Sinds mijn veertiende heb ik beugels, maar al veel langer durfde ik op de schoolfoto niet met open mond te lachen. Ik had scheve tanden. Een voortand stond scheef naar voren en de ander schuin naar achteren, een beetje daar achter. Ik voelde me lelijk met die rare tanden, maar gelukkig was daar de orthodontist die met wat metaal in mijn mond kon zorgen voor een beter uiterlijk van mijn gebit. Dat wilde ik wel, zo’n prodent smile. Maar dat is het nooit geworden.
Drie keer heb ik opnieuw ‘gebeugeld’ in de hoop dat het nu wel zou blijven staan. Mijn tanden staan precies zoals die van mijn vader en tante. Ik kan mezelf niet herinneren dat ik zelf naar de orthodontist wilde. Als je op de middelbare school zit, werd je gewoon doorverwezen door je tandarts. Die leeftijd is blijkbaar een leeftijd waarop je na moet gaan denken over hoe je eruit ziet. En dat deed ik. Misschien zelfs iets te veel.
Als ik er op terug kijk had ik er automatisch heel veel voor over. Ik dacht dat dit hoorde. Kokhalzen van het ‘happen’, om een afdruk van mijn gebit te maken. Pijn in mijn tanden, iedere keer dat mijn beugel strakker werd gedraaid. Pakjes ibuprofen tegen de pijn. Wondjes aan de binnenkant van mijn mond en lippen door de ”slotjes”. Gebartsen lippen, omdat mijn mond niet goed dicht kon. En als het nodig was, had ik zelfs mijn kiezen ervoor laten trekken, zoals dat bij veel klasgenootjes ”nodig” was. Ik had het zo gedaan, als ik er rechte tanden voor terug kreeg. Want dat hoorde toch?
Na die periode van beugelen, schoven mijn tanden langzaam terug. Twee jaar laten zat ik dus opnieuw bij de ‘’orto”, zoals we dat noemden. Het was weer scheef gaan staan en opnieuw werden mij drie beugels geadviseerd. Toen ik 20 was, stonden mijn tanden opnieuw schots en scheef. Voor de laatste keer deed ik een poging. Ik kreeg een doorzichtige beugel en heb deze 8 maanden gedragen. Inmiddels staan mijn tanden lang niet meer zo recht als toen die beugel eruit ging en is die procent smile dus nooit gekomen. Mijn tanden willen gewoon niet zo graag recht staan. Toch staan ze wel een stuk rechter dan ervoor en dat blijft nu al een paar jaar redelijk oké op een rij staan, ondanks een scheef tandje hier en daar.
Toen een paar jaar geleden de Invisalign, die nu heel populair is, op de markt kwam, dacht ik hier kort over na. Zou dit dan wat voor mij zijn? Dan kan ik toch nog rechte tanden krijgen! Na even uitzoeken kwam ik erachter dat dit naast duur, ook vooral niet goed voor mij zou zijn. Ik zou dan opnieuw werk maken van mijn ontevredenheid over mijn gebit en ik was daar klaar mee. Mijn tanden staan naar voren en mijn hoektand is raar, maar ik kan er inmiddels niet meer wakker van liggen. Ik ga niet weer pijn lijden om mooi te zijn. Doei.
Lange tijd vond ik dat moeilijk, maar ik zit er eigenlijk niet meer mee. Ik heb mooie tanden, ook al staan ze niet perfect. Ik durf te lachen met mijn mond open. Ik ben nu eenmaal zo en het is veel schever geweest dan nu. Ik hoef me niet meer te schamen voor mijn gebit. En natuurlijk kan het rechter en witter, maar waarom zou ik daar zoveel aandacht, geld en moeite naartoe laten gaan, als ik me ook bezig kan houden met hele andere, leuke dingen in he leven?
Ik heb het uiterlijk van mijn gebit hele lange tijd heel belangrijk en schaamtevol gevonden en ik ben blij dat dit veranderd is. De invloed van mijn behandeling om mijn lichaam en uiterlijk te accepteren tijdens het herstel van mijn eetstoornis, is ook waardevol geweest om dit soort dingen te accepteren. Ik heb geleerd om niet meer overdreven in te zoomen op de minder mooie kanten en na veel oefenen en wat ouder worden is dat gelukt.
Onzekerheid over je gebit is helemaal niet gek. Ik was hier ook geen uitzondering in. Toch lijkt het allemaal ook heel normaal om hier steeds maar dingen aan te doen. Bleken, facings, beugelen of je er voor schamen is de gewoonste zaak van de wereld. Dingen doen om je uiterlijk te perfectioneren zien we overal, ook Youtubers en andere social media personen tonen je hierin de mogelijkheden. De vraag is wel; Hoe ver ga je?
Daarnaast is voor mij een goede vraag: Wil ik werken aan mijn spiegelbeeld of zelfbeeld? Dat tweede is een veel grotere uitdaging, dat weet ik. Daarom lijkt het soms ook zo verleidelijk om dat spiegelbeeld gewoon te laten veranderen. Werken aan je zelfbeeld is een stuk ingewikkelder. Je kunt het soms niet alleen, het kost tijd en doorzettingsvermogen. En toch kan het wel. Ik heb mezelf al aardig leren accepteren. En natuurlijk vind ik mezelf niet perfect, dat hoeft ook niet en ik kan me daar echt niet meer zo druk om maken als vroeger.
Ik was erg benieuwd of jullie je ook wel eens onzeker voelen over je gebit, zoals ik dat jarenlang heb gehad. Durf jij te lachen met je mond open? Houd jij je mond dicht als er een foto wordt gemaakt?
Heb jij een beugel gehad en wat voor een?
♥
Fotografie: Zoe
Geef een reactie