Ik stopte extra vet en suiker in eten van anderen

Bij Proud2Bme vinden we het belangrijk en waardevol om de verhalen van uiteenlopende mensen te delen. Een eetstoornis en aanverwante problematiek komt immers in zoveel verschillende vormen. Vandaag spreek ik Sophie, die ervaring heeft gehad met orthorexia en een burn-out. 

Hoi Sophie, bedankt dat je contact met ons opnam. Jij hebt nogal een verhaal te vertellen. Zou jij jezelf eens willen voorstellen? 

“Hoi! Ik ben Sophie, nu 32 jaar. Ik ben Engels, maar opgegroeid in Heemstede. Ik heb ook een jaar in Den Haag gewerkt voor mijn masteropleiding. Ik ben kunst-historica en momenteel werk ik freelance als curator en schrijver.”

Je hebt vier jaar geleden een burn-out gehad én had de eetstoornis orthorexia. Dat lijkt me een zware combinatie. Zou je ons eens kunnen uitleggen hoe dat precies was voor jou? 

“De eetstoornis en de burn-out kwamen eigenlijk allebei vanuit dezelfde kern. Het is begonnen in mijn tienerjaren, waar ik het gevoel heb ontwikkeld niet goed genoeg te zijn. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik net iets meer moest bereiken dan anderen. Toen ik een opleiding ging volgen in Londen, begon ik controle in het eten te zoeken. Ik herinner me nog heel goed dat ik in mijn laatste jaar zat en – ondanks mijn goede resultaten – met tranen in mijn ogen tegen mijn zus zei dat het enige dat ik had bereikt op de universiteit, was dat ik dun geworden was. En dat was het begin van orthorexia voor mij.
 
De burn-out kwam later. Ik ben in Nederland behandeld voor mijn eetstoornis, maar heb niet het volledige programma gevolgd. Mijn gewicht kwam terug in balans, maar het mentale stuk en alles wat erachter zat, was nooit echt aangepakt. Ik ben Engels, en herstellen in twee talen was ingewikkeld. Daarna ging ik terug naar Engeland voor mijn masteropleiding en voor werk. Dat was een grote verandering en daardoor was het herstellen van mijn eetstoornis niet mijn grootste prioriteit.
 
De gewoonte om mezelf altijd te pushen, altijd beter te worden, begon me steeds meer in de weg te zitten. Ik werd management consultant, werkte lange uren, had veel stress en kreeg daarbij geen steun van mijn collega’s. Het was overduidelijk een ongezonde werkplek. Vier jaar later kreeg ik nog steeds niet genoeg voedingstoffen binnen (ook al was het in mijn hoofd altijd ‘net genoeg’) en dat gecombineerd met veel fietsen en trainen voor een marathon werd te veel. Mijn lichaam was op en mijn hersenen konden niet meer.”

Klinkt als een heel heftige tijd. Je benoemt al een beetje hoe de eetstoornis zich bij jou uitte. Hoe zou jij zelf orthorexia omschrijven? 

“Een heuse obsessie met alleen gezond eten willen eten. Angst voor vet, suiker en aankomen, een drang naar ‘zuiverheid’ en een ongezonde benadering van ‘gezonde’ voedingstoffen.” 

Je hebt dus tegelijkertijd een burn-out en een eetstoornis gehad. Je benoemde eerder ook al dat er hetzelfde achter zat. Denk je dat die twee elkaar beïnvloedden of in stand hielden? 

“Ja. Ik was me er niet van bewust dat mijn eetstoornis nog grip op mij had, omdat ik normaal leek te functioneren in mijn werk en leven. Ook de burn-out kwam voort uit uit het gevoel niet goed genoeg te zijn, omdat ik mijn eigen grenzen over bleef gaan, terwijl ik al zo uitgeput was van mijn eetstoornis. Ik moest op een bepaalde manier controle over mijn leven hebben. De burn-out was een soort kater van mijn eerdere ziekte.”

Hoe is het proces tot aan de diagnose eigenlijk verlopen? Hoe merkte jij (of jouw omgeving) in eerste instantie dat er iets ‘niet goed’ was? 

“Nou, de eetstoornis en burn-out kende elk hun eigen verloop. Ze waren absoluut met elkaar verbonden, maar ontwikkelden zich op hun eigen manier en in hun eigen tempo. 
 
De eetstoornis kwam langzaam. Ik viel langzaamaan steeds meer af en was als student een periode depressief. M’n vrienden begonnen er opmerkingen over te maken dat ik afviel, maar ik dacht dat het een grapje was dus ik stond er te lang bij stil. Maar uiteindelijk kwamen mijn erachter en toen nam mijn moeder mij mee naar de huisarts. De dokter in Londen zei dat ik op basis van mijn BMI ‘niet dun genoeg’ was voor de diagnose anorexia. In de herfst zou ik naar Nederland gaan om stage te lopen. Ik heb er toen voor gekozen om dan ook in behandeling te gaan. 
 
De burn-out was op een bepaalde manier minder verborgen: het was voor duidelijker dat het niet goed met me ging. Maandenlang kon ik alleen maar huilen. Langzaam verloor ik ook mijn zicht en ik was vaak duizelig en ontzettend moe. Ik kon wel dagen slapen.”

Orthorexia kenmerkt zich door overdreven ‘gezond’ eten. Maar hoe zit dat precies? Vanaf wanneer is iets wat gezond is ongezond? Je vrienden maakten zich al eerder zorgen. Wanneer begon jij het een probleem te vinden? 

“Het uitte zich in de keuzes die ik maakte, maar dat ging heel geleidelijk. Ik ontwikkelde een obsessie voor ‘zuiverheid’ en ik begon eten in te delen in verschillende categorieën. Ik moest in die tijd ook voor het eerst in mijn leven voor mijn eigen eten zorgen, dus schrapte ik als eerste de ‘dure’ dingen zoals vlees. 

De fixatie op de zuiverheid koppelde ik ook aan mijn vrouwelijkheid. Ik vond vet en ongezond eten ‘vies’ en daarom niet vrouwelijk. Mijn moeder heeft zelf ook lang gedieet, dus die hele dieetcultuur had ik vanaf jongs aan al meegekregen. Mijn vader maakte ook altijd de koppeling ‘dun is aantrekkelijk’, dus het was niet heel vreemd dat ik daar ook in geloofde. Als ik eten voor andere vrouwen maakte, stopte ik daar ook extra veel suiker en vet in. Gek, hè? Die gewoonte om mijzelf met anderen te vergelijken heb ik nog steeds. Het was een soort coping denk ik: alles wat ikzelf ‘niet mocht’, verplaatste ik als het ware naar anderen. Het contrast met wat ikzelf at en wat ik anderen te eten gaf, was dan ook heel groot. Eerlijk gezegd: ik doe dit nog steeds als het niet zo goed met me gaat. Naast dit alles ervoer ik ook een soort trots: ik had zelf de controle over wat ik in mijn lichaam (en dat van anderen) stopte.”

Klinkt alsof je daarin ook erg alleen was. Hoe voelt het om orthorexia te hebben? Kan je dat uitleggen?

“Het is moeiijk om daarop terug te kijken. Het geeft een gevoel van macht en controle en dat gevoel blijft ergens aantrekkelijk. Verleidelijk haast. Het wisselt ook wel: tussen een ongelooflijke ‘high’, een euforisch gevoel omdat mijn lichaam in de overlevingsstand stond en daarnaast een grote voldoening, omdat ik het gevoel had dat ik ‘beter’ was dan anderen die zich ‘volstopten’. En daarbij óók nog een onmiskenbare angst dat het gevoel van die controle weg kan vallen. En ik was ook gewoon ontzettend moe. Fysiek, maar ook mentaal. Die ‘high’ waardoor je je eigenlijk steeds duizelig voelt en je hersenen die het gewoon niet meer doen. Ook angst voor eetbuien en het gevoel van vol zijn.”

Je gaf eerder al een omschrijving van hoe jij de orthorexia ziet en ervoer. Dat lijkt best wel op anorexia. Wat is volgens jou precies het verschil tussen orthorexia en (atypische) anorexia?

“Daar kan ik geen goed antwoord op geven. Als je last hebt van een eetstoornis is het niet dat je daar onderzoek naar doet en dan precies tussen die lijntjes blijft – het zakt heel langzaam vanzelf in. Dus anorexia is in mijn beeld gewoon niet genoeg eten, en een drang om dunner te worden. Orthorexia heeft in mijn beleving meer te maken met echt alleen ‘gezond’ eten. Een intense obsessie met voedingswaarde, wat natuurlijk niet gezond is. Ik herinner me ook dat ik echt veel te veel water dronk. Opnieuw de fixatie met zuiverheid, mijzelf schoonspoelen. Het was ook nauw verbonden met mijn geloof. In mijn verwrongen hoofd heb ik het mooie wegwassen van zonden, dat alleen Jesus volbrengt, vervangen door mijn eigen versie van zuiver worden.”

Heb je hiervoor hulp gehad? Waarop wordt er in zo’n behandeling gelet en waar moet je zoal rekening mee houden in het herstel? 

“Dat was voor mijn eetstoornis anders dan voor mijn burn-out. Voor mijn eetstoornis ben ik in Nederland in behandeling geweest bij PsyQ in Den Haag. Ik moest twee keer in de week naar een psycholoog en diëtist. De behandeling zelf werkte voor mij niet zo goed. Als ik hierop terugkijk merk ik dat ik er niet zoveel meer van kan terughalen. Ik was er slecht aan toe en ik zou daarom eigenlijk opgenomen moeten worden. Omdat ik precies in die periode ook emigreerde, was ik niet lang genoeg in Nederland om het programma ook daadwerkelijk te volgen. Om eerlijk te zijn, was ik destijds ook erg koppig en ik eigenlijk ‘vermeed’ ik op deze manier als het ware een opname.

Ik begon wel te beseffen dat ik het anders aan moest pakken, maar mijn hele manier van denken bleef intact: mijn zelfbeeld, mijn ideeën over zuiverheid, over eten en vet en al die gedachten daaromheen. Dus fysiek werd ik wel ‘beter’, maar mentaal bleef ik ziek – vandaar ook die burn-out een paar jaar later.
 
De behandeling voor mijn burn-out begon bij de huisarts, want bloedonderzoek wees niets uit. Hij dacht eerst aan een depressie. Ik zakte af in een donkere diepte – niemand luisterde, of begreep wat er aan de hand was. Uiteindelijk heb ik zelf een psycholoog gezocht en zij heeft de diagnose chronische vermoeidheid gesteld. Ook heb ik een nieuwe diëtist gezocht. Ik zit nu nog steeds in deze fase van herstel. Nu moet ik er rekening mee houden dat ik vooral genoeg eiwitten eet, en niet te veel de andere kant op ga qua ‘loslaten’ met eten. Iedereen om me heen zei dat ik meer moest eten, maar dat voelde voor mij vaak als een soort vrijbrief om een eetbui te hebben. Als dat gebeurde, voelde ik me de dag erna somber en dat is een grote trigger voor mij. Ook moet ik regelmatig en op vaste tijden eten, en ervoor zorgen dat ik dat eten dan ook in huis heb. Voor het herstel van mijn burn-out moet ik geen te grote stappen willen zetten: ik moet mijn energie goed verdelen en mag niet te veel doen op een dag. Ik schrijf ook vaak mijn gevoelens op – ik vind het handig om gedachten kwijt te kunnen in een journal. Daarnaast doe ik een aantal oefeningen tegen mijn paniekaanvallen en mijn kernovertuigingen van ‘niet goed genoeg’ zijn.”

Is er iets wat je nu weet, dat je destijds had willen weten? Tijdens de periode dat het niet goed met je ging of toen je in behandeling zat? 

“Dat echt herstel, ‘real recovery’ mogelijk is. Ik had vaak heel nare gedachten, over totaal in de steek gelaten worden. Ik had paniekaanvallen en ook periodes met suïcidale gedachten. Ik had graag willen weten dat je schoonheid en waarde niet in je uiterlijk zitten, maar in je innerlijk. En ik had willen weten dat er anderen zijn die ook zo’n moeilijke tijd hebben gehad, maar nu toch een fijn en rijk leven hebben.”

Je gaf  in eerder contact met ons aan dat je niet zo goed weet of je ooit kan genezen van de eetstoornis. Wat maakt dan dat je dit toch ook denkt? Denk je dat die eetstoornis voor altijd is? Of zijn er misschien gevolgen waar je nog steeds last van hebt? En wat maakt het in jouw ogen zo lastig om te genezen?

“Wat een moeijlijke vraag! Zoals al eerder aangaf heeft die eetstoornis toch iets verleidelijks. Als ik er te lang aan denk, wil ik gewoon terug naar die tijd, naar dat gevoel van controle en de zelfverloochening. Ergens ben ik nog steeds bang voor vet en aankomen. Ook al wordt het minder, ergens diep van binnen zit nog steeds die overtuiging dat ik alleen wordt geaccepteerd als ik dun ben. Misschien gaat het ook over een ziek en verwrongen idee dat ik bijzonder wil zijn, dat ik dan aandacht krijg of ergens goed in ben. Ik ben zo lang met eten bezig geweest… En vooral na mijn behandeling in Nederland, die dus eigenlijk niet voldoende was, ben ik nog zolang op mijn oude eetgestoorde voet doorgegaan dat mijn gedachten over eten heel diep zijn ingesleten. Ik heb mijn identiteit daaraan opgehangen. Dat wil ik eigenlijk helemaal niet en ik heb er ook hard aan gewerkt om dat te veranderen, maar ik ben bang dat het me altijd nog wel dwars zal blijven zitten.
 
Het is ook zo diep verankerd in mijn kindertijd. Hoe mijn vader over vrouwen sprak, maar ook dat ik me als tiener dik voelde, dat wis je niet zomaar uit. Mijn vader is afgelopen jaar overleden en ik woon nog steeds thuis, bij mijn moeder. Ik ben erg op mezelf gericht, dat maakt het ook moeilijk. Ik heb weinig afleiding en heb bijvoorbeeld ook geen jonge mensen om me heen.

Daar komt nog bij dat ik dit jaar voor het eerst weer regelmatig ongesteld ben geworden. Daar worstel ik ook mee. Ik ben zolang voorbijgegaan aan mijn vrouw-zijn. Ik moet nu voor het eerst mijn lichaam gaan ervaren op die manier, met ruimte voor sensualiteit, met mijn hormonen die weer in evenwicht zijn. En ik moet leren omgaan met alle gevoelens die een beetje mannelijke aandacht met zich meebrengt.”

Wat doe jij op dit moment om goed voor jezelf te zorgen? Waaraan merk je dat het minder goed gaat, wat doe je dan? 

“Ik zorg ervoor dat ik voldoende eten in huis heb dat ik goed verdraag, want door stress en de eetstoornis kan ik niet alles eten – vooral als ik op reis ben. En ik zorg dat ik op tijd eet. Ik houd een dagelijkse regelmaat aan voor eten, rust en slaap. Ik maak tijd om regelmatig te bewegen, vooral yoga, ga geregeld naar buiten, ruim tijd in voor God en de bijbel, voor kunst en cultuur, ik schrijf in mijn journal. Dat probeer ik vast te houden. Ook blijf ik oefeningen van mijn psycholoog doen.”

Wat zou je graag willen dat andere mensen weten over orthorexia? Loop je bijvoorbeeld weleens tegen onbegrip of (voor)oordelen aan? En wat zou hierin kunnen helpen?

“Dat het een echte ziekte is. Het is niet alleen ‘ik wil dun zijn’, en zeker niet ‘ik wil op modellen lijken’. Het is ook niet een nep-ziekte van rijke meisjes, zoals het soms genoemd word. Heb geduld met mensen die worstelen met een eetstoornis. Begrijp dat we allemaal maar mensen zijn en eigenlijk niet zoveel van elkaar verschillen, blijf gewoon iemands vriend of vriendin. Praat open en eerlijk met iemand die een eetstoornis heeft – ga het onderwerp niet vermijden of doen alsof het niet bestaat.”

Wil je zelf nog iets kwijt?

“Zet zo snel mogelijk de stap naar hulpverlening. Het kan wel duur zijn, zeker in een land als Engeland waar de reguliere zorg zeker voor eetstoornissen nogal tekortschiet, maar dit is het belangrijkst en waardevolst geweest voor mijn herstel. Het kan eng zijn, maar jij bent het waard. Laat vrienden los die je geen steun geven, hoe onvoorstelbaar moeilijk en verdrietig dat ook is. En tot slot: richt je energie op dingen die je vreugde en blijdschap geven.”


Kom bij Proud2Bme gratis en anoniem in contact met lotgenoten, ervaringsdeskundigen, psychologen en dietisten. Op ons forum kun je jouw verhaal delen en/of vragen stellen. Ook kan je dagelijks met ons chatten (de agenda vind je hier). Wij staan voor je klaar.

Lonneke

Geschreven door Lonneke

Reacties

8 reacties op “Ik stopte extra vet en suiker in eten van anderen”

  1. Dankjewel voor je openheid! Fijn dat je hierover deelt.

  2. Lieve allemaal,

    Zoals jullie wellicht zien, heb ik een aantal reacties onder dit blog weggehaald. Sophie stelt zich kwetsbaar op door hier eerlijk en open te delen over haar eetstoornis, dit is niet de plek en het moment om iemand daarop aan te vallen.

    Ook voor wensen en ideeën mbt blogonderwerpen etc is dit niet de plek, daarvoor staat onze mailbox info@proud2bme.nl open.

    Fijne avond allemaal en, om met Sophie te spreken: “Heb geduld met mensen die worstelen met een eetstoornis.” Daar sluit ik me graag bij aan.

  3. Het stukje ‘anderen volproppen met suikers en vetten’ herken ik erg. Alsof zij ‘moeten’ compenseren wat ik niet wil eten.

    1. Inderdaad herkenbaar. Moedig dat Sophie dit deelt!

  4. Interessant om te lezen.
    Veel overeenkomsten met anorexia.
    Ik herken het wel dat je andere mensen lekker wilt laten eten en er extra boter of slagroom in doet 😉 Geeft een goed gevoel hun dat te laten eten.
    Je schrijft dat je eetstoornis door sudderde.
    Hoewel ik in 2017 opgenomen ben en tot afgelopen jaar (intensieve) vervolgbehandelingen heb gedaan is bij mij (41jr) de eetstoornis nog steeds nietgoes genoeg onder de knie..
    Ik wens je toe dat het jou helemaal gaat lukken!
    Goed dat je opnieuw hulp gezocht had.

  5. wat heftig wat sophie allemaal meegemaakt heeft, echt heftig!
    goed dat je je verhaal hier deelt.

  6. Bedankt voor het delen van je verhaal en sterkte!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *