Ik vind het fijn om mijn gevoel kwijt te kunnen op papier en ik heb zelf altijd heel veel gehad aan de blogs op Proud2bme. Ik vind het dan ook superleuk dat ik daar nu onderdeel van mag zijn en ik kijk ernaar uit om nog meer blogs te gaan schrijven.
Tot snel.
Liefs,
Maren.
De blogs van Maren kan je vinden via de tag ‘Maren Blogt‘.
Geef een reactie